Brief regering : Voortgang Sanering en Verduurzaming Varkenshouderij
28 973 Toekomst veehouderij
Nr. 206
BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 januari 2019
Met deze brief informeer ik uw Kamer over de voortgang van de Sanering en Verduurzaming
Varkenshouderij, conform de toezegging in mijn brief van 7 juli 2018 met het aangeboden
Hoofdlijnenakkoord (HA) (Kamerstuk 28 973 nr. 200) en tijdens de behandeling van de begroting Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
2019 in uw Kamer op 31 oktober en 1 november 2018 (Handelingen II 2018/19, nr. 17, item 8 en nr. 18, item 10).
Conform het HA heb ik samen met de betrokken partijen (de ketenpartijen uit de coalitie
Vitale Varkenshouderij, de provincies Noord-Brabant, Limburg, Gelderland, Overijssel
en Utrecht en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten) een werkorganisatie ingericht
voor het uitwerken van de hoofdlijnen voor beide ingezette sporen: het sanerings-/beëindigingsspoor
en het verduurzaming-/ innovatiespoor. Op beide sporen treft u onderstaand de stand
van zaken aan.
Sanering
Voor het saneringsspoor gaat het enerzijds om een Sanerings(subsidie)regeling Varkenshouderij
(SRV) vanuit het Rijk, waarvoor 120 miljoen euro is gereserveerd en anderzijds om
het flankerend beleid van de betrokken partijen, zoals toegelicht in het HA. Doel
van de warme sanering van de varkenshouderij is het op korte termijn verminderen van
de meest urgente situaties van geuroverlast in veedichte gebieden. Dit wordt bereikt
door aan varkenshouders subsidie te verstrekken voor het definitief en onherroepelijk
beëindigen van hun productie, op varkenshouderijlocaties die geuroverlast veroorzaken.
Het succes van de sanering hangt niet alleen af van de hoogte van de subsidie die
een varkenshouder van het Rijk kan ontvangen voor het beëindigen van een varkenshouderijlocatie,
maar evenzeer van het flankerend beleid dat door de decentrale overheden geboden kan
worden. Het is van belang dat varkenshouders die overwegen hun bedrijf(locatie) te
beëindigen, worden geïnformeerd over de SRV en worden begeleid bij het proces van
besluitvorming en uitvoering. Hierover is een communicatietraject voorzien door de
partijen van het HA. Het is wezenlijk voor het slagen van de SRV dat de varkenshouder
die overweegt een subsidieaanvraag in te dienen, met de gemeente in gesprek treedt,
bijvoorbeeld over de vraag welke nieuwe bestemming de productielocatie kan krijgen,
welke regelingen de provincie heeft die kunnen worden ingezet in het kader van vrijkomende
agrarische bebouwing en asbestsanering in combinatie met sloop.
De uitgangspunten en hoofdlijnen van de SRV zijn de volgende:
– Doel van de subsidieregeling is het definitief en onherroepelijk beëindigen van varkenshouderijlocaties
die geuroverlast veroorzaken voor omwonenden.
– Deelname aan de subsidieregeling is vrijwillig.
– Ondernemers met meerdere varkenshouderijlocaties kunnen voor een afzonderlijke locatie
subsidie aanvragen.
– De regeling is gericht op varkenshouderijlocaties in de concentratiegebieden Zuid
en Oost van de Meststoffenwet.
– De gemeenten hebben in samenwerking met de provincies en ketenpartners een trekkersrol
bij het benaderen, begeleiden en ondersteunen van potentieel stoppende varkenshouders.
Deze partijen zijn verantwoordelijk voor het treffen van maatregelen om verrommeling
van het platteland door leegstaande stallen te voorkomen en om stoppende ondernemers
een toekomstperspectief te bieden, conform het HA. Partijen willen in de saneringsregeling
een sloopverplichting opnemen.
– Om te waarborgen dat de beschikbare middelen doeltreffend en doelmatig worden ingezet
zal een selectiecriterium gebaseerd op het doel – geuroverlast verminderen – worden
ingezet. Om in aanmerking te komen voor een subsidie dient de varkenshouder de productie
op de betreffende varkenshouderijlocatie definitief te beëindigen, de milieuvergunning
te laten intrekken, de varkensrechten te laten doorhalen en de stallen te laten slopen
(waaronder mestkelders en/of -opslagen).
– De varkenshouder ontvangt een marktconforme vergoeding (subsidie) voor de varkenseenheden
die hij door het Rijk laat doorhalen en een beëindigingsvergoeding. Wageningen Economic
Research is gevraagd het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)
te adviseren over de hoogte van de vergoedingen. Over de hoogte van de vergoeding
zal in het Bestuurlijk Overleg van februari 2019 een definitief besluit worden genomen.
– Varkenshouders die zich aanmelden moeten voldoen aan het Besluit emissiearme huisvesting.
Dit betekent dat varkenshouders die deelnemen aan het Actieplan ammoniak – de zogenoemde
«gedoogstoppers» – uitgesloten zijn van deelname.
Op basis van deze uitgangspunten en hoofdlijnen wordt de SRV ingericht. Het is voorzien
– zoals vermeld in de brief van 7 juli 2018 – dat de SRV in het voorjaar van 2019
wordt gepubliceerd, inclusief het tijdpad van openstelling en de erbij behorende voorwaarden.
Dit is echter mede afhankelijk van de besprekingen met de Europese Commissie in verband
met de staatssteunaspecten van de regeling en de in dat kader benodigde goedkeuring.
Ik zal uw Kamer hierover in het eerste kwartaal van 2019 verder informeren.
Verduurzaming
Verduurzaming Varkenshouderij
Het doel van het verduurzaming-/innovatiespoor uit het HA is het op middellange en
lange termijn terugdringen van gezondheids- en leefomgevingsrisico’s van varkenshouderijen
voor omwonenden. Daarnaast is het doel het verminderen van diergezondheids- en dierwelzijnsrisico’s
voor de varkens en gezondheidsrisico’s voor de varkenshouders en hun medewerkers.
Dit wordt gerealiseerd door brongerichte emissiereductie maatregelen te ontwikkelen
en vervolgens toe te passen in varkensstallen. Deze brongerichte emissiereducerende
maatregelen zijn zowel op bestaande als nieuwe stallen gericht. Hiermee worden schadelijke
emissies (ammoniak, geur, methaan, fijnstof, endotoxinen) zoveel mogelijk voorkomen.
Tevens leidt dit tot een verbetering van de kwaliteit van de stallucht.
Dit spoor wordt uitgewerkt in een innovatie- en investeringsprogramma dat zal bestaan
uit een samenhangend pakket instrumenten. Hiertoe neemt de Coalitie Vitalisering Varkenshouderij
het voortouw.
Verduurzaming Veehouderij
Over mijn aanpak om – samen met betrokken partijen – de verduurzaming van de gehele
veehouderij te versnellen, in lijn met mijn LNV-visie Waardevol en verbonden, zal ik uw Kamer in het voorjaar van 2019 informeren.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C.J. Schouten
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.J. Schouten, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit