Brief regering : Reactie op motie van de leden Van den Berg en Veldman over geen oneerlijke concurrentie door het CBS (Kamerstuk 34775-XIII-140)

Nr. 7 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 18 oktober 2018

Uw leden hebben mij verzocht de Kamer te informeren over de uitvoering van de motie
van de leden Van den Berg (CDA) en Veldman (VVD) om als uitgangspunt te nemen dat
het CBS niet op oneerlijke wijze concurreert met private partijen (Kamerstuk 34 775 XIII, nr. 140).

Op dit moment bezie ik of de wettelijke en beleidsmatige kaders nog aansluiten op
de maatschappelijke en technologische ontwikkelingen. Bij het VSO waar ik met u en
uw leden van gedachten heb gewisseld over dit traject (Handelingen II 2017/18, nr.
89, item 30), heb ik aangegeven uw Kamer uiterlijk aan het einde van het jaar te informeren over
de resultaten. Ik kan u melden dat ik aan deze planning vasthoud.

Bij het in beeld brengen van de relevante ontwikkelingen in de markt op het terrein
van statistische dienstverlening ben ik in gesprek met meerdere bedrijven en overheidsorganisaties,
waaronder uiteraard het CBS. Tevens vindt een verkenning plaats naar hoe andere instellingen
met een publieke taak, zoals de publieke omroep, omgaan met marktontwikkelingen. De
informatie uit deze gesprekken en de verkenning voedt mijn analyse hoe deze ontwikkelingen
zich verhouden tot de beleidsmatige en wettelijke kaders van het CBS. Mochten er organisaties
zijn die relevante informatie voor dit traject kunnen inbrengen, kunnen zij dit bij
mij melden. Overigens ben ik ervan op de hoogte dat het CBS in dit kader ook in gesprek
is en gaat met verschillende partijen.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
E.D. Wiebes