Brief regering : Tijdsplanning diverse onderdelen mestbeleid tweede helft 2019
33 037 Mestbeleid
Nr. 363
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 24 september 2019
De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft mij verzocht om
inzicht in de tijdsplanning inzake diverse onderdelen van het mestbeleid voor de tweede
helft van dit jaar. Met deze brief geef ik invulling aan dit verzoek.
Derogatie
Bij brieven van 3 april en 19 juli jl. (Kamerstuk 33 037, nrs. 353 en 360) heb ik uw Kamer geïnformeerd over het proces tot verlenging van de derogatie van
de Nitraatrichtlijn voor de jaren 2020 en 2021. Eén van de voorwaarden bij de huidige
derogatie is het opstellen en uitvoeren van de versterkte handhavingsstrategie mest
(Kamerstuk 33 037, nr. 311). In het Nitraatcomité van 24 juni jl. heeft Nederland een presentatie over de voortgang
van de uitvoering van deze versterkte handhavingsstrategie gegeven. Ik heb de Europese
Commissie (hierna: EC) en uw Kamer vervolgens over de uitvoering van de handhavingsstrategie
geïnformeerd bij brief van 28 juni jl. (Kamerstuk 33 037, nr. 358). Aansluitend is hierover tweemaal ambtelijk overleg geweest met de EC, waaruit naar
voren komt dat de EC de voortgang nauwgezet volgt en voortdurend geïnformeerd wenst
te blijven over de behaalde resultaten. Ik zal de EC medio oktober een update geven
van de voortgang en zal deze update ook naar uw Kamer sturen.
Naast de uitvoering van de versterkte handhavingsstrategie mest is de implementatie
van de maatregelen uit het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn (Kamerstuk 33 037, nr. 250) van groot belang. Veel maatregelen uit het actieprogramma vergen wijzigingen van
wet- en regelgeving gedurende de looptijd van het zesde actieprogramma. Zij moeten
op verschillende momenten worden geïmplementeerd. Dit verloopt vooralsnog conform
de planning uit het actieprogramma. Ik zie echter wel risico’s.
Eén van deze wijzigingen behelst een wijziging van de Meststoffenwet per 1 januari
aanstaande, waarvoor het wetsvoorstel bij uw Kamer is ingediend (Kamerstuk 35 233, nr. 2). Tijdens de procedurevergadering van de vaste commissie op 11 september jl. is besloten
dat de termijn voor indiening van schriftelijke vragen 15 oktober aanstaande is. De
tijdige inwerkingtreding van het wetsvoorstel per 1 januari 2020 komt met deze planning
in gedrang, als ook de gelijktijdige invoering van de op het wetsvoorstel gebaseerde
wijzigingen van het Uitvoeringsbesluit Meststoffenwet (hierna: Ubm) en de Uitvoeringsregeling
Meststoffenwet inzake het stelsel van fosfaatgebruiksnormen. De Afdeling advisering
van de Raad van State kan immers pas om advies gevraagd worden over de voorgenomen
wijziging van het Ubm nadat het wetsvoorstel door de Tweede Kamer is aanvaard.
Het nakomen van de voorwaarden uit de huidige derogatiebeschikking en de afspraken
uit het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn zijn noodzakelijk voor verlenging van
de derogatie. Ik voel de urgentie om voor het eind van dit jaar duidelijkheid te verkrijgen
over verlenging van de derogatie voor de jaren 2020 en 2021. Daarvoor is het belangrijk
dat het wetsvoorstel en de onderliggende regelgeving tijdig in werking treden. Hiervoor
is een tijdige behandeling van dit wetsvoorstel in uw Kamer nodig, zodat de implementatie
van de maatregelen uit het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn op koers blijft.
Herbezinning mestbeleid
Parallel aan de implementatie van het zesde actieprogramma Nitraatrichtlijn en de
uitvoering van de versterkte handhavingsstrategie mest, vindt de herbezinning op het
mestbeleid plaats (Kamerstuk 33 037, nrs. 353 en 360). Momenteel is het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) bezig met een quick scan
van de denkrichtingen die zijn voortgekomen uit de diverse dialoogbijeenkomsten die
in de eerste helft van dit jaar hebben plaatsgevonden. Ik verwacht uw Kamer voor het
eind van het jaar te informeren over de uitkomsten hiervan en de contouren van een
toekomstig mestbeleid.
Lopende onderzoeken
Overeenkomstig uw verzoek informeer ik u via onderstaande tabel over de lopende onderzoeken
inzake het mestbeleid, waarbij is aangegeven wanneer resultaten kunnen worden verwacht
evenals welke onderzoeken dit jaar aan uw Kamer zullen worden toegezonden. Een deel
van het onderzoek is ondersteunend van aard voor de beleidsuitvoering en zal worden
gepubliceerd door de betreffende onderzoekinstelling. Toezending van dit onderzoek
aan uw Kamer is niet voorzien, vanwege het technisch-inhoudelijke detailniveau.
Titel
Wanneer worden de resultaten verwacht
Welke onderzoeken kan de Kamer voor het einde van 2019 verwachten
Onderzoek mest
Stikstof (uitspoeling/werking/waterkwaliteit)
– Vanggewassen
2020
– Organische stof en uitspoeling
2021
– Opbrengsten en gebruiksnormen
2019
X
– Werkingscoëfficiënten
2019
X of begin 2020
– Scheuren van grasland
2020
– Nitraatwijzer
2020
– Evaluatie stelsel stikstofgebruiksnormen (via CDM)
2021
– Vervanging kunstmest door dierlijke mest
2019
X
Fosfaat (fosfaattoestand/bemesting/waterkwaliteit)
– Langjarige fosfaatproeven
– Fosfaatbemonsteringsprotocol
2019
X of begin 2020
– Trends in fosfaatindicatoren in P-veldproeven
2021
– Opschaling fosfaatindicator t.b.v. modelanalyses,
inclusief fosfaatanalyses monsters LSK
2020
– Organischestofrijke meststoffen (humificatie)
2019
X
– Effectgerichte maatregelen fosfaatzuivering
2021
Pilots in praktijk
– Kunstmestvrije Achterhoek
2021
– Mineralenconcentraten
– Grondig boeren met mais
2020
– Slim bemesten (op lössgronden)
2021
– Stikstofuitspoeling meten op vollegronds-
groentebedrijven (preibedrijven)
– Praktijkonderzoek industriële compostering
Monitoring mestbeleid / waterkwaliteit
– Derogatiemonitor
– Monitoring grondgebondenheid
2019
X
– Landbouwpraktijk en waterkwaliteit in Nederland;
toestand en trends (I&W, mede namens LNV)
2020
– Eerste resultaten Nationale analyse waterkwaliteit
2019
X
Publicatie bij oplevering, toezending aan Tweede Kamer niet voorzien
Overig aan mest(stoffen) gerelateerd onderzoek
Nutriënten en bodemverbeteraars
– Afspoeling nutriënten lössgebied
– Onderhoud en ontwikkeling modellen voor mest en
water (doorlopend)
Kennis voor toepassing in beleidsuitvoering
Nederlands beleid
– Ondersteuning EU-meststoffen- verordening
– Grondsoortenkaart
– Monstername en analyse konijnenmest
– Actualiseren brochure «mest een waardevolle
grondstof»
– Adviezen van Commissie Deskundige
Meststoffenwet incl. toelating meststoffen
– Borging mestlaboratoria
– Authenticiteit dierlijke mest
– Herbezinning mestbeleid, waaronder PBL
quick scan denkrichtingentoets,
derogatievarianten, bovengronds uitrijden, nieuw
instrumentarium
Internationaal
– Internationale kennisuitwisseling water en klimaat
Niet tot mestbeleid behorend onderzoek
Topsectoronderzoek i.r.t. mest(aspecten)
– Projecten gericht op betere nutriëntenbenutting op
bedrijfsniveau (bijv. Koeien en Kansen)
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit