Brief regering : Informatieverzoeken op grond van de Wet openbaarheid van bestuur betreffende de Wet gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding
34 349 Instelling van een gedeeltelijk verbod op het dragen van gezichtsbedekkende kleding in het onderwijs, het openbaar vervoer, overheidsgebouwen en de zorg (Wet gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende kleding)
Nr. 17 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 juli 2019
Bij brief van 1 april 2019 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de stand van zaken met
betrekking tot de implementatie van de Wet gedeeltelijk verbod gezichtsbedekkende
kleding (hierna: de wet).1 Kort daarna (bij brief van 16 mei 2019)2 heb ik u geïnformeerd over de afdoening van twee informatieverzoeken op grond van
de Wet openbaarheid van bestuur (Wob), die in de periode voorafgaand aan mijn brief
van 1 april jongstleden werden ingediend. Het eerste verzoek werd ingediend door twee
journalisten van ADR Nieuwsmedia, het tweede door een journalist van RTL Nieuws. Beide
verzoeken betroffen de activiteiten van mijn ministerie ter voorbereiding van de invoering
van de wet. Thans informeer ik u over de afdoening van een derde verzoek, gedaan door
een journalist van de Telegraaf.
Op het verzoek om informatie is vandaag door mij beslist. In verband met de mogelijke
samenhang tussen deze documenten en mijn brieven aan uw Kamer van 1 april en 16 mei
jongstleden, doe ik u bijgaand een afschrift toekomen van het besluit en de aan de
verzoeker ter beschikking te stellen documenten3.
Het bijgevoegde besluit en de (gedeeltelijk) openbaar gemaakte stukken zullen tevens
worden gepubliceerd op rijksoverheid.nl (documenten/Wob-verzoeken).
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
K.H. Ollongren
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
K.H. Ollongren, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties