Brief regering : Gevangenenruil tussen Rusland en Oekraïne
33 997 Vliegramp MH17
Nr. 144
                   BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
            
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 september 2019
Volgend op de brief van de Minister van Justitie en Veiligheid van 5 september jongstleden
                  naar aanleiding van het VKC-verzoek over getuige MH17 informeer ik uw Kamer hierbij
                  mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid over recente ontwikkelingen in
                  deze zaak.
               
Eerder vandaag heeft een gevangenenruil plaatsgevonden tussen de Russische Federatie
                  en Oekraïne. Bij deze ruil is dhr. Vladimir Tsemach overdragen van Oekraïne aan Rusland,
                  samen met enkele tientallen anderen. Rusland heeft bij deze ruil onder meer de 24
                  Oekraïense zeelieden overgedragen die het sinds november 2018 in weerwil van een bindende
                  uitspraak van het Internationaal Zeerechttribunaal vasthield.
               
Medio augustus werd de regering door het Openbaar Ministerie geïnformeerd dat dhr.
                  Tsemach mogelijk onderdeel zou gaan uitmaken van een gevangenenruil tussen Rusland
                  en Oekraïne. Tot dat moment had het Openbaar Ministerie via justitiële kanalen al
                  het mogelijke gedaan om dhr. Tsemach beschikbaar te houden voor het strafrechtelijk
                  onderzoek naar het neerhalen van vlucht MH17.
               
Het kabinet geeft de hoogste prioriteit aan waarheidsvinding, gerechtigheid en rekenschap
                  inzake het neerhalen van vlucht MH17, voor de slachtoffers en hun nabestaanden.
               
Daarom is vervolgens via diplomatieke en politieke kanalen meermaals en tot op het
                  hoogste niveau overleg gevoerd. Het kabinet heeft er bij de betrokken Oekraïense autoriteiten
                  op aangedrongen dhr. Tsemach geen deel uit te laten maken van de gevangenenruil. Daarbij
                  is steeds het belang benadrukt dat het OM hecht aan het ter beschikking houden van
                  dhr. Tsemach in het kader van het strafrechtelijk onderzoek naar het neerhalen van
                  vlucht MH17. In reactie hierop hebben de Oekraïense autoriteiten toegezegd de uitruil
                  enige tijd te zullen uitstellen om het OM in gelegenheid te stellen dhr. Tsemach nogmaals
                  te horen. Dit is gebeurd.
               
Oekraïne is een belangrijk partner in het JIT en in het ter verantwoording roepen
                  van de verantwoordelijken voor het neerhalen van MH17, zoals beoogd met VNVR resolutie
                  2166. Het kabinet betreurt echter zeer dat dhr. Tsemach op deze manier onder druk
                  van de Russische Federatie onderdeel is gemaakt van deze gevangenenruil, waardoor
                  hij op dit moment in Rusland is. Eventuele verdere stappen zijn aan het OM. Het kabinet
                  herinnert er nogmaals aan dat ook Rusland gehouden is aan medewerking op basis van
                  VNVR resolutie 2166.
               
Zoals het OM ook op 19 juni heeft aangegeven gaat het strafrechtelijk onderzoek door.
                  Het OM heeft laten weten dat deze gebeurtenissen geen consequenties hebben voor het
                  proces dat aan zal vangen op 9 maart 2020.
               
De Minister van Buitenlandse Zaken,
                  S.A. Blok
Ondertekenaars
- 
              
                  Eerste ondertekenaar
 S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken
