Amendement (gewijzigd/nader/vervangend) : Gewijzigd amendement van het lid Van Oostenbruggen ter vervanging van nr. 8 over de identificatieplicht opschuiven naar 1 april 2025
36 604 Wijziging van enkele belastingwetten en enige andere wetten die betrekking hebben op de BES-eilanden (Belastingplan BES-eilanden 2025)
Nr. 10 GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID VAN OOSTENBRUGGEN TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT
ONDER NR. 8
Ontvangen 12 november 2024
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
I
Het met artikel III, onderdeel K, onder 1, voorgestelde eerste lid wordt als volgt
gewijzigd:
1. Onderdeel b vervalt, onder verlettering van onderdeel c tot onderdeel b.
2. In onderdeel b (nieuw) wordt «de onderdelen a en b» vervangen door «onderdeel a».
II
Artikel III, onderdeel S, onder 1, onderdeel c, wordt als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt «worden twee onderdelen» vervangen door «wordt een onderdeel».
2. Onderdeel e vervalt, onder verlettering van onderdeel f tot onderdeel e.
III
Artikel III, onderdeel T, onderdeel 3, wordt als volgt gewijzigd:
1. In de aanhef wordt «worden drie leden» vervangen door «worden twee leden».
2. Het voorgestelde derde lid vervalt, onder vernummering van het vierde lid tot het
tweede lid.
3. In het tweede lid (nieuw) wordt «tot en met derde» vervangen door «en tweede».
IV
Na artikel III wordt een artikel ingevoegd, luidende:
ARTIKEL IIIa
De Wet loonbelasting BES wordt met ingang van 1 april 2025 als volgt gewijzigd:
A
Artikel 9, eerste lid, wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder verlettering van onderdeel b tot c, wordt een onderdeel ingevoegd, luidende:
b. de inhoudingsplichtige bij een werknemer die loon uit tegenwoordige dienstbetrekking
geniet, zijn identiteit niet heeft vastgesteld en opgenomen in de loonadministratie
overeenkomstig artikel 19;.
2. In onderdeel c (nieuw) wordt «onderdeel a» vervangen door «de onderdelen a en b».
B
In artikel 19, eerste lid, wordt, onder verlettering van onderdeel e tot f, een onderdeel
ingevoegd, luidende:
e. van de werknemer die loon uit tegenwoordige dienstbetrekking geniet de identiteit
vast te stellen aan de hand van een document als bedoeld in artikel 2, eerste lid,
onderdelen a, b en d, van de Wet identificatieplicht BES alsmede daarvan de aard van
het document, het nummer en een kopie daarvan in de loonadministratie op te nemen;.
C
Artikel 19a wordt als volgt gewijzigd:
1. Onder vernummering van het derde lid tot vierde lid wordt een lid ingevoegd, luidende:
3. Ingeval de werknemer loon uit tegenwoordige dienstbetrekking geniet, is hij voorts
verplicht aan de inhoudingsplichtige ter inzage te verstrekken, een op hem betrekking
hebbend document als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onderdelen a, b en d, van de
Wet identificatieplicht BES en is hij verplicht toe te staan dat een afschrift daarvan
in de loonadministratie van de inhoudingsplichtige wordt opgenomen.
2. In het vierde lid (nieuw) wordt «en tweede» vervangen door «tot en met derde».
Toelichting
Met dit amendement wordt meer tijd gegeven aan inhoudingsplichtigen en werknemers
op de BES-eilanden om aan deze nieuwe identificatieplicht te voldoen. De huidige inwerkingsdatum
staat op 1 januari 2025. Zoals ook de Raad van State opmerkt maakt deze krappe inwerkingdatum
het lastig voor inhoudingsplichtigen en werknemers om tijdig kennis te nemen van de
nieuwe regels en hieraan te voldoen. Inhoudingsplichtigen zouden namelijk binnen enkele
weken alle identificaties bij de werknemers moeten verrichten. Voor werknemers geldt
dat deze binnen enkele weken (nieuwe) identiteitsbewijzen zouden moeten aanvragen
of verlengen. Indiener wil daarom de inwerkingsdatum opschuiven naar 1 april 2025,
zodat inhoudingsplichtigen en werknemers meer tijd wordt gegund.
Technische toelichting
Dit amendement beoogt invoering van de identificatieplicht voor werknemers per 1 april
2025 in plaats van de in het wetsvoorstel beoogde invoeringsdatum van 1 januari 2025.
Omdat het niet dan wel niet op de juiste wijze voldoen aan de identificatieplicht
leidt tot toepassing van het anoniementarief, moet ook de beoogde invoeringsdatum
van het anoniementarief voor die situatie worden aangepast. In verband daarmee wordt
voorgesteld de voorgestelde wijzigingen in de Wet loonbelasting BES (Wet LB BES) in
twee afzonderlijke artikelen met een eigen ingangsdatum op te nemen.
Met onderdeel I van dit amendement wordt voorgesteld dat de in artikel III, onderdeel K,
onder 1, van het wetsvoorstel voorgestelde toepassing van het anoniementarief indien
niet dan wel niet op de juiste wijze wordt voldaan aan de identificatieplicht (het
voorgestelde artikel 9, eerste lid, onderdeel b, Wet LB BES), in eerste instantie
vervalt.
Met onderdeel II van dit amendement wordt voorgesteld dat de in artikel III, onderdeel S,
onder 1, subonderdeel c, van het wetsvoorstel voorgestelde verplichting voor de werkgever
om de identiteit van de werknemer vast te stellen (het voorgestelde artikel 19, eerste
lid, onderdeel e, Wet LB BES), in eerste instantie vervalt.
Met onderdeel III van dit amendement wordt voorgesteld dat de in artikel III, onderdeel T,
onder 2, van het wetsvoorstel voorgestelde verplichting voor de werknemer om mee te
werken aan het vaststellen van de identiteit (het voorgestelde artikel 19a, derde
lid, Wet LB BES), in eerste instantie vervalt.
Met onderdeel IV van dit amendement wordt voorgesteld in het wetsvoorstel een artikel IIIA
in te voegen dat de Wet LB BES met ingang van 1 april 2025 alsnog wijzigt met de toepassing
van het anoniementarief indien niet dan wel niet op de juiste wijze wordt voldaan
aan de identificatieplicht in artikel 9, eerste lid, onderdeel b, Wet LB BES (onderdeel A),
de verplichting voor de werkgever om de identiteit van de werknemer vast te stellen
in artikel 19, eerste lid, onderdeel e, Wet LB BES (onderdeel B) en de verplichting
voor de werknemer mee te werken aan het vaststellen van de identiteit in artikel 19a,
derde lid, Wet LB BES (onderdeel C).
Budgettaire gevolgen
De invoering van de identificatieplicht per 1 januari 2025 heeft volgens de memorie
van toelichting geen budgettaire gevolgen. Wijziging van de invoeringsdatum naar 1 april
2025 brengt hierin geen verandering
Van Oostenbruggen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
T. van Oostenbruggen, Tweede Kamerlid
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
PVV | 37 | Voor |
GroenLinks-PvdA | 25 | Voor |
VVD | 24 | Voor |
NSC | 20 | Voor |
D66 | 9 | Voor |
BBB | 7 | Voor |
CDA | 5 | Voor |
SP | 5 | Voor |
ChristenUnie | 3 | Voor |
DENK | 3 | Voor |
FVD | 3 | Voor |
PvdD | 3 | Voor |
SGP | 3 | Voor |
Volt | 2 | Voor |
JA21 | 1 | Voor |