Amendement : Amendement van het lid Sneller over een andere bandbreedte voor het kunnen afwijken van de in de wet opgenomen formule voor het toedelen van kosten aan de categorieën ongebouwd en natuur
36 412 Wijziging van de Waterschapswet, de Waterwet en de Algemene wet bestuursrecht in verband met het versterken van de toepassing van het profijtbeginsel bij de watersysteemheffing, het geven van ruimte aan nieuwe ontwikkelingen en het oplossen van enkele knelpunten
Nr. 12 AMENDEMENT VAN HET LID SNELLER
Ontvangen 11 april 2024
De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:
Artikel I, onderdeel G, wordt als volgt gewijzigd:
1. In onderdeel 4 wordt in het voorgestelde artikel 120, zevende lid, in onderdeel a
«30%» vervangen door «10%» en in onderdeel b «50%» vervangen door «25%».
2. Onderdeel 5 vervalt.
Toelichting
Bij de in het wetsvoorstel voorgestelde wijziging van artikel 120 van de Waterschapswet
krijgt het algemeen bestuur van het waterschap een bandbreedte om af te wijken van
de in de wet opgenomen formule voor het toedelen van kosten aan de categorieën ongebouwd
en natuur (categorie b en c). Met deze bandbreedte kan het algemeen bestuur het kostendeel
voor betreffende categorieën tot respectievelijk maximaal 30% (twee jaar na inwerkingtreding
verandert dit in maximaal 25%) of 50% verlagen of verhogen. Indiener is van mening
dat de objectiviteit van het toedelen van kosten voor de watersysteemheffing hiermee
verloren gaat. Een objectievere, en daarmee meer voorspelbare, kostentoedeling was
juist een van de intenties achter de wetswijziging.
Indien een algemeen bestuur van een waterschap er bijvoorbeeld voor kiest om het kostendeel
van categorie b (ongebouwd niet-zijnde natuurterrein) met 25% te verlagen, dan zullen
de kosten voor categorie c (ongebouwd zijnde natuurterrein) en/of categorie d (gebouwd
woningen en niet-woningen) moeten stijgen om deze kostendaling te compenseren. Omdat
het toepassen van de maximaal toegestane kostenstijging in categorie c (30% in de
eerste twee jaar, daarna 25%) niet genoeg zal zijn om een maximale kostenverlaging
in categorie b te compenseren, zal er in het geval van een (forse) kostenverlaging
in categorie b altijd sprake zijn van een kostenstijging in categorie d. In de praktijk
betekent dat het afwentelen van kosten voor eigenaren van infrastructuur en agrarische
terreinen voor kosten voor woningeigenaren en bedrijven zorgt. Zeker met het oog op
het bevriezen van de kostenverdeling binnen categorie d op het peiljaar van twee jaar
voor inwerkingtreding van de wet – waarmee de WOZ-stijgingen van de afgelopen jaren
niet worden gemitigeerd – acht de indiener deze onzekerheid en mogelijke verdere lastenstijging
onwenselijk voor woningeigenaren en bedrijven.
Indiener begrijpt echter de wens van de waterschappen voor een bepaalde mate van bestuurlijke
vrijheid. Daarom stelt indiener andere percentages voor (10% en 25% voor artikel 120,
zevende lid, onderdeel a onderscheidenlijk b) waarmee een bepaalde mate van bestuurlijke
vrijheid wordt behouden, maar waarmee meer zekerheid wordt geboden aan degenen aan
wie de watersysteemheffing wordt geheven in de categorieën b, c en d.
Sneller
Indieners
-
Indiener
Joost Sneller, Kamerlid
Stemmingsuitslagen
Verworpen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
PVV | 37 | Tegen |
GroenLinks-PvdA | 25 | Voor |
VVD | 24 | Tegen |
NSC | 20 | Tegen |
D66 | 9 | Voor |
BBB | 7 | Tegen |
CDA | 5 | Tegen |
SP | 5 | Voor |
ChristenUnie | 3 | Tegen |
DENK | 3 | Voor |
FVD | 3 | Tegen |
PvdD | 3 | Voor |
SGP | 3 | Tegen |
Volt | 2 | Voor |
JA21 | 1 | Tegen |