Brief regering : Informatie over REACH-registratiedossiers
28 089 Gezondheid en milieu
Nr. 121
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 4 maart 2019
Tijdens het Algemeen Overleg ter voorbereiding van de Milieuraad 20 februari jl. kwamen
verschillende vragen over de tekortkomingen in registratiedossiers van stoffen die
in Europa op de markt worden gebracht. Met deze brief wil ik u informeren over de
stand van zaken en de acties die lopen of zijn voorzien.
De REACH-verordening bepaalt dat alle stoffen die in een hoeveelheid van meer dan
één ton per jaar op de markt worden gebracht, verplicht moeten worden geregistreerd
door degene die de stof op de markt brengt, de fabrikant of importeur. Welke informatie
hiertoe moet worden aangeleverd, hangt af van de hoeveelheid die jaarlijks op de markt
wordt gebracht. Onder de 10 ton is slechts beperkte informatie nodig, boven de 1.000
ton zeer uitgebreide informatie. REACH is geleidelijk van toepassing geworden waarbij
al in 2010 de stoffen in volumes boven de 1.000 ton moesten worden geregistreerd.
Voor stoffen in de laagste volumes, 1–10 en 10–100 ton, was 31 mei 2018 de deadline
voor registratie.
De registratie vindt plaats bij het Europees Chemicaliënagentschap (ECHA). Zoals ik
aangegeven heb bij de beantwoording van eerdere vragen over dit onderwerp van de vaste
commissie voor Infrastructuur en Waterstaat1, worden alle ingediende dossiers op compleetheid gecontroleerd voordat ze geaccepteerd worden.
De juistheid van de informatie wordt beoordeeld in een zogenoemde compliance check.
ECHA is verplicht minimaal 5% van de dossiers aan deze toets te onderwerpen. Dat gebeurt
niet willekeurig, maar op basis van risico waarbij wordt geprioriteerd op basis van
hoeveelheid, mogelijk risicovolle stofcomponenten en geautomatiseerde controle op
mogelijke tekortkomingen. Dat kan bijvoorbeeld zijn de mate waarin wordt verwezen
naar studies voor andere stoffen (read across) of wordt gesteld dat gevraagde informatie voor de betreffende stof niet relevant
is.
Twee Duitse agentschappen (BfR en UBA) hebben met ECHA een onderzoek uitgevoerd waarin
een snelle screening is gedaan. Ik heb u daarover uitgebreid geïnformeerd in mijn
brief van 19 november 20182. Het betrof hier stoffen die in 2015 geregistreerd waren en in een volume van meer
dan 100 ton per jaar op de markt worden gebracht.
Dit leverde de volgende cijfers op:
• In de categorie 100 – 1.000 ton voldoet op basis van deze screening 44% van de dossiers
aan de eisen van REACH, is 37% te complex om met de uitgevoerde studie een conclusie
te kunnen trekken en zou 19% niet conform REACH zijn.
• In de categorie >1.000 ton/jaar voldoet 31% aan de eisen van REACH, is 37% te complex
voor een snel oordeel en zou 32% niet conform REACH zijn.
De belangrijkste reden die de studie aangeeft ter verklaring dat dossiers niet op
orde zouden zijn, is dat de registrant onvoldoende heeft verantwoord waarom bepaalde,
in het dossier ontbrekende informatie voor zijn stof niet relevant zou zijn, of waarom
is afgeweken van de standaardtestvereisten. Het kan hierbij bijvoorbeeld gaan om het
zonder afdoende toelichting niet uitvoeren van een dierproef die gezien de aard en
het volume van de stof wel had moeten worden uitgevoerd. Ook kan het gaan om meer
administratieve tekortkomingen als het verwijzen naar studies van anderen waar de
registrant geen rechten voor heeft betaald.
De studie heeft geen dossiers onderzocht in de lagere tonnages dan 100 ton. Omdat
voor dergelijke dossiers (veel) minder informatie hoeft te worden aangeleverd, is
de verwachting dat een veel hoger percentage van deze dossiers voldoet aan de eisen
in REACH.
Inmiddels lopen er verschillende acties om de kwaliteit van de registratiedossiers
te verbeteren:
• ECHA is in onderhandeling met de Europese Commissie om het percentage dossiers dat
inhoudelijk wordt gecontroleerd, op te voeren. Inzet is daarbij om te gaan naar 20%
van alle dossiers (wat overeen komt met 30% van alle stoffen). Omdat een dergelijke
controle zeer arbeidsintensief is (rond 4 weken per groot dossier), is dit met de
huidige capaciteit van ECHA een zeer ambitieuze doelstelling.
• Het REACH Forum voor de uitwisseling van handhavingsinformatie, waarin de handhavingsautoriteiten
van de lidstaten samenwerken, is gestart met een project waarin nationale handhavingsinstanties
niet alleen controleren of een registratiedossier is ingediend, maar ook of het op
de markt gebrachte tonnage klopt en of het gebruik conform de registratie is. Dit
project loopt gedurende heel 2019, de rapportage hiervan wordt eind 2020 verwacht.
De NVWA, ISZW en ILT zullen in dit kader Nederlandse bedrijven controleren.
• Er is een intentieverklaring getekend door CEFIC, de Europese branchevereniging van
chemische bedrijven, en ECHA om samen te werken bij het verbeteren van dossierkwaliteit.
• In Nederland benadert de VNCI haar leden om die aan te zetten tot het actualiseren
en verbeteren van hun registraties. Het RIVM geeft hierbij adviezen via de REACH Helpdesk,
onder meer door verheldering te geven op de door BfR/UBA gevonden probleempunten.
Zoals ik al aangaf in mijn eerdere brieven, is het uitvoeren van dossiercontroles
een exclusieve bevoegdheid van ECHA. De hierboven aangegeven acties die door de Nederlandse
overheid uitgevoerd worden, ondersteunen ECHA bij de uitoefening van haar taken.
Van ECHA heb ik verder de onderstaande, geaggregeerde informatie ontvangen over registratiedossiers
van Nederlandse bedrijven:
• Er zijn 350 compliance checks uitgevoerd op dossiers van Nederlandse bedrijven.
• Hierbij was een Nederlands bedrijf 276 keer hoofdregistrant, 45 keer aangesloten bij
een consortium en 29 keer in een andere hoedanigheid bij het dossier betrokken.
• Op dit moment zijn hiervan nog 21 dossiers in onderzoek.
• Ook zijn 21 dossiers nu in besluitvormende fase.
• Voor 121 dossiers is er een besluit naar het bedrijf gestuurd (dus ECHA was van mening
dat het dossier tekortkomingen had).
• 119 dossiers zijn gesloten zonder verdere actie (deze waren conform).
• Er zijn 68 dossiers beëindigd om een andere reden (omdat de tekortkoming na concept-besluit
is hersteld, omdat de stof niet meer wordt geproduceerd/ingevoerd of om een andere
reden).
In de gevallen dat er een besluit naar een bedrijf wordt gestuurd, neemt de ILT actie
richting het bedrijf om deze er toe te zetten de registratie conform te maken. Dit
is in voorkomende gevallen steeds gebeurd. Door Nederlandse bedrijven geregistreerde
REACH-dossiers waarvan niet-conformiteit is geconstateerd zijn zodoende in beeld en de ILT neemt daarop actie.
Dit heeft in voorkomende gevallen steeds tot een conform dossier geleid. In deze gevallen
konden de dossiers met tekortkomingen in korte tijd alsnog in overeenstemming worden
gebracht met de eisen van REACH.
Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
S. van Veldhoven-van der Meer
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S. van Veldhoven-van der Meer, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat