Brief regering : Reactie op het verzoek van het lid Van Ojik, gedaan tijdens de Regeling van Werkzaamheden van 23 januari 2018, over het kinderpardon in verband met op handen zijnde uitzettingen
19 637 Vreemdelingenbeleid
Nr. 2457 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN JUSTITIE EN VEILIGHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 23 januari 2019
Bij de regeling van werkzaamheden van vandaag heeft het lid Van Ojik (GroenLinks)
mij verzocht om uw Kamer te laten weten of gezinnen, waarvan een aanvraag voor een
vergunning op grond van de definitieve regeling langdurig verblijvende kinderen (DRLVK)
is afgewezen, in de komende dagen tot aan het debat over dit onderwerp uitgezet zullen
worden (Handelingen II 2018/19, nr. 44, Regeling van Werkzaamheden).
De feitelijke stand van zaken is toevalligerwijs dat vanaf heden tot en met eind volgende
week geen gedwongen terugkeren gepland staan van (gezinnen met) kinderen waarvan een
aanvraag onder de DRLVK is afgewezen.
Er bevinden zich wel (gezinnen met) kinderen in het proces van gedwongen terugkeer
die zich allen korter dan vijf jaar in Nederland bevinden.
De Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid,
M.G.J. Harbers
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
M.G.J. Harbers, staatssecretaris van Justitie en Veiligheid