Brief regering : Ontwikkeling van de emissie van broeikasgassen tussen 1990 en 2030
32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid
Nr. 371 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 juli 2019
Hierbij bied ik u een overzicht aan van de door het Planbureau voor de Leefomgeving
(PBL) gehanteerde megatonnen broeikasgassen en reductiepercentages met betrekking
tot het jaar 1990, nu en in het basispad. Hiermee voldoe ik aan mijn toezegging zoals
gedaan aan het lid Van der Lee (GL) bij het AO Klimaat en Energie op 21 februari 2019
(Kamerstuk 30 196, nr. 636).
De Minister van Economische Zaken en Klimaat, E.D. Wiebes
Ontwikkeling van de emissie van broeikasgassen tussen 1990 en 2030
Tabel 1 geeft de emissie van broeikasgassen in 1990, 2015, 2017 en 2030 (NEV 2017),
en de reducties ten opzichte van 1990. De gerealiseerde emissies tot en met 2017 zijn
gebaseerd op de meest recente emissiestatistieken van de emissieregistratie (ER, 20191; National Inventory Report 20192).
De geraamde emissie in 2030 betreft het zogenaamde basispad 2030 dat is gebaseerd
op een scenariovariant uit de NEV 20173. In het basispad richting 2030 is het vastgestelde en voorgenomen beleid uit de NEV
2017 meegenomen, maar zonder nieuwe openstellingen onder de SDE+-regeling vanaf 20204. Dit basispad is mede gebruikt in de PBL-analyses «Effecten Ontwerp Klimaatakkoord5» en de analyse van het «Voorstel voor Hoofdlijnen voor een Klimaatakkoord6». In de KEV 2019 wordt een nieuwe emissieraming voor 2030 opgesteld.
Tabel 1: broeikasgasemissies en reductie van broeikasgasemissies tussen 1990 en 2030
(NEV 2017 basispad)
Sector
Broeikasgasemissies
[megaton CO2-equivalenten]
Reductie van broeikasgasemissies ten opzichte van 1990 [procent]*
Realisaties [emissieregistratie, 2019]
Raming [NEV 2017 basispad]
Realisaties [emissieregistratie, 2019]
Raming [NEV 2017 basispad]
1990
2015
2017
2030
2015
2017
2030
Elektriciteit
39,6
53,3
48,5
32,6
– 35%
– 22%
18%
Industrie
87,0
56,4
57,7
50,0
35%
34%
43%
Gebouwde omgeving
29,9
24,5
24,6
18,7
18%
18%
37%
Mobiliteit
32,3
34,7
35,5
32,4
– 8%
– 10%
– 1%
Landbouw
32,9
27,0
27,4
24,2
18%
17%
26%
Landgebruik
6,5
5,6
5,6
6,9
14%
14%
– 7%
Totaal,
zonder landgebruik
221,7
196,0
193,7
158,0
12%
13%
29%
Totaal,
met landgebruik
228,2
201,7
199,3
164,9
12%
13%
28%
* Een negatief getal betekent een stijging ten opzichte van 1990.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
E.D. Wiebes, minister van Economische Zaken en Klimaat