Brief regering : NZa Monitor Contractering ggz 2019
25 424 Geestelijke gezondheidszorg
Nr. 462 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 mei 2019
Hierbij stuur ik u de NZa Monitor Contractering ggz 20191. De NZa brengt met deze monitor het inkoopproces in de ggz in kaart en geeft daarbij
handvatten voor het contracteerproces. Een belangrijk onderdeel van de monitor is
de aandacht voor de afspraken die partijen hebben gemaakt over het bevorderen van
contracteren in het Bestuurlijk akkoord ggz 2019–20222. Het is de eerste keer dat de NZa een monitor zorginkoop voor de ggz publiceert;
de publicatie kan daarom gezien worden als een nulmeting. De bedoeling is dat de monitor
jaarlijks herhaald wordt gedurende de looptijd van het Hoofdlijnenakkoord.
In het Hoofdlijnenakkoord hebben partijen maatregelen afgesproken om de contractering te bevorderen. Uit de monitor blijkt dat zorgverzekeraars diverse acties en maatregelen ondernemen
om het sluiten van een contract aantrekkelijker te maken. Het gaat daarbij om het
actief benaderen van zorgaanbieders om alsnog tot een contract te komen, differentiatie
in tarieven (bijvoorbeeld afspraken maken over kwaliteit van zorg tegen een hoger
tarief), verlaging van administratieve lasten voor gecontracteerde zorg en het vereenvoudigen
van het contracteerproces. Ook geven de zorgverzekeraars aan de toegang tot contracten
te verruimen ten opzichte van eerdere jaren. De NZa wil het effect van de dergelijke
maatregelen in volgende monitors in kaart brengen.
Over de ervaringen met het contracteerproces voor het jaar 2019 schrijft de monitor
het volgende. De bereikbaarheid van de zorgverzekeraar kan verder verbeterd worden, met name voor de groep aanbieders
die gedeeltelijk gecontracteerd is. Regiobijeenkomsten kunnen beter benut worden,
zowel door zorgverzekeraars als door zorgaanbieders; met name vrijgevestigden zouden
baat kunnen hebben bij regiobijeenkomsten, omdat het voor zorgverzekeraars niet mogelijk
is om met hen allemaal individueel gesprekken te voeren. Zorgaanbieders wensen een
daling van de administratieve lasten bij het inkoopproces, waaronder kort en bondig inkoopbeleid, meerjarencontracten
en minder gebruik van omzetplafonds verstaan worden. De NZa roept zorgverzekeraars
op om maatregelen die administratieve lasten verlagen (verder) in gang te zetten.
Redenen om geen contract aan te gaan zijn voor instellingen en vrijgevestigden niet
geheel hetzelfde. Beide noemen als redenen te hoge administratieve lasten, te lage
budgetplafonds, te lage tarieven, niet kunnen voldoen aan bepaalde kwaliteitseisen,
te beperkt marktaandeel of het feit dat de aanbieder nieuw is. Vrijgevestigden noemen
daarnaast als reden dat ze geen bemoeienis van de zorgverzekeraar wensen en de vrije
artsenkeuze.
Wat betreft transparantie over het inkoopbeleid voldoen de zorgverzekeraars aan de regelgeving van de NZa met betrekking tot de publicatie
van informatie over het inkoopbeleid. Zorgverzekeraars en zorgaanbieders kunnen wel
de informatieverstrekking aan verzekerden over niet-gecontracteerde zorg verder verbeteren. Zorgverzekeraars
en zorgaanbieders moeten verzekerden cq. cliënten proactief en tijdig informeren over
de consequenties als er geen contract is, zodat zij een zorgvuldig besluit kunnen
nemen voordat de zorg van start gaat; deze informatie moet ook goed vindbaar zijn.
De NZa signaleert in de monitor dat het proces van bijcontractering verbeterd kan worden. Zorgverzekeraars kunnen beter communiceren wat de officiële
reactietermijnen zijn, welke criteria voor het bijcontracteren gelden, en welke gegevens
zorgaanbieders moeten aanleveren. Duidelijkheid stelt aanbieders in staat om in één
keer de aanvraag goed in te dienen. Dit leidt tot minder administratieve lasten voor
beide partijen. Zorgverzekeraars dienen sneller op verzoeken tot bijcontractering
te reageren. Ook adviseert de NZa de zorgverzekeraars het beleid rondom bijcontractering
niet pas gedurende het jaar te publiceren, maar tegelijkertijd met het inkoopbeleid.
Binnen de ggz zijn de aanmeldwachttijden langer dan de Treeknorm van vier weken3. In 2018 heeft bijna twee derde van de geënquêteerde vrijgevestigde zorgaanbieders
en ruim een derde van de instellingen een patiëntenstop afgegeven. Het gebrek aan personele capaciteit is voor vrijgevestigden de meest genoemde
reden van de patiëntenstop. Voor instellingen is dit het bereiken van het omzetplafond.
Zolang patiënten bij andere aanbieders in de regio terecht kunnen, bedreigen patiëntenstops
de toegankelijkheid van de zorg niet. Echter, de combinatie van lange aanmeldwachttijden
en patiëntenstops kan de toegankelijkheid van de zorg wel in gevaar brengen. Zorgverzekeraars
kunnen zich beter inspannen om ervoor te zorgen dat hun verzekerden op tijd de juiste
zorg krijgen door met aanbieders concrete afspraken te maken over de wachttijden.
Zorgaanbieders kunnen patiënten actiever wijzen op de mogelijkheid van zorgbemiddeling
door zorgverzekeraars.
Op basis van deze monitor concludeer ik dat partijen serieus werk (gaan) maken van
de afspraken die gemaakt zijn in het bestuurlijke akkoord ggz om de contractering
te bevorderen. Tegelijkertijd geldt dat er verbeterpunten zijn. Met partijen heb ik
afgesproken dat ze met de aanbevelingen van de NZa aan de slag gaan. Van belang is
dat verzekeraars en zorgaanbieders dat in gezamenlijkheid doen. De NZa zal op de uitvoering
van de aanbevelingen toezien.
Na de zomer ontvangt u de eerstvolgende rapportage van Vektis over de ontwikkeling
van de omvang van de niet-gecontracteerde zorg. Deze rapportage richt zich met name
op de wijkverpleging, maar zal ook een update geven van het aandeel niet-gecontracteerde
ggz op basis van nieuwe cijfers. In 2020 volgt een rapportage van Vektis met uitgebreide
analyses over de niet-gecontracteerde ggz. De NZa zal ook de komende jaren het contracteerproces
in de ggz en de naleving van de afspraken uit het Hoofdlijnenakkoord blijven monitoren.
De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
P. Blokhuis
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
P. Blokhuis, staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Bijlagen
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.