Brief regering : Reactie op toezegging gedaan tijdens het VAO Georganiseerde criminaliteit/ondermijning van 4 april 2019 inzake een structurele cofinancieringsregeling voor drugsdumpingen
29 911 Bestrijding georganiseerde criminaliteit
Nr. 247
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 juli 2019
Op 9 april heeft uw Kamer de motie van de leden Van Dam en Laan-Geselschap (Kamerstuk
29 911, nr. 230) aangenomen (Handelingen II 2018/19, nr. 72, item 26), waarin wordt verzocht om met voorstellen te komen om voor particulieren een structurele
cofinancieringsregeling voor de opruimkosten van de drugsdumpingen te bewerkstelligen.
Tijdens het Verslag Algemeen Overleg d.d. 4 april jl. (Handelingen II 2018/19, nr.
71, item 10) heb ik aangegeven dat ik uw Kamer hierover zou informeren. In deze brief informeer
ik uw Kamer, mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat en de
Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, over een structurele cofinancieringsregeling
voor drugsdumpingen. Tevens informeer ik u over andere initiatieven en samenwerkingen
in de regio’s.
Het aantal waargenomen drugsdumpingen kent een stijgende trend. Hoewel dit deels valt
te verklaren door betere registratie van dumpingen, is het hoe dan ook reden tot zorg.
Drugsdumpingen zijn schadelijk voor mens en dier, natuur en milieu, en een duidelijk
waarneembare manifestatie van ondermijnende criminaliteit waar ik daadkrachtig tegen
optreed. Het kabinet geeft de aanpak van de ondermijnende criminaliteit topprioriteit.
Voor mij staat voorop dat ik inzet op het voorkomen van drugsafval door de aanpak
van de drugsproductie. Zoals bij uw Kamer bekend is zet het kabinet aanzienlijk extra
middelen in om ondermijning aan te pakken. Zo is er bijvoorbeeld het ondermijningsfonds
van € 100 miljoen euro en een structurele extra investering van € 10 miljoen. Hiernaast
worden in regio’s verschillende initiatieven en samenwerkingen ontplooid. Zo is er
de werkgroep «Samen tegen Dumpen» in Noord-Brabant, en zijn in Limburg ruim 15 verschillende
protocollen voor het opruimen van drugsafval teruggebracht naar 1 protocol. Dit gaat
helpen in de samenwerking tussen organisaties die opruimen, de efficiëntie van de
aanpak en de registratie van drugsdumpingen.
Vooralsnog zijn aan de achterkant de gevolgen van het drugsproductieproces voelbaar.
Onschuldige grondeigenaren worden geconfronteerd met de financiële gevolgen van drugsdumpingen.
De Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State heeft op 27 februari 2019 uitspraak
gedaan, waarin zij aangeeft dat de particulier niet hoeft te betalen voor het opruimen
van drugsafval, tenzij er sprake is van overtreding van een wettelijke verplichting
die op die particulier rust.1 Deze kosten blijven, gelet op de wettelijke verantwoordelijkheden, voor rekening
van de gemeente in kwestie. Het is echter begrijpelijk dat gemeenten niet alle financiële
lasten kunnen dragen. Ik zorg ervoor dat de particulier een toepasselijke financiële
compensatie wordt geboden en zal tevens gemeenten door middel van een cofinancieringsregeling
helpen de financiële lasten te dragen.
Vanuit het Rijk was voor de jaren 2015, 2016 en 2017 in totaal al € 3 miljoen beschikbaar
gesteld voor het co-financieren van de opruimkosten van drugsdumpingen, via een amendement
op de begroting van Infrastructuur en Waterstaat2. In de brief van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 19 november
20183 is uw Kamer geïnformeerd dat de totale onderbesteding van deze afgelopen, tijdelijke
co-financieringsregeling € 1,2 miljoen bedroeg. Op grond van het Convenant waarin
deze regeling was uitgewerkt, dient het geld geheel ten goede te komen aan het doel
waarvoor het op basis van het amendement beschikbaar is gesteld. Het kabinet maakt
nu voor de periode 2019 tot en met 2024 structureel nog € 1 miljoen per jaar vrij
op de begroting van het Ministerie van Justitie en Veiligheid om de directe kosten
van het opruimen van drugsdumpingen te kunnen (co)financieren. Hieruit dient 100%
van de directe opruimkosten op particulier terrein te worden gefinancierd. Op basis
van een raming van een onafhankelijk onderzoeksbureau is hiervoor naar inschatting
van IPO en VNG de komende jaren circa € 400.000 per jaar nodig. Dan blijft er nog
een substantieel bedrag over dat beschikbaar is voor de cofinanciering van de opruimkosten
op gemeentegrond. Betrokken partners, waaronder het IPO en VNG, zijn positief over
deze voorstellen. Over de precieze uitwerking van de financieringsregeling ben ik
in gesprek met partners.
De ondermijnende criminaliteit vraagt om een standvastige en integrale aanpak. Hiermee
blijf ik doorgaan. Met de beschikbaar gestelde middelen zullen nu de particuliere
grondeigenaren volledig worden gecompenseerd voor de directe opruimkosten van drugsdumpingen
op hun grond en worden ook gemeenten voor een gedeelte gecompenseerd voor de financiële
gevolgen van drugsdumpingen.
De Minister van Justitie en Veiligheid,
F.B.J. Grapperhaus
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid