Brief regering : Herdruk reactie op het rapport 'Toeslagpartner tegen wil en dank'

Nr. 9 HERDRUK1

BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 september 2019

De vaste commissie voor Financiën van uw Kamer heeft mij in een brief van 20 juni
2019 verzocht om een inhoudelijke reactie te geven op het rapport «Toeslagpartners
tegen wil en dank» van de Landelijke Organisatie Sociaal Raadslieden, dat op 1 april
2019 is uitgebracht (hierna: het rapport).

Allereerst merk ik op dat ik het gedegen en constructieve werk van de Landelijke Organisatie
Sociaal Raadslieden waardeer. In het rapport worden twee categorieën van gevallen
genoemd waarin het verlies van toeslagen als gevolg van het kwalificeren van partner
volgens de auteurs van het rapport niet te rechtvaardigen is, omdat dit verlies direct
leidt tot grote financiële problemen. De eerste categorie betreft ongehuwden die samenleven
met een niet-gemeenschappelijk minderjarig kind. De tweede categorie betreft gehuwden
die noodgedwongen niet kunnen samenwonen. Ter illustratie van die twee categorieën
wordt een aantal casusposities uit de praktijk genoemd, waaruit schrijnende situaties
blijken als gevolg van het kwalificeren als partner. Het rapport doet ook een aantal
concrete aanbevelingen voor aanpassing van wet- en regelgeving.

Het rapport is aanleiding om te bezien of aanpassing van het partnerbegrip wenselijk
en uitvoerbaar is. Omdat zorgvuldig naar dit onderwerp moet worden gekeken met onder
andere de Belastingdienst/Toeslagen als uitvoerder van de wet, zal een nadere meer
inhoudelijke reactie op een later moment volgen. Hierdoor krijgt het rapport ook de
aandacht die het verdient. Uw Kamer zal uiteraard over de voortgang op de hoogte worden
gehouden.

De Staatssecretaris van Financiën,
M. Snel