Brief regering : Stand van zaken IJsselmeerziekenhuizen

Nr. 145 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR MEDISCHE ZORG

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 november 2018

Hierbij informeer ik u over de stand van zaken rond het faillissement, de doorstart
en de benodigde tussentijdse afschaling van de MC IJsselmeerziekenhuizen. Dit naar
aanleiding van informatie die ik op 13 november jongstleden van de curatoren heb gekregen.

Onderzoek mogelijkheden doorstart

De curatoren van de MC IJsselmeerziekenhuizen onderzoeken samen met Ziekenhuis St
Jansdal de mogelijkheden van een doorstart. Gezien het belang van goede zorg in de
regio gaat de voorkeur van de curatoren uit naar een potentiële kandidaat die een
substantieel deel van de zorg wenst te continueren. De curatoren hebben gesprekken
gevoerd met diverse partijen en de biedingen nader geanalyseerd. Naar aanleiding daarvan
hebben de curatoren besloten om met één partij, te weten Ziekenhuis St Jansdal, verder
te onderhandelen over de mogelijke doorstart. Ook wordt gesproken met anderen die
mogelijk deels kunnen bijdragen aan de continuïteit van zorg in de regio. De curatoren
verwachten dat de uitkomst van de onderhandelingen met Ziekenhuis St Jansdal later
deze week helder zal zijn.

Behoud vormen van acute zorg in Lelystad en omgeving

Zoals ik u op 7 november per brief heb laten weten heb ik met de biedende partijen
gesproken over mijn ambitie om ook vormen van acute zorg (SEH en acute verloskunde)
in Lelystad en omgeving te behouden (Kamerstuk 31 016, nr. 140). Daarbij heb ik tevens aangegeven bereid te zijn om daar zo nodig ook financieel
aan bij te dragen in de vorm van een zogenoemde beschikbaarheidbijdrage. Dit ondanks
dat de huidige regeling daar niet in voorziet. Dit draagt hopelijk bij aan een perspectief
op duurzame en toekomstbestendige acute zorg voor inwoners van Flevoland.

Afschaling eerst nodig

Het zal nog enige tijd duren voordat er in praktijk sprake zal zijn van operationeel
doorgestarte zorg bij de MC IJsselmeerziekenhuizen. De curatoren hebben laten weten
dat, om de patiëntveiligheid in de tussentijd te kunnen blijven garanderen, het nodig
is om eerst zorgvuldig de zorg in de MC-IJsselmeerziekenhuizen af te schalen. Ongeacht
de plannen voor een eventuele doorstart, zijn de curatoren ervoor verantwoordelijk
dat patiëntenzorg en patiëntendossiers op adequate wijze worden overgedragen. De IGJ
is de afgelopen weken dagelijks in het ziekenhuis aanwezig geweest en spreekt met
de curatoren en zorgverleners over de voorwaarden waar deze overdracht aan moet voldoen.
De IGJ staat de curatoren met expertise bij, met inachtneming van de wederzijdse rollen
en verantwoordelijkheden. De IGJ heeft bij de curatoren aangegeven dat aanpassingen
in het zorgaanbod voldoende dienen te worden onderbouwd, afgestemd en uitgewerkt.
De IGJ wil daarom vooraf op de hoogte gesteld worden van dergelijke plannen, zodat
zij erop kan toezien dat de plannen leiden tot veilige zorg in MC IJsselmeerziekenhuizen
en bij andere zorgaanbieders.

Zodra er overeenstemming is bereikt over een doorstart, zal er een plan gemaakt worden
om de werkzaamheden weer op te bouwen en voort te zetten.

De curatoren van de IJsselmeerziekenhuizen hebben in samenwerking met het medisch
stafbestuur en de andere zorgverleners in de regio een plan uitgewerkt om tot een
zorgvuldige afschaling van de afdeling voor Spoedeisende Hulp (SEH) te komen. Dit
afschalingsdocument is donderdag 8 november in het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ)
besproken, in aanwezigheid van de IGJ en NZa.

Het ROAZ heeft geconcludeerd dat het afschalingsdocument «voldoende antwoord met daarin
concrete tegenmaatregelen op de ontstane situatie na afschaling van de spoedzorg bij
MC Zuiderzee» geeft. De toezichthouders IGJ en NZa hebben tijdens het ROAZ met nadruk
gepleit voor de noodzaak van een gecontroleerde afschaling en een oplossing voor de
acute zorg die goed is ingebed in het regionale zorgaanbod. De IGJ en NZa hebben vastgesteld
dat er in ROAZ-verband voldoende is afgestemd over de afschaling van de SEH en de
gevolgen daarvan voor andere zorgaanbieders. Daarbij heeft de NZa aangegeven dat het
van belang is dat er zorgvuldige communicatie plaatsvindt richting patiënten en andere
zorgaanbieders (zoals aanbieders die patiënten doorverwijzen naar een ziekenhuis).

Vanaf 8 november jl. worden er vanaf de SEH, die sinds 5 november open is van 8 uur
’s ochtends tot 10 uur ’s avonds, geen nieuwe klinische patiënten meer opgenomen.
Het Regionaal Overleg Acute Zorg (ROAZ) heeft mij geïnformeerd dat hierover goed is
gecommuniceerd met de partijen in de keten. Patiënten die acute zorg nodig hebben
en niet in Lelystad kunnen worden geholpen kunnen worden opgevangen in de omliggende
ziekenhuizen in Almere, Sneek, Heerenveen, Zwolle en Harderwijk. Tot nader order,
vooralsnog tot 6 december, blijft de SEH van 8.00 tot 20.00 uur geopend. Mocht er
toch worden overgegaan sluiting van de SEH, dan wordt dit minimaal 3 werkdagen van
te voren aangekondigd en als er een weekend invalt, 4 werkdagen.

De curatoren hebben mij geïnformeerd dat de laatste klinische patiënten op 14 november
het ziekenhuis verlaten. De laatste klinische behandelingen (bijvoorbeeld operaties,
scopieën en interventie radiologie) hebben plaats gevonden op 13 november.

De polikliniek blijft voorlopig nog open voor reeds geplande afspraken van bekende
patiënten.

In verband met de afschaling van de IJsselmeerziekenhuizen heeft de Regionale Ambulancevoorziening
(RAV) Flevoland extra capaciteit ingezet, zowel reguliere ambulances als een zorgambulance
voor besteld vervoer / interklinisch vervoer.

Ook hebben de RAV, zorgverzekeraar en verloskundigen inmiddels nadere afspraken gemaakt
voor de bevallingen waarbij spoedzorg noodzakelijk is. Als verloskundigen beoordelen
dat verplaatsing naar het ziekenhuis de beste optie is, kunnen zij eerder dan nu ambulancezorg
aanvragen. Ook zijn er voor «niet spoed» situaties afspraken gemaakt met een taxibedrijf.

Tot slot

Zodra de uitkomst van de onderhandelingen met Ziekenhuis St Jansdal bekend is, zal
ik u hier uiteraard nader over informeren.

De Minister voor Medische Zorg,
B.J. Bruins