Brief regering : NZa-monitor contractering huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg 2019
33 578 Eerstelijnszorg
Nr. 69
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 25 juni 2019
Hierbij stuur ik u de monitor «contractafspraken huisartsenzorg en multidisciplinaire
zorg» van de Nederlandse Zorgautoriteit (NZa)1. De NZa geeft met deze monitor een globaal beeld van de contractering in de huisartsenzorg
en multidisciplinaire zorg in 2019 weer. De NZa bekijkt de afspraken binnen de contractering
in het licht van de afspraken en doelstellingen in het Bestuurlijk Akkoord Huisartsenzorg
2019–2022 (bijlage bij Kamerstuk 33 578, nr. 58). Ik zal kort schetsen wat de bevindingen en aanbevelingen van de NZa zijn en ga
daarna kort in op het vervolgproces naar aanleiding van deze monitor.
Algemene bevindingen contractafspraken 2019
De NZa geeft aan dat zorgverzekeraars standaardcontracten hanteren, waarbij de NZa-maximumtarieven
vrijwel zonder uitzondering worden gevolgd. De huisartsenpraktijk kan hierbij keuzes
maken voor aanvullende vergoedingen van het zorgaanbod, afgestemd op de eigen werkwijze
en patiëntenpopulatie. Aanvullende inzet van personeel (zoals praktijkondersteuners)
wordt vergoed tot aan een maximum per praktijk. Deze limiet wordt nu door het grootste
deel van de praktijken niet gehaald. Het standaardcontract voor huisartsenzorg biedt
aanbieders de ruimte om extra personeel aan te trekken.
Huisartsen (en samenwerkingsverbanden) geven aan dat het huidig contract belemmert
bij de realisatie van de doelstellingen in het bestuurlijk akkoord. Zij geven aan
dat het huidige contract hen onvoldoende in staat stelt om meer tijd voor de patiënt
uit te trekken.
Voor multidisciplinaire zorg maken de zorgverzekeraars maatwerkafspraken met samenwerkingsverbanden.
Deze afspraken lopen inhoudelijk sterk uiteen. De NZa ziet afspraken die zich beperken
tot inmiddels standaardketenzorgafspraken, maar ook bredere afspraken over ondersteuning
van eerstelijnszorg. Goede voorbeelden zijn afspraken over ruime multidisciplinaire
ondersteuning en afstemming, alternatieve zorgprogramma’s voor kwetsbare patiëntengroepen
of verregaande samenwerkingsverbanden op specifieke onderdelen met ziekenhuizen en
andere zorgaanbieders.
Doelstellingen Bestuurlijk Akkoord
De NZa heeft vier onderwerpen uit het Bestuurlijk Akkoord verder uitgelicht in de
monitor. Hierbij presenteert zij ook enkele aanbevelingen.
1. Behoefte aan zorg in de regio nog niet overal voldoende in kaart
De huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg moet beter worden afgestemd op de daadwerkelijke
behoefte aan zorg in een regio, in de gemeente of in de wijk. In sommige regio’s moet
er nog veel gebeuren om de actuele zorgbehoefte in kaart te brengen en concrete afspraken
te maken over een samenhangend zorgaanbod in de eerstelijnszorg.
2. Investeringen in organisatie en infrastructuur
Zorgverzekeraars verschillen in aanpak bij de ontwikkeling van organisatie en infrastructuur
ter ondersteuning van huisartsenzorg en multidisciplinaire zorg. Of de prioriteit
ligt bij versterking op wijk- of regioniveau is vooral afhankelijk van de al langer
bestaande afspraken met samenwerkingsverbanden. Investeringen in wijk/regio-ondersteuning
worden veelal nog niet in onderlinge samenhang vormgegeven. Hou in de contracten oog
voor balans tussen noodzakelijke organisatie en infrastructuur op zowel regio- als
wijkniveau.
3. Meer tijd voor de patiënt
De huisarts moet voldoende tijd voor de patiënt hebben en houden, met name voor groepen
zoals kwetsbare ouderen, patiënten in achterstandswijken of patiënten met ggz-problematiek.
Enkele thema’s zijn opgenomen in de NZa-gereguleerde maximumtarieven 2019 (voor wijken
met achterstandsproblematiek, patiënten boven de 85 jaar en ggz-ondersteuning). De
standaardcontracten bieden daarboven ook meer ruimte voor aanvullende inzet van praktijkondersteuners.
Deze ruimte wordt nog niet maximaal benut. Ook valt een hoog gebruik van de aanvullende
vergoeding voor praktijkmanagement op. Regionale investeringen in ondersteuning en
infrastructuur dragen ook bij aan meer tijd voor de patiënt. Er zijn initiatieven
die in algemene zin meer tijd voor de patiënt nastreven, maar zorgaanbieders ervaren
de geboden ruimte vaak (nog) niet als oplossing voor de gesignaleerde knelpunten.
4. Werk aan de samenwerking
De NZa concludeert dat zorgverzekeraars en zorgaanbieders vaak nog tegenover elkaar
staan in plaats van in partnerschap werken aan de regionale problemen. Een voorbeeld
hiervan is de kostenstijging als gevolg van loonstijgingen (indexering). De NZa adviseert
aan partnerschap te werken, gericht op het samen verhelpen van onderliggende oorzaken
van wederzijds ervaren onvrede.
Tot slot
Dit is een eerste meting van de NZa. Zoals in het Bestuurlijk Akkoord huisartsenzorg
is afgesproken zal ik de uitkomsten van de monitor binnenkort bestuurlijk met partijen
bespreken. In dit bestuurlijk overleg zal worden gesproken over wat we kunnen leren
van de monitor en de contractafspraken in 2019 en hoe bovengenoemde onderwerpen en
aandachtspunten vorm zullen krijgen in de contractafspraken huisartsenzorg en multidisciplinaire
zorg richting het jaar 2020 en verder. Dit vind ik belangrijk, want de monitor laat
zien dat er positieve elementen zitten in de contractering en dat er ook punten zijn
die aandacht behoeven. Daarnaast blijkt uit de monitor dat er in sommige regio’s nog
veel moet gebeuren om de actuele zorgbehoefte in kaart te brengen en concrete afspraken
te maken over een samenhangend zorgaanbod.
Ik stimuleer partijen om gezamenlijk de regionale opgave in kaart te brengen. VWS
ondersteunt daarbij door middel van een basisdataset. De basisdataset is door het
RIVM ontwikkeld en sinds begin mei voor alle partijen beschikbaar via www.regiobeeld.nl. Naast het ontwikkelen van de basisdataset, ondersteun ik het opstellen van het gedeelde
beeld ook financieel via ZonMw. Er kunnen vouchers worden aangevraagd voor de inhuur
van expertise bij verdiepingsvragen die naar boven kunnen komen bij het opstellen
van het gedeelde regiobeeld. Deze aanvraag is op 4 juni opengesteld via ZonMw.
De NZa zal ook de komende jaren de contractafspraken in de huisartsenzorg en multidisciplinaire
zorg en de naleving van de afspraken uit het hoofdlijnenakkoord blijven monitoren.
Ik zal u hierover blijven informeren.
De Minister voor Medische Zorg,
B.J. Bruins
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
B.J. Bruins, minister voor Medische Zorg