Brief regering : Fiche: Pakket vrije en eerlijke Europese verkiezingen
22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie
Nr. 2708
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 oktober 2018
Overeenkomstig de bestaande afspraken ontvangt u hierbij 10 fiches, die werden opgesteld
door de werkgroep Beoordeling Nieuwe Commissievoorstellen (BNC).
Fiche: Verordening tot oprichting van het Europees kenniscentrum voor industrie, technologie
en onderzoek op het gebied van cyberbeveiliging en het netwerk van nationale coördinatiecentra
(Kamerstuk 22 112, nr. 2705)
Fiche: Verordening ter voorkoming van de verspreiding van online terroristische inhoud
(Kamerstuk 22 112, nr. 2706)
Fiche: Mededeling voorstel uitbreiding bevoegdheden EOM (Kamerstuk 22 112, nr. 2707)
Fiche: Pakket vrije en eerlijke verkiezingen
Fiche: Richtlijn betreffende het einde van de omschakeling tussen winter- en zomertijd
(Kamerstuk 22 112, nr. 2709)
Fiche: Mededeling Versterking van het Uniekader voor prudentieel en antiwitwastoezicht
voor financiële instellingen (Kamerstuk 22 112, nr. 2710)
Fiche: Gewijzigd voorstel tot aanpassing van de verordeningen m.b.t. de Europese Toezichthoudende
Autoriteiten en tot wijziging van de vierde anti-witwasrichtlijn (Kamerstuk 22 112, nr. 2711)
Fiche: Mededeling nieuwe Afrikaans-Europese alliantie voor duurzame investeringen
en banen (Kamerstuk 22 112, nr. 2712)
Fiche: Mededeling Naar een doeltreffendere financiële architectuur voor investeringen
buiten de EU (Kamerstuk 22 112, nr. 2713)
Fiche: Mededeling over efficiëntere besluitvorming in het GBVB (Kamerstuk 22 112, nr. 2714)
De Minister van Buitenlandse Zaken,
S.A. Blok
Fiche: Pakket vrije en eerlijke Europese verkiezingen
1. Algemene gegevens
a) Titel voorstel
Dit fiche heeft betrekking op de volgende documenten van de Europese Commissie:
1. Voorstel voor een Verordening van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging
van Verordening (EU, Euratom) nr. 1141/2014 wat betreft een verificatieprocedure in
verband met inbreuken op de regels inzake de bescherming van persoonsgegevens in de
context van verkiezingen voor het Europees Parlement.
2. Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het Europees Economisch
en Sociaal Comité en het Comité van de Regio’s: Vrije en eerlijke Europese verkiezingen
garanderen
3. Aanbeveling van de Commissie betreffende electorale samenwerkingsnetwerken, online
transparantie, bescherming tegen cyberincidenten en bestrijding van desinformatiecampagnes
in het kader van de verkiezingen voor het Europees Parlement.
b) Datum ontvangst Commissiedocument
12 september 2018.
c) Nr. Commissiedocument
1. COM (2018) 636
2. COM (2018) 637
3. COM (2018) 5949
d) EUR-lex
1.
https://eur-lex.Europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX:52018PC0636R(…)
2.
https://eur-lex.Europa.eu/legal-content/NL/TXT/?uri=CELEX:52018DC0637
e) Nr. impact assessment Commissie en Opinie Raad voor Regelgevingstoetsing
Niet opgesteld
f) Behandelingstraject Raad
Raad Algemene Zaken
g) Eerstverantwoordelijk ministerie
Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
h) Rechtsbasis
Wijziging Verordening Europese politieke partijen
De rechtsbasis ligt in artikel 224 VWEU.
i) Besluitvormingsprocedure Raad
Wijziging Verordening Europese politieke partijen
Gekwalificeerde meerderheid
j) Rol Europees Parlement
Wijziging Verordening Europese politieke partijen
Medebeslissing
2. Essentie voorstel
a) Inhoud voorstel
Met deze voorstellen wil de Commissie de verkiezingen tegen potentiële gevaren beschermen
en de weerbaarheid van de democratische systemen van de Unie versterken. Het betreft
drie documenten die de Commissie presenteert; een voorstel voor wijziging van de verordening
1141/2014 (Commissiedocument 636), een mededeling over vrije en eerlijke Europese
verkiezingen (Commissiedocument 637), en een aanbeveling over electorale samenwerkingsnetwerken,
online transparantie, bescherming tegen cyberincidenten en bestrijding van desinformatiecampagnes
in het kader van de verkiezingen voor het Europees Parlement. Uit deze drie documenten
komen voorstellen op drie verschillende onderwerpen, aangezien deze onderwerpen in
meerdere documenten worden genoemd is er gekozen voor een behandeling per onderwerp
en niet per document.
Wijziging Verordening Europese politieke partijen
De huidige verordening voor Europese politieke partijen en politieke stichtingen (verordening
1141/2014) regelt een Europese juridische status (rechtspersoonlijkheid) voor Europese
politieke partijen en stichtingen. Deze status geldt als voorwaarde voor het verkrijgen
van financiering vanuit de algemene begroting van de EU. In de verordening zijn onder
meer regels gesteld over de financiering en de overige inkomsten van Europese politieke
partijen en stichtingen.
Recente gebeurtenissen, onder andere de zaak rond Facebook en Cambridge Analytica,
hebben duidelijk gemaakt welke potentiële risico’s voor verkiezingsprocessen en de
democratische rechtsstaat kunnen voortvloeien uit onrechtmatig gebruik van persoonsgegevens.
Het onderhavige voorstel tot wijziging van de verordening Europese politieke partijen
en stichtingen maakt het mogelijk dat de Autoriteit voor Europese politieke partijen
en stichtingen (hierna: de Europese Autoriteit) financiële sancties oplegt aan Europese
politieke partijen of stichtingen die, door gebruik te maken van een inbreuk op de
gegevensbeschermingsregels, de uitslag van de verkiezingen voor het Europees Parlement
opzettelijk beïnvloeden of trachten te beïnvloeden. De mogelijkheid om financiële
sancties op te leggen is eerder bij verordening 1141/2014 ingesteld. Op grond van
die verordening kan de Europese Autoriteit een financiële sanctie opleggen aan een
Europese politieke partij, wanneer deze bijvoorbeeld heeft nagelaten om de lijst van
donateurs te overleggen of donaties niet heeft gemeld. Om het gewenste effect te bereiken
zal het voorstel voor de verkiezingen van het Europees Parlement in mei 2019 van kracht
moeten zijn.
Meer specifiek bevat het voorliggende voorstel de volgende maatregelen:
– Er wordt een verificatieprocedure geïntroduceerd in verband met inbreuken op de regels
inzake bescherming persoonsgegevens. Allereerst moet een nationale autoriteit gegevensbescherming
door middel van een besluit hebben vastgesteld dat sprake is van een inbreuk op persoonsgegevens.
Uit dat besluit moet bovendien blijken dat de inbreuk verband houdt met politieke
activiteiten van een Europese politieke partij of stichting in de context van Europees
Parlementsverkiezingen, of er moeten andere gegronde redenen zijn om zulks te vermoeden.
De verificatieprocedure wordt opgestart nadat de nationale autoriteit de Europese
autoriteit van de inbreuk in kennis heeft gesteld. De Europese autoriteit kan vervolgens
in bepaalde omstandigheden het Comité van onafhankelijke vooraanstaande personen (reeds
ingesteld bij verordening 1141/2014) verzoeken om een oordeel uit te spreken over
de vraag of een Europese politieke partij (of stichting) de uitslag van verkiezingen
voor het Europees Parlement bewust heeft beïnvloed of trachten te beïnvloeden door
middel van een inbreuk op persoonsgegevens.
– Indien het Comité in zijn advies vaststelt dat een Europese politieke partij of stichting
de uitslag van de verkiezingen heeft beïnvloed of trachten te beïnvloeden, kan door
de Europese Autoriteit financiële sancties worden opgelegd. Een Europese politieke
partij of stichting kan in het jaar waarin de sanctie is opgelegd geen financiering
uit de algemene begroting aanvragen.
– Het Comité kan in het kader van het uitbrengen van een advies relevante documenten
of bewijsstukken opvragen van de Europese Autoriteit, het Europees Parlement, de betreffende
Europese politieke partij of stichting, andere politieke partijen, politieke stichtingen
of andere belanghebbenden en kan tevens verzoeken hun vertegenwoordigers te horen.
– Indien het besluit van de nationale toezichthoudende autoriteit wordt ingetrokken
of er succesvol beroep tegen is ingesteld, wordt de door de Europese Autoriteit opgelegde
sanctie opnieuw bezien.
– Met het oog op een onafhankelijke en doeltreffende werkwijze door de Europese Autoriteit,
beoogt het voorstel tot slot een permanente personeelsvoorziening voor de Europese
Autoriteit tot stand te brengen en de bevoegdheden van het tot aanstelling bevoegde
gezag over te dragen aan de directeur van de Europese Autoriteit.
Ook wordt verwezen naar het richtsnoer dat de Commissie heeft opgesteld over de toepassing
het gegevensbeschermingsrecht van de Unie in de electorale context1.
Cyberdreigingen verkiezingen en verkiezingsnetwerk
In de mededeling (637) wordt, in algemene zin, aandacht gevraagd voor cyberdreigingen
die zich ook in het verkiezingsproces zelf kunnen manifesteren. Lidstaten worden opgeroepen
om zo veel mogelijk controleerbaarheid en transparantie te bevorderen en om informatie-uitwisseling,
in een nationaal verkiezingsnetwerk, tussen (voor de verkiezingen) verantwoordelijke
organen te stimuleren. In de mededeling worden de lidstaten aangemoedigd een nationaal
verkiezingsnetwerk op te zetten met daarin de nationale autoriteit die bevoegd is
voor verkiezingsaangelegenheden en daarmee samenhangende organisaties zoals gegevensbeschermingsautoriteiten,
mediaregulators en autoriteiten voor cyberbeveiliging. Daarbij benadrukt de mededeling
(637) dat de verantwoordelijkheid voor de organisatie van de verkiezingen bij de lidstaten
berust. Ook vraagt de Commissie lidstaten om een contactpunt aan te wijzen voor de
deelname aan een Europees netwerk voor samenwerking bij verkiezingen voor het Europees
Parlement. Met inachtneming van de nationale bevoegdheden en de procedurele vereisten
die op de betrokken autoriteiten van toepassing zijn, zal dit forum een spilfunctie
vervullen voor een Europees «realtime» waarschuwingsproces en de nationale autoriteiten
in de gelegenheid stellen om informatie en praktijken uit te wisselen.
Transparantie van online politieke advertenties
De mededeling (637) richt zich in beperkte mate op het stemproces zelf en heeft vooral
betrekking op de verkiezingscampagnes en de informatie die kiezers daarin krijgen
in het bijzonder die langs online kanalen. Europese burgers zouden in staat moeten
zijn om te stemmen met een volledig begrip van de politieke keuzes die zij hebben.
Onlineactiviteiten, inclusief die tijdens verkiezingsprocessen, ontwikkelen zich snel.
Volgens de Commissie zouden traditionele, offline, regels hierdoor ook online moeten
gelden. De Commissie beveelt daarom meer transparantie aan op het vlak van online
politieke reclame en «microtargeting». De Commissie doet de nationale dataprotectie
autoriteiten, politieke partijen en stichtingen in EU-landen aanbevelingen over de
wijze waarop transparantie van politieke reclame kan worden gewaarborgd:
– Politieke partijen, stichtingen en campagneorganisaties moeten burgers informeren
over de hoeveelheid geld die zij in een campagne aan online reclame spenderen;
– Zij moeten duidelijk meedelen van welke partij of politieke ondersteunende groepering
online politieke reclame uitgaat;
– Zij moeten de Europese burgers informeren of zij een doelgroep vormen voor de verspreiding
van dergelijke reclame;
De Commissie raadt lidstaten daarnaast aan dat wanneer deze beginselen niet worden
geëerbiedigd, lidstaten binnen de nationale electorale wet- en regelgeving passende
sancties op dienen te leggen.
In de bredere context van transparantie over online politieke advertenties wordt door
de Commissie ook de gedragscode genoemd die door sociale media platforms en adverteerders
opgesteld is in het kader van een Europese aanpak van online desinformatie2. De Commissie benoemt een aantal onderwerpen in de gedragscode waaronder de transparantie
van gesponsorde content (met name politieke advertenties), beperking van «targeting»
opties, een markeringssysteem en regels voor bots, en toegang tot platforms voor factcheckers
en onderzoekers. Conform het verzoek van de Europese Raad van 28 juni 2018, kondigt
de Commissie aan eind dit jaar samen met de Hoge Vertegenwoordiger en in samenwerking
met lidstaten een actieplan te presenteren voor een gecoördineerde Europese aanpak
voor het tegengaan van desinformatie. Een beoordeling van de uitvoering van de gedragscode
zal hier onderdeel van uitmaken.
b) Impact assessment Commissie
De Europese Commissie heeft geen impact assessment bij de voorstellen gevoegd, aangezien
geen bredere economische, sociale of milieueffecten worden verwacht.
3. Nederlandse positie ten aanzien van het voorstel
a) Essentie Nederlands beleid op dit terrein
In Nederland is het vertrouwen in de betrouwbaarheid van de verkiezingen groot. Het
beleid van het kabinet is er uiteraard op gericht om dat vertrouwen te behouden. Het
Nederlandse verkiezingsproces (vanaf het moment van het bepalen van de kiesgerechtigdheid
van kiezers tot aan het vaststellen van de uitslag van de verkiezing) kent geen onderdelen
die online plaatsvinden. Het papieren proces is het hele verkiezingsproces leidend.
Ten aanzien van de verschillende voorstellen kan het Nederlands beleid als volgt worden
omschreven.
Wijziging Verordening Europese politieke partijen
Het doel van de huidige verordening voor Europese politieke partijen en politieke
stichtingen is het regelen van een Europese status (rechtspersoonlijkheid) voor Europese
politieke partijen. Deze status geldt als voorwaarde voor het verkrijgen van subsidie,
maar niet voor deelname aan de Europese verkiezingen. Voorts worden in de verordening
regels over de subsidiëring en de overige inkomsten van Europese politieke partijen
gesteld.
Om het onrechtmatig gebruik van persoonsgegevens in het kader van verkiezingsprocessen
tegen te gaan, kent Nederland de regels die neergelegd zijn in de Algemene Verordening
Gegevensbescherming (AVG), en waarop ook de Kieswet reeds is aangepast. De AVG versterkt
de bescherming van data en privacy voor burgers in de EU. In het richtsnoer3 dat op 12 september is gepubliceerd benadrukt de Commissie het belang van de toepassing
van de AVG binnen het verkiezingsproces ten aanzien van politieke partijen en stichtingen,
data-analysebedrijven en gegevensmakelaars, nationale verkiezingsautoriteiten en sociale
media. Ook roept zij de nationale dataprotectie autoriteiten (in Nederland: de Autoriteit
Persoonsgegevens) op om gebruik te maken van hun onder de AVG versterkte bevoegdheden
om inbreuken aan te pakken, met name als het gaat om de microtargeting van kiezers
(zoals eerder gedaan door Cambridge Analytica).
Cyberdreigingen verkiezingen en verkiezingsnetwerk
Ten aanzien van cyberdreigingen voor verkiezingen en netwerken geldt in Nederland
het volgende. Voor elke verkiezing wordt een dreigingsanalyse gemaakt op nationaal
niveau en worden ook de gemeenten, die verantwoordelijk zijn voor de organisatie van
de verkiezingen, door de Minister van BZK opgeroepen dat ook te doen en waar nodig,
binnen de wettelijke kaders, maatregelen te treffen. Transparantie en controleerbaarheid
staan in het beleid centraal. Daarom is recent bij de Tweede Kamer een wetsvoorstel
ingediend om alle processen-verbaal actief openbaar te maken. Dat biedt aan eenieder
die dat wil de mogelijkheid om te controleren of de uitslag van de verkiezingen op
een juiste manier is berekend.
Reeds voorafgaand aan de Tweede Kamerverkiezingen van 2017 is een overleg geëntameerd
om snel en adequaat relevante informatie te kunnen uitwisselen zodat mogelijke nieuwe
dreigingen en incidenten kunnen worden onderzocht en, binnen de wettelijke kaders
die gelden voor de verkiezingen, gehandeld kan worden. Voorafgaand aan de gemeenteraadsverkiezingen
eerder dit jaar is ook de Informatie Beveiligingsdienst (IBD) van de gemeenten in
dit «netwerk» betrokken. Bij de IBD kunnen gemeenten voor advies terecht bijvoorbeeld
voor het maken van een dreigingsanalyse. De IBD werkt nauw samen met het Nationaal
Cyber Security Centrum (NCSC). Gemeenten kunnen bij de IBD ook 7x24 uur incidenten
melden.
Transparantie van online politieke advertenties
Nederland kent geen specifieke regelgeving over zowel regulier als online campagnevoeren.
In Nederland is wel in de Wet financiering politieke partijen bepaald dat politieke
partijen jaarlijks een financieel verslag, een overzicht van giften vanaf € 4.500
per donateur per jaar en schulden vanaf € 25.000 aan de Minister van BZK moet aanbieden,
die deze overzichten vervolgens openbaar maakt. De verplichting om een overzicht van
giften vanaf € 4.500 per donateur per jaar en schulden vanaf € 25.000 aan de Minister
van BZK aan te bieden geldt ook voor de neveninstellingen van politieke partijen.
Nederland is positief over deelname van bedrijven aan de eerdergenoemde gedragscode
op Europees niveau. Middels deze gedragscode committeren sociale mediabedrijven zich
aan het nemen van hun verantwoordelijkheid om maatregelen te treffen ter bevordering
van transparantie online.
b) Beoordeling + inzet ten aanzien van dit voorstel
In de Raadsconclusies van 28 juni wees de Europese Raad op het belang van een slagvaardig
antwoord op desinformatie en cyber security. In de nieuwe voorstellen wordt ingegaan
op acties die de veiligheid van Europese verkiezingen in gevaar brengen waaronder
desinformatie en cyber bedreigingen. Het kabinet is positief over het feit dat de
Commissie aandacht heeft voor de veiligheid van het organiseren van de verkiezingen,
transparantie online en voor rechtmatig gebruik van persoonsgegevens, ook in verkiezingscampagnes.
Tegelijkertijd is het voor het kabinet van belang dat hierbij een helder onderscheid
wordt gemaakt tussen de nationale en Europese competenties en dat de EU niet treedt
in de nationale competenties. De EU heeft geen bevoegdheid om regels te stellen voor
verkiezingen behoudens en dan ook maar in beperkte mate voor de verkiezing van de
leden van het Europees Parlement, zoals bepaald in de Kiesakte. De Commissie wijst
hier ook op en gaat ook niet verder met haar voorstellen dan waartoe de Unie bevoegd
is. De wijze waarop de verkiezingen worden georganiseerd is een aangelegenheid van
de lidstaten. Bij het beoordelen van de voorstellen van de Commissie is dat voor het
kabinet een essentieel ijkpunt.
Wijziging Verordening Europese politieke partijen
Het kabinet is ervan doordrongen dat er potentiële risico’s voor verkiezingsprocessen
bestaan die kunnen voortvloeien uit onrechtmatig gebruik van persoonsgegevens en die
de democratische waarden van de Europese Unie kunnen ondermijnen. Het kabinet zal
aanpassingen van deze verordening steunen, als deze helpen bij het bestrijden van
onrechtmatig gebruik van persoonsgegevens. Nederland steunt de voorgestelde aanpak
van de Commissie om een verificatieprocedure in te stellen die vermeende inbreuken
op regels m.b.t. de bescherming van persoonsgegevens met het oog op beïnvloeding van
de uitslag van de Europees Parlementsverkiezingen nader zal onderzoeken en zo nodig
leiden tot de oplegging van financiële sancties.
Hierbij geldt dat het kabinet grote waarde hecht aan de onafhankelijke positie van
politieke partijen en de bevoegdheid van de lidstaten om zelf regels te stellen voor
hun nationale partijen. Regelgeving voor Europese politieke partijen mag daarom op
geen enkele manier de nationale partijen die lid zijn van deze Europese partijen raken.
Bovendien merkt het kabinet op dat dit voorstel een derde wijziging betreft van de
verordening voor Europese politieke partijen (1141/2014) in korte tijd. Naar het oordeel
van het kabinet zou het zuiverder zijn om eerst de evaluatie van de wijzigingen af
te wachten, alvorens weer een nieuw voorstel tot wijziging van de verordening in te
dienen.
Ten aanzien van de toepassing van het gegevensbeschermingsrecht van de Unie in de
electorale context, acht het kabinet het positief dat een dergelijk richtsnoer wordt
gegeven. Op deze manier kunnen o.a. politieke partijen, data-analyse bedrijven, sociale
media, en de publieke autoriteiten die verantwoordelijk zijn voor het verkiezingsproces
aandacht hebben voor het juist toepassen van de AVG. De Commissie roept de nationale
dataprotectie autoriteiten op om gebruik te maken van hun onder de AVG versterkte
bevoegdheden om inbreuken aan te pakken, met name als het gaat om de microtargeting
van kiezers om beïnvloeding van verkiezingen tegen te gaan. Ten aanzien van de oproep
aan de nationale autoriteiten (in Nederland de Autoriteit Persoonsgegevens (AP)) wordt
opgemerkt dat optreden tegen partijen in aanloop naar of tijdens de verkiezingen ook
het risico van beïnvloeding met zich mee kan brengen Het is geheel aan de AP zelf
om haar prioriteiten te bepalen en af te wegen of zij wel of niet een onderzoek zal
starten rond de gang van zaken tijdens de verkiezingen, voor zover er geen concrete
klacht van een betrokkene is ingediend bij de AP.
Cyberdreigingen verkiezingen en verkiezingsnetwerk
Het is goed dat op alle niveaus, dus op het Europese, er aandacht is voor dreigingen
die het vertrouwen kunnen eroderen. Alertheid is namelijk essentieel en het uitwisselen
van kennis en informatie kan daartoe bijdragen. Het Nederlandse beleid is erop gericht
om op die alertheid waar nodig te stimuleren. In die zin voegt de mededeling van de
Commissie geen nieuwe invalshoeken toe aan het gevoerde beleid.
Wat betreft het aanstellen van een contactpunt voor deelname aan een Europees netwerk
voor samenwerking bij verkiezingen voor het Europees Parlement zal het kabinet bezien
wie namens Nederland zal deelnemen aan het netwerk.
Transparantie van online politieke advertenties
Het kabinet onderschrijft het belang van vrije informatievergaring op basis waarvan
burgers hun politieke keuzes kunnen baseren. Zoals de Europese Commissie aangeeft,
kan transparantie over de afkomst, doelgroep criteria en financiering van online politieke
reclame burgers hierbij helpen. In Nederland bestaat momenteel geen specifieke regelgeving
voor online campagnevoeren. Nederland kan op dit moment daarom niet overgaan op het
opleggen van sancties wanneer politieke partijen bovenstaande beginselen niet eerbiedigen,
zoals de Commissie voorstelt.
Het onderwerp digitale politieke campagnes komt ook terug in de tussenrapportage van
de Staatscommissie Parlementair Stelsel. Het kabinet zal op basis van een definitieve
rapportage te zijner tijd met een reactie komen.
Daarnaast acht het kabinet het belangrijk dat online platformen waarop politieke advertenties
te zien zijn ook hun eigen verantwoordelijkheid nemen. Het kabinet is positief over
de deelname van deze platformen aan de eerdergenoemde gedragscode voor de aanpak van
online desinformatie. In deze gedragscode committeren de online platforms zich onder
andere aan het duidelijk onderscheidbaar maken van advertenties van andere informatie
en aan transparantie over politieke reclames voor zowel nationale als Europese verkiezingen.
Op dit moment is het onduidelijk op welke manier de Europese Commissie zal beoordelen
of voldaan wordt aan de doelen afgesproken in de gedragscode. Het kabinet zal de uitwerking
en uitvoering van de gedragscode daarom kritisch volgen.
Ook politieke partijen zelf hebben een voorbeeldrol in de transparantie over hun onlineadvertenties.
In haar eerstvolgende overleg met de partijvoorzitters zal de Minister van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties het onderwerp ook agenderen.
c) Eerste inschatting van krachtenveld
Het is nog te vroeg om een goede inschatting van het krachtenveld te maken. Lidstaten
staan ten algemene positief ten opzichte van wijzigingen die het onrechtmatig gebruik
van persoonsgegevens bij verkiezingen moeten tegengaan.
4. Beoordeling bevoegdheid, subsidiariteit en proportionaliteit
a) Bevoegdheid
Wijziging Verordening Europese politieke partijen
De bevoegdheid voor het voorstel is gebaseerd op artikel 224 van het Verdrag betreffende
de Werking van de Europese Unie (VWEU) en op artikel 106 bis van het Euratomverdrag
Op grond van artikel 224 VWEU stellen het Europees Parlement en de Raad bij verordeningen
volgens de gewone wetgevende procedure het statuut van de Europese politieke partijen,
bedoeld in artikel 10, lid 4, van het Verdrag betreffende de Europese Unie, en in
het bijzonder de regels inzake hun financiering vast. Volgens Nederland is dit de
juiste rechtsbasis.
Mededeling Vrije en eerlijke Europese verkiezingen garanderen
De grondhouding ten aanzien van de bevoegdheid voor deze mededeling is positief. De
Commissie is bevoegd om mededelingen te doen die betrekking hebben op onderwerpen
rond de Europese verkiezingen. De mededeling is niet juridisch bindend voor de lidstaten.
Aanbeveling betreffende electorale samenwerkingsnetwerken, online transparantie, bescherming
tegen cyberincidenten en bestrijding van desinformatiecampagnes in het kader van de
verkiezingen voor het Europees Parlement
De grondhouding ten aanzien van de bevoegdheid voor deze aanbeveling is positief.
De Commissie is op grond van artikel 292 VWEU bevoegd om aanbevelingen te doen die
betrekking hebben op onderwerpen rond de Europese verkiezingen. De aanbeveling is
niet verbindend voor de lidstaten.
b) Subsidiariteit
Wijziging Verordening Europese politieke partijen
Het subsidiariteitsoordeel is positief. Regels voor financiering van Europese politieke
partijen kunnen alleen op Europees niveau worden vastgesteld. De geldende verordening
voorziet in een systeem op EU-niveau aangaande het opleggen van sancties aan Europese
politieke partijen en stichtingen. Aanvullingen en tekortkomingen van dit systeem
kunnen slechts door middel van EU-wetgeving worden verholpen. Maatregelen van de lidstaten
alleen zijn daarom geen optie.
Mededeling Vrije en eerlijke Europese verkiezingen garanderen
Het kabinet heeft een positieve grondhouding ten aanzien van de subsidiariteit. Uiteraard
hebben de verkiezingen voor het Europees Parlement een Europese component en is het
passend om onderwerpen op dit terrein op Europees niveau te adresseren. De Commissie
benadrukt in de mededeling dat Europese instellingen geen verkiezingen organiseren
en dat maatregelen in deze context primair onder de verantwoordelijkheid van lidstaten
vallen.
Aanbeveling betreffende electorale samenwerkingsnetwerken, online transparantie, bescherming
tegen cyberincidenten en bestrijding van desinformatiecampagnes in het kader van de
verkiezingen voor het Europees Parlement
Ten aanzien van de aanbeveling heeft het kabinet een positieve grondhouding. Uiteraard
hebben de verkiezingen voor het Europees Parlement een Europese component en is het
passend om zaken op dit terrein op Europees niveau over te spreken. Ook hier benadrukt
de Commissie dat Europese instellingen geen verkiezingen organiseren en dat maatregelen
in deze context primair onder de verantwoordelijkheid van lidstaten vallen.
c) Proportionaliteit
Wijziging Verordening Europese politieke partijen
Het proportionaliteitsoordeel is positief. De voorgestelde wijzigingen die tot doel
hebben middels een beperkte wijziging van de verordening het onrechtmatig gebruik
van persoonsgegevens tegen te gaan, gaan volgens het kabinet niet verder dan noodzakelijk
en zijn ook geschikt om dat doel te bereiken. De voorgestelde financiële sancties
zijn gebaseerd op verordening 1141/2014, waarbij evenredige sancties werden vastgesteld.
Mededeling Vrije en eerlijke Europese verkiezingen garanderen
De grondhouding van het kabinet ten aanzien van de proportionaliteit van de mededeling
is positief. Het kabinet acht deze mededeling een geschikt instrument om aandacht
te vragen voor maatregelen die de veiligheid en eerlijkheid van Europese verkiezingen
kunnen bevorderen. De mededeling voorziet in niet bindende maatregelen zoals het opzetten
van een netwerk rondom verkiezingen en transparantie van online politieke advertenties
en laat de toepassing hiervan over aan lidstaten.
Aanbeveling betreffende electorale samenwerkingsnetwerken, online transparantie, bescherming
tegen cyberincidenten en bestrijding van desinformatiecampagnes in het kader van de
verkiezingen voor het Europees Parlement
De grondhouding van het kabinet ten aanzien van de proportionaliteit van de aanbeveling
is positief. Het kabinet acht deze aanbeveling een geschikt instrument voor het doel
om lidstaten aan te moedigen maatregelen te nemen ten behoeve van de onlinebescherming
en transparantie van de verkiezingen voor het Europees Parlement.
5. Financiële implicaties, gevolgen voor regeldruk en administratieve lasten
a) Consequenties EU-begroting
Wijziging Verordening Europese politieke partijen
Het voorstel heeft gevolgen voor de EU- begroting in die zin dat de verordening voorziet
in een permanente personeelsvoorziening van de Autoriteit Europese politieke partijen
en stichtingen.
De Europese Autoriteit moet over voldoende middelen beschikken om haar taken ten volle
te kunnen uitvoeren, zowel die waarin de bestaande verordening 1141/2014 voorziet
als de nieuwe taken die door het huidige wijzigingsvoorstel worden beoogd. Dit vereist
een stabiele personeelsbezetting (herschikking van de personeelsleden) en een versterking
van de personele middelen waarover de Europese Autoriteit momenteel beschikt. De voorgestelde
uitbreiding van het personeelsbestand van de Europese Autoriteit zal in de eerste
plaats worden verwezenlijkt door herschikking van de bestaande middelen. De kosten
voor personele middelen bedragen € 1,43 miljoen per jaar. Nederland is van mening
dat de benodigde EU-middelen gevonden dienen te worden binnen de in de Raad afgesproken
financiële kaders van de EU-begroting 2014–2020 en dat deze moeten passen bij een
prudente ontwikkeling van de jaarbegroting
b) Financiële consequenties (incl. personele) voor rijksoverheid en/ of decentrale
overheden
Er zijn geen financiële consequenties voorzien. Eventuele budgettaire gevolgen worden
ingepast op de begroting van het/de beleidsverantwoordelijk(e) departement(en), conform
de regels van de budgetdiscipline.
c) Financiële consequenties (incl. personele) voor bedrijfsleven en burger
Geen.
d) Gevolgen voor regeldruk/administratieve lasten voor rijksoverheid, decentrale overheden,
bedrijfsleven en burger
Geen.
e) Gevolgen voor concurrentiekracht
N.v.t.
6. Implicaties juridisch
a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of sanctionering beleid
(inclusief toepassing van de lex silencio positivo)
Het voorstel vergt, voor zover op dit moment kan worden bezien, geen nadere uitvoering
in nationale regelgeving.
b) Gedelegeerde en/of uitvoeringshandelingen, incl. NL-beoordeling daarvan
N.v.t.
c) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen), dan wel voorgestelde datum
inwerkingtreding (bij verordeningen en besluiten) met commentaar t.a.v. haalbaarheid
Het voorstel voorziet erin dat de verordening in werking treedt op de dag van de bekendmaking
ervan in het Publicatieblad van de Europese Unie. Gelet op de voorlopige conclusie
dat het voorstel geen uitvoering in nationale regelgeving vergt is dit voor Nederland
haalbaar.
d) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling
Verordening 1141/2014 bevat reeds een evaluatiebepaling. Op grond van artikel 38 publiceert
het Europees Parlement uiterlijk op 31 december 2021 en daarna om de vijf jaar een
verslag over de toepassing van de verordening en over de gefinancierde activiteiten.
Eventuele in het statuut en de financieringsregels aan te brengen wijzigingen worden
in het verslag vermeld.
7. Implicaties voor uitvoering en/of handhaving
a) Uitvoerbaarheid
Uit het voorstel vloeit voort dat de verificatieprocedure door de Autoriteit voor
Europese politieke partijen en stichtingen gestart wordt op basis van een besluit
van de nationale toezichthoudende autoriteit dat ertoe strekt dat de bestaande toepasselijke
regels inzake de bescherming van persoonsgegevens (de AVG) zijn overtreden (zie ook
de toelichting bij onderdeel 2a van dit fiche). In de aanbeveling (5949) worden de
nationale autoriteiten, in Nederland de Autoriteit Persoonsgegevens, opgeroepen om
de Europese Autoriteit voor Europese politieke partijen en stichtingen proactief te
in kennis te stellen van dergelijke besluiten. Het is vooralsnog niet geheel duidelijk
hoe deze procedure in de praktijk vorm zal krijgen.
Daarnaast is nog onduidelijk of met het voorstel beoogd wordt dat nationale toezichthoudende
autoriteiten ook niet-openbare dossiergegevens kunnen, dan wel moeten, overdragen
aan de Europese Autoriteit of het Comité van onafhankelijke vooraanstaande personen,
dat aan de Europese Autoriteit advies uitbrengt over de inbreuk. Het voorstel bepaalt
thans dat de nationale toezichthoudende autoriteiten «overeenkomstig de toepasselijke
wetgeving» medewerking verlenen aan het Comité. Voorts regelt het dat het Comité relevante
documenten of bewijsstukken kan vragen aan bepaalde in de verordening gespecificeerde
actoren en «andere belanghebbenden», en kan verzoeken om hun vertegenwoordigers te
horen (het voorgestelde artikel 11, derde lid). Onduidelijk is of onder «andere belanghebbenden»
ook de nationale toezichthoudende autoriteiten verstaan moet worden. Indien dat beoogd
is, dan ligt het voor de hand om dat uitdrukkelijk te regelen.
Het voorstel voorziet er daarnaast in dat indien het besluit van de nationale toezichthoudende
autoriteit wordt ingetrokken of succesvol beroep is ingesteld, de door de Autoriteit
opgelegde sanctie wordt herzien. Onduidelijk is vooralsnog welke gevolgen er verbonden
zijn aan de conclusie dat een sanctie onterecht is opgelegd.
b) Handhaafbaarheid
De verordening brengt geen wijzigingen aan in de handhavingsbevoegdheden van de Autoriteit
Persoonsgegevens. Gelet hierop heeft de verordening naar verwachting geen aanzienlijke
gevolgen voor de werkwijze van de nationale toezichthoudende autoriteiten.
De handhaving op Europees niveau zal naar verwachting in grote mate afhankelijk zijn
van de medewerking en alertheid van de nationale toezichthoudende autoriteiten.
8. Implicaties voor ontwikkelingslanden
N.v.t.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
S.A. Blok, minister van Buitenlandse Zaken