Brief regering : Voortgangsrapportage Outlaw Motorcycle Gangs 2018
28 684 Naar een veiliger samenleving
Nr. 567 BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 juni 2019
Hierbij bied ik uw Kamer de voortgangsrapportage Outlaw Motorcycle Gangs (OMG’s) 2018
aan dat het Landelijk Strategisch Overleg OMG’s (LSO) mij toezond1.
Uit de rapportage blijkt dat de integrale aanpak OMG’s, ofwel criminele motorbendes,
effect heeft. Enkele OMG’s zijn het afgelopen jaar civielrechtelijk verboden en gebleken
is dat deze verboden clubs aanzienlijk minder nadrukkelijk aanwezig zijn in de openbare
ruimte. Ook het aantal incidenten waar de clubs bij betrokken zijn is afgenomen. Naast
civiele en strafrechtelijke maatregelen zijn er ook de nodige bestuurlijke en fiscale
maatregelen genomen tegen criminele motorbendes, concludeert de rapportage, welke
maatregelen veelal zichtbaar zijn voor het publiek en het imago van onaantastbaarheid
van de motorbendes onderuit halen. Tegelijkertijd constateert de rapportage ook dat
deze integrale aanpak de OMG-problematiek nog niet volledig oplost. Nieuwe ontwikkelingen
zorgen voor dat criminele motorbendes steeds meer versnipperd raken, er is nog een
kleine stijging te zien in het aantal leden van OMG’s, en de financiële stromen rondom
deze motorbendes en OMG-leden zijn nog lastig inzichtelijk te maken.
2018 is een tamelijk succesvol jaar geweest, zo concludeer ik uit de rapportage, met
name ook doordat nu ook Satudarah MC verboden is en het verbod van Bandidos MC in
hoger beroep is bevestigd. Dat heeft zich de afgelopen maanden voortgezet. Op 29 mei
jongstleden deed rechtbank Midden-Nederland uitspraak inzake het verzoek van het Openbaar
Ministerie om Hells Angels MC te verbieden. De rechter heeft dat volledig gehonoreerd.
Op 7 juni verbood rechtbank Noord-Nederland de OMG No Surrender MC in zijn geheel.
Op 18 juni bevestigde bovendien het gerechtshof Den Haag het verbod van Satudarah
MC. Ook dat alles zie ik als een succes van de partners in het LSO en het resultaat
van hun doorzettingsvermogen. Het effect ervan is onder andere dat verboden clubs
minder in de openbare ruimte worden gezien. Het verbieden van OMG’s is onderdeel van
de integrale strategie tegen criminele motorbendes en geeft een basis voor verdere
integrale acties.
Er zijn inmiddels vier grote en een kleine OMG civielrechtelijk verboden. Met het
verbieden van zoveel landelijke en internationale OMG’s in hun geheel loopt Nederland
in Europa voorop. Ik hoop dat dat andere landen inspireert om vergelijkbare maatregelen
te nemen en zal daar bij gelegenheid ook over in gesprek gaan met collega’s.
Waar een verbod definitief is geworden kan dit strafrechtelijk gehandhaafd worden
wanneer er sprake is van voortzetting, namelijk van een verboden organisatie (artikel 140
lid 2 Wetboek van Strafrecht). Maar ook wanneer een vonnis niet definitief is kan
het gehandhaafd worden, namelijk civiel- en bestuursrechtelijk. Immers, zowel de Politiewet
als de Gemeentewet als eventueel de lokale APV maakt het mogelijk om handhavend op
te treden tegen uiterlijke verschijningsvormen in de openbare ruimte. Te denken valt
aan het sluiten van clubhuizen, het in beslag nemen van uiterlijke kenmerken wanneer
medewerking geweigerd wordt. Eventuele ride outs in clubkenmerken kunnen op die manier
ook tegengehouden worden. In de praktijk vinden deze vormen van handhaving ook plaats
in ik juich dat zeer toe.
Dat een aantal OMG’s nu civielrechtelijk verboden is maakt een bestuurlijk verbod
niet minder belangrijk. Het is immers van groot belang om een verbod onmiddellijk
bij het ingaan ervan strafrechtelijk te kunnen handhaven en elke vorm van voortzetting
tegen te kunnen gaan. De initiatiefwet van het lid Kuiken (PvdA) die nu in uw Kamer
aanhangig is, heeft daarom de warme belangstelling van mij en mijn collega voor Rechtsbescherming.
Het LSO heeft in zijn rapportage al gesteld dat de aanpak van OMG’s een kwestie is
van lange adem. Ik onderschrijf dat en wil graag benadrukken dat de problematiek ook
langs een andere kant benaderd wordt, namelijk via de integrale aanpak van ondermijning.
Criminele motorbendes zijn, zoals de hierboven genoemde rechterlijke vonnissen ook
uitwijzen, voluit betrokken in ondermijnende georganiseerde misdaad, zoals handel
in verdovende middelen, afpersing, intimidatie en geweld jegens derden waaronder bestuurders.
De maatregelen die ik genomen heb en nog zal nemen in de aanpak van ondermijnende
criminaliteit zullen dus evenzeer criminele motorbendes treffen in hun verdienmodellen
en bewegingsruimte en het lidmaatschap ervan onaantrekkelijker maken.
De aanpak van ondermijnende criminaliteit is van groot belang, het LSO en de daarin
deelnemende partners zijn met de aanpak van de ondermijnde OMG’s al ruim zeven jaar
bezig, de voortdurende inzet en energie van het LSO zijn essentieel om het geweld,
de criminaliteit en de ondermijnende activiteiten van OMG’s in te perken. Ik moedig
de partners in het LSO, waaronder de Regionale Informatie- en Expertisecentra (RIEC’s)
en de gemeenten, dan ook aan hun goede werk voort te zetten.
De Minister van Justitie en Veiligheid, F.B.J. Grapperhaus
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
F.B.J. Grapperhaus, minister van Justitie en Veiligheid