Brief regering : Jaarverslag 2018 Inspecteur-generaal der Krijgsmacht
35 000 X Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Defensie (X) voor het jaar 2019
Nr. 140
BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 mei 2019
Hierbij ontvangt u, mede namens de Staatssecretaris, het jaarverslag 2018 van de Inspecteur-generaal
der Krijgsmacht (IGK)1. De IGK kan mij gevraagd en ongevraagd adviseren over alle vraagstukken die de krijgsmacht
raken. Ook kan hij onderzoeken instellen of bemiddelen in individuele aangelegenheden.
Daarnaast is de IGK zowel Inspecteur der Veteranen als Inspecteur der Reservisten.
Door de vele werkbezoeken die de IGK jaarlijks aflegt, weet hij goed wat er leeft
op de werkvloer. Ik hecht dan ook waarde aan de onafhankelijke positie van de IGK
en aan zijn adviezen. Deze dragen in mijn ogen bij aan het verder verbeteren van de
defensieorganisatie.
De IGK heeft het jaarverslag 2018 een ondertitel meegegeven die luidt: «Investeer
in Vertrouwen». En daarmee raakt hij de spijker op zijn kop. Voor vertrouwen zijn
koersvastheid, het nakomen van beloften en begrip voor de mensen van belang. Daar
wil ik de komende tijd nog sterker op inzetten. In het jaarverslag heeft de IGK zijn
aandachtspunten verdeeld over de drieslag Mensen, Middelen en Manieren. Hieronder
reageer ik op zijn bevindingen.
Mensen
De IGK geeft aan dat het hem deugd doet dat het thema «mensen» de hoogste prioriteit
in de Defensienota 2018 (Kamerstuk 34 819, nr. 1) heeft gekregen en dat daar een substantieel budget tegenover staat. Alle maatregelen
die gaan over «de mens» bij Defensie zijn ondergebracht in één pakket, genaamd de
Personeelsagenda. De IGK benoemt echter nog een aantal specifieke zorgpunten. De Staatssecretaris
en ik delen deze zorg en daarom werkt Defensie er hard aan om een betrouwbare en aantrekkelijke
werkgever te zijn waar mensen met plezier en trots werken.
Mensen – arbeidsvoorwaarden en inkomen
De IGK stelt dat een goed arbeidsvoorwaardenakkoord noodzakelijk is voor het herstel
van het vertrouwen van de medewerker. Ik deel die mening en betreur het dan ook dat
het defensiepersoneel nog langer moet wachten op verbetering van de arbeidsvoorwaarden.
In het belang van het personeel en vanuit onze gezamenlijke verantwoordelijkheid wil
ik het overleg met de vakbonden graag voortzetten. Ik hoop dan ook dat de bonden weer
snel aan tafel komen.
Mensen – personeelstekort
De IGK uit niet alleen zijn zorgen over het lage vertrouwen onder het personeel maar
schrijft ook over starheid in het personeelssysteem, functie-uitholling, hoge werkdruk
en achterblijvende personele vulling. Ik herken de zorgpunten van de IGK. Defensie
werkt hard aan het herstel van vertrouwen. Dit is niet eenvoudig en vraagt om zichtbare
verbeteringen op diverse terreinen. Naast inzet om te komen tot een goed arbeidsvoorwaardenakkoord,
een goed pensioenstelsel en een goed loongebouw, investeren de Staatssecretaris en
ik in materiele gereedheid, goede spullen, vastgoed en legering, het bieden van loopbaan-perspectief
en een veilige werkomgeving. Recente voorbeelden van merkbare verbeteringen zijn:
de nieuwe gevechtstenues voor personeel op missie, de eenmalig uitkering van 750 euro
in december 2018, de smart-telefoons, de oprichting van het interventieteam en het
realiseren van Wifi op de legering. Verder wil ik toe naar het leveren van meer maatwerk
voor het personeel. Hiertoe wordt het huidige personeelssysteem vervangen door een
nieuw, modern en toekomstbestendig model dat recht doet aan de persoonlijke ontwikkeling
en behoeftes van medewerkers. Het raamwerk voor dit nieuwe personeelsmodel, waarin
ook de reservist wordt betrokken, wil Defensie dit jaar gereed hebben.
Defensie gaat samenwerkingsverbanden aan met andere overheidsinstellingen en bedrijven
om te beschikken over een flexibele personele schil, waarin gebruik kan worden gemaakt
van specifieke kennis en expertise. Ook probeert Defensie militairen langer te behouden
door het (ruimer) toekennen van bindings- en behoudspremies. Daarnaast wordt er vaker
voor gekozen militairen door te laten stromen naar een permanent dienstverband. De
personele uitdaging dwingt Defensie echter om de komende jaren te blijven moderniseren
en daarbij goed te blijven kijken naar andere Westerse krijgsmachten waar vergelijkbare
uitdagingen spelen.
Mensen – Langer doorwerken bij Defensie
Voor militairen geldt een geleidelijke toename van de leeftijd waarop met leeftijdsontslag
kan worden gegaan. Bij zijn gesprekken constateert de IGK dat er veel vragen leven
over zaken als inzetbaarheid, dienstroosters, uitzendbaarheid, erkenning en waardering.
De IGK heeft in een themaonderzoek, getiteld «Langer werken bij Defensie» aandacht
besteed aan deze kwesties. De hoofdconclusie daarvan was: Zet de oudere werknemer
in zijn kracht. Ik ben de IGK erkentelijk voor dit themaonderzoek en de adviezen die
daaruit voortvloeien. Het langer doorwerken van zowel militairen als burgermedewerkers,
als gevolg van onder meer de verhoging van de pensioenleeftijd, maakt dat de Staatssecretaris
en ik beleidsmatig extra willen investeren in het behouden van competente, gezonde
en gemotiveerde werknemers. Per levensfase heeft Defensie al diverse instrumenten
tot haar beschikking, zoals: verlofregelingen (ouderschaps-, zorg-, en geboorteverlof),
de Partiële Arbeidsparticipatie Senioren (PAS) regeling, het inverdienen van tijd
(als gevolg van een uitzending naar het buitenland) waarmee eerder met leeftijdsontslag
kan worden gegaan, leeftijdsgrenzen voor uitzending en nachtdienst, uitzendbescherming
en loopbaanbegeleiding. Uitwerking van nieuwe of aanpassing van bestaande instrumenten
komen aan de orde in het overleg met de Centrales van Overheidspersoneel.
Mensen – opleidingen
De IGK constateert dat het aantal aanstellingsopdrachten voor het komende jaar aanzienlijk
is verhoogd en vindt dat goed nieuws. Tegelijkertijd wijst de IGK er op dat dit grote
uitdagingen en tekorten met zich meebrengt op het gebied van instructeurs, onderwijsleermiddelen,
ondersteunende diensten en infrastructuur. Daarnaast gaat het verkorten van de initiële
opleidingstijd ten koste van de startbekwaamheid.
Door bij horizontale instroom meer rekening te houden met het kennis- en ervaringsniveau
van de instromer kan de benodigde opleiding beter worden afgestemd. Echter, door irreguliere
uitstroom is de druk op de opleidingscapaciteit vergroot. Het kost tijd en (operationele)
capaciteit om nieuwe mensen op te leiden en in te werken. Defensie is zich bewust
van de opgaven als het gaat om opleidingen en onderkent ook de risico’s zoals beschreven
in de inzetbaarheidsrapportage van 2018.
De Staatssecretaris en ik zetten ons ook in voor een veilige opleiding. Daarbij probeert
Defensie de risico’s te minimaliseren door het handhaven van procedures, het inzetten
van gekwalificeerd personeel, het uitvoeren van aanvullende risico-inventarisaties
en het gebruik van materiaal dat aan de wettelijke veiligheidseisen voldoet.
Mensen – arbeidsconflict en re-integratie
De IGK heeft in 2018 een themabijeenkomst gehouden over verzuim als gevolg van een
arbeidsconflict. Dit onderwerp is blijvend actueel, want overal waar gewerkt wordt,
kunnen conflicten ontaarden in ziekteverzuim. Defensie wil goede zorg verlenen en
heeft daarom een uitgebreid systeem ingericht om een medewerker waarbij een conflict
leidt tot verzuim, snel weer op de been te krijgen. Wanneer er sprake is van een conflict
blijkt het in specifieke gevallen lastig om invulling te geven aan de re-integratie.
Defensie biedt daarom onder meer alternatieve geschillenoplossing (bijv. mediation) aan als een manier om uit een impasse te komen.
Mensen – drugsbeleid bij Defensie
Defensie voert een lik-op-stuk beleid op het gebied van drugs. De IGK stelt dat er
verbetering valt te behalen op het gebied van preventie en voorlichting. Een werkgroep
heeft naar aanleiding hiervan gekeken naar concrete doorvertaling van het beleid naar
de praktijk. Dat werk is gereed en de Staatssecretaris en ik beraden ons momenteel
op het beoogde tijdpad voor het verder aanvullen van het drugsbeleid en de wijze van
aanpak. Overleg met de medezeggenschap en de Centrales van Overheidspersoneel vormt
hiervan een belangrijk onderdeel.
Middelen
De IGK geeft aan dat medewerkers positief zijn over de toegenomen beschikbaarheid
van munitie, oefenmogelijkheden en middelen. Als zorgpunten noemt de IGK de staat
van gebouwen, de materiaalvoorziening-keten, kwetsbaarheid bij het gebruik van bedrijfssoftware zoals Systemen Applicaties en Producten (SAP), WIFI-dekking op kazernes en (satelliet-) bandbreedte op zee. De signalering
dat de organisatie kwetsbaar is rond het gebruik van SAP, wordt onderkend en de aanpak
daarvan is onderdeel van het verbeteren van de materiele gereedheid. Met de IGK ben
ik verheugd dat de eerste resultaten van het project ter verbetering van Internet
Op De Legering (IODL) als een werkelijke verbetering wordt ervaren en dat de voorgenomen
brede verspreiding van zogenaamde smart-telefoons, positief wordt ontvangen. Ook ben ik verheugd dat ons personeel positief
gestemd is over de instroom van materieel in de komende jaren. Dat steunt me bij het
uitvoeren van de Defensienota 2018. Ik deel de zorg over de staat van het vastgoed
en heb daar in 2019 extra budget voor bestemd. Ik verwijs daarvoor naar de brief aan
uw Kamer getiteld: Stand van zaken vastgoed Defensie (Kamerstuk 34 919, nr. 35). Binnen de Defensiebegroting zoek ik naar mogelijkheden om dit initiatief de komende
jaren door te zetten. Het advies van de IGK om de keten «bouw en verbouw» onder de
loep te nemen, neem ik ter harte. Defensie werkt daarom een plan uit voor het integraal
beheersen van de gehele vastgoedportefeuille.
Manieren
De IGK vestigt aandacht op het belang van investeren in de juiste manier van denken
van medewerkers, die na 25 jaar van krimp en vertragen moeten wennen aan de kansen
die er zijn. Ik deel de mening van de IGK dat daarvoor stimulerend leiderschap nodig
is op alle niveaus.
Manieren en organiseren
In zijn themarapport »Van reorganiseren naar organiseren» heeft de IGK geadviseerd
over reorganisatietrajecten bij Defensie. Op basis van het rapport heb ik onderzoek
laten doen naar de oorzaken van vertraging van reorganisaties en mogelijke oplossingsrichtingen.
Hieruit volgt dat de Uitvoeringsregeling Reorganisaties Defensie (URD) moet worden
herzien, met als doel het reorganisatieproces te vereenvoudigen. Daarnaast moet er
meer aandacht zijn voor de menselijke maat.
Manieren en veiligheid
De IGK stelt in zijn jaarverslag dat de hernieuwde aandacht voor veiligheid absoluut
noodzakelijk is en dat er binnen Defensie het nodige is verbeterd. Om de reeds ingezette
beweging te versterken signaleert de IGK dat het belangrijk is dat defensiemedewerkers
na een melding zien, dat er daadwerkelijk iets gebeurt met die melding. Hij noemde
dit wederkerigheid. Ik ben het van harte eens met de IGK. Om de veiligheid van de
organisatie te versterken hebben de Staatssecretaris en ik een Plan van Aanpak opgesteld
waarin commandanten een centrale rol hebben. In 2019 wordt aan hen gevraagd een analyse
te maken op basis van een aantal indicatoren zoals de bezettingsgraad en de mate waarin
medewerkers zijn opgeleid voor hun functie. Hiermee wordt gestimuleerd dat commandanten
veiligheid zien als onderdeel van de reguliere bedrijfsvoering en dat zij hun personeel
laten meedenken om te komen tot een veiliger werkomgeving. Het personeel ziet op zijn
beurt dat er iets met hun signalen wordt gedaan. Op het gebied van sociale veiligheid
zorgt Defensie dat commandanten met additionele maatregelen worden ondersteund, dat
opleidingen van personeel worden aangepast, dat melden eenvoudiger wordt en meldingen
beter en sneller opvolging krijgen. Duidelijk is dat Defensie op het gebied van veiligheid
nog stappen moet zetten. Dat heeft mijn volle aandacht. Ook heeft de Visitatiecommissie
Defensie en Veiligheid dit in het vizier. Tot slot werkt Defensie met de oprichting
van de Inspectie Veiligheid Defensie en de Directie Veiligheid verder aan het verhogen
van het veiligheidsbewustzijn door de hele organisatie.
Manieren en besturen
De IGK signaleert dat meer regie, overzicht en het stellen van prioriteiten nodig
zijn. Daarbij is ook een open communicatie naar de medewerkers van belang. In het
bijzonder adviseert hij om meer regie te voeren op alle verbeterinitiatieven en informatie
hierover makkelijk beschikbaar te maken. Dit onderken ik en ik ben van mening dat
het van permanent belang is om hiervoor de verbinding en coördinatie tot stand te
brengen tussen de Defensieonderdelen onderling.
In zijn themarapport «De commandant in zijn kracht» heeft de IGK geadviseerd bevoegdheden
meer decentraal bij commandanten te beleggen. Ik heb dit advies omarmd en onder meer
een aantal bevoegdheden ten aanzien van herintreders decentraal belegd. Dit geeft
commandanten meer mogelijkheden in het kader van behoud en werving van personeel.
Ook wordt hiermee het adaptieve vermogen van de Krijgsmacht vergroot. Het doet de
Staatssecretaris en mij deugd om te lezen dat de IGK de nieuwe Zelfstandige Kleinschalige
Aanschaf-regeling bestempelt als goed voorbeeld van een effectieve verbetering en
dat het interventie-team als zeer positief wordt ervaren.
Internationaal
De IGK roemt de gedrevenheid en het enthousiasme van het personeel werkzaam in het
buitenland en bij multinationale eenheden, maar constateert daarbij dat zij aandacht
en richtlijnen vanuit Nederland of de Defensietop missen. Dit signaal neem ik ter
harte. Het verbeteren van de aansturing vanuit Den Haag heeft dan ook mijn aandacht.
Dit wordt thans nader uitgewerkt met de verdieping van het strategisch internationaal
functiebestand. Ook wil Defensie nagaan in hoeverre buitenlandtoelages nog toekomstbestendig
zijn. De IGK heeft tijdens zijn werkbezoeken een aantal uitdagingen in het kader van
internationale inzet geconstateerd. Die neem ik ter harte. Ook de specifieke aandachtspunten
voor de bijdrage aan enhanced Forward Presence en de missies in Mali en het Midden-Oosten hebben mijn aandacht. Zo is de uitzendduur
van de militaire experts in de Nederlandse bijdrage aan de United States Security Coordinator for Israel and the Palestinian National Authority
(USSC) aangepast van 6 maanden naar 1 jaar. De langere uitzendduur moet bijdragen
aan effectievere vertrouwensrelaties met betrokken partners. De IGK constateert verder
dat uitgezonden personeel veel belang hecht aan erkenning en waardering. Daarom pleit
de IGK voor ruimhartige interpretatie van de regelgeving over decoraties. Ik bezie
graag de mogelijkheid om hier op korte termijn aan tegemoet te komen.
Bemiddeling
Voor bemiddeling bij arbeidsgeschillen kan men ook een beroep op de IGK doen. De IGK
geeft aan dat veel van de bemiddelingsverzoeken over duurzame inzetbaarheid en flexibiliteit
in de loopbaan gaan (waaronder instroom, doorstroom en uitstroom). De Staatssecretaris
en ik nemen deze signalen ter harte. Om beter tegemoet te komen aan de wensen van
de medewerkers, onderzoekt Defensie tegen de achtergrond van de introductie van een
nieuw personeelsmodel, welke wijzigingen mogelijk zijn op het gebied van aanstellingsvormen.
Veteranen
De IGK is van mening dat de aandacht en zorg voor veteranen bijdraagt aan de reputatie
van Defensie als goed werkgever. Ik deel die mening. Een belangrijk element van het
veteranenbeleid is de erkenning en waardering van veteranen. De rol van de IGK als
inspecteur der Veteranen hierin is essentieel. De IGK besteedt ook bijzondere aandacht
aan specifieke groepen – zoals afgelopen jaar de Molukse KNIL-veteraan. Dit is een
goede zaak en ik deel dan ook zijn oproep voor blijvende aandacht voor Indië-veteranen.
Voor de diverse veteranenontmoetingscentra geldt dat deze niet onder auspiciën staan
van Defensie. De IGK geeft aan dat er versnippering wordt ervaren. Door het vrijwillige
karakter is versnippering echter niet te vermijden en daarom geef ik de voorkeur aan
het stimuleren van samenwerking. Dit najaar organiseert de Vereniging van Nederlandse
Gemeenten (VNG) samen met Defensie en het Veteranenplatform een themabijeenkomst met
gemeentebestuurders om gezamenlijke initiatieven te stimuleren.
Reservisten
De IGK constateert diverse positieve ontwikkelingen op het gebied van reservisten
binnen de organisatie. Daar ben ik blij mee. Een ambitieus reservistenbeleid is onontbeerlijk
voor een toekomstgerichte krijgsmacht. Voor de meest actuele discussie verwijs ik
naar de reactie van Defensie op de initiatiefnota Reservisten (Kamerstuk 35 059, nr. 4) en de rapportage Adaptieve Krijgsmacht (Kamerstuk 33 763, nr. 146). Over dit onderwerp heeft de Staatssecretaris met Uw Kamer gesproken tijdens het
Notaoverleg Reservisten van 11 februari 2019 (Kamerstuk 35 059, nr. 8). Aan de toezeggingen en uitkomsten n.a.v. dit debat wordt momenteel gewerkt.
Tot slot
Ik deel de opvatting van de IGK dat 2018 een bijzonder jaar was. Met hem kijken de
Staatssecretaris en ik er naar uit om de komende jaren het verschil te blijven maken.
Met extra investeringen zetten we opnieuw stappen voorwaarts. En dat is goed nieuws.
Stappen die naar onze overtuiging directer voelbaar moeten worden op de werkvloer.
Vorig jaar gaf ik al aan dat opbouwen tijd zal kosten en vroeg ik daarom het personeel
om geduld te hebben. Dat is komende tijd nog niet anders. Daarbij blijft elke vorm
van opbouwende kritiek welkom.
De Minister van Defensie,
A.Th.B. Bijleveld-Schouten
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
A.Th.B. Bijleveld-Schouten, minister van Defensie