Amendement (gewijzigd/nader/vervangend) : Amendement van het lid Bisschop c.s. t.v.v. nr. 8 over verduidelijking van het leerlingvolgsysteem
35 102 Wijziging van de Wet op het primair onderwijs, de Wet op het voortgezet onderwijs, de Wet op de expertisecentra, de Wet op het onderwijstoezicht en enkele andere wetten in verband met actualisering van de deugdelijkheidseisen, het daarmee samenhangende onderwijstoezicht en vermindering van administratieve verplichtingen in het funderend onderwijs, alsmede reparatie van wetstechnische gebreken (actualisering deugdelijkheidseisen funderend onderwijs)
Nr. 20 AMENDEMENT VAN HET LID BISSCHOP C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 81
Ontvangen 30 januari 2020
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
I
Artikel I, onderdeel C, komt te luiden:
C
Artikel 8 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het zesde en zevende lid komen te luiden:
6. Het onderwijs aan een speciale school voor basisonderwijs is er tevens op gericht
leerlingen waar mogelijk tot het volgen van onderwijs in basisscholen of scholen voor
voortgezet onderwijs te brengen.
7. De scholen gebruiken een leerling- en onderwijsvolgsysteem waaruit de vorderingen
in de kennis en vaardigheden blijken op het niveau van de leerling, de groep en de
school. Het leerling- en onderwijsvolgsysteem bevat, behoudens voor de eerste 2 schooljaren,
toetsen die kennis en vaardigheden van de leerling meten in elk geval op het terrein
van de Nederlandse taal en rekenen en wiskunde.
2. Het achtste lid vervalt.
II
Artikel I, onderdeel F, komt te luiden:
F
In artikel 9c wordt «artikel 8, zevende lid, en artikel 9b, achtste en negende lid»
vervangen door «artikel 9b, zevende en achtste lid».
III
In artikel III wordt na onderdeel B een onderdeel ingevoegd, luidende:
Ba
Artikel 11 wordt als volgt gewijzigd:
1. Het zevende lid komt te luiden:
7. De scholen gebruiken een leerling- en onderwijsvolgsysteem waaruit de vorderingen
in de kennis en vaardigheden blijken op het niveau van de leerling, de groep en de
school. Het leerling- en onderwijsvolgsysteem bevat, behoudens voor de eerste 2 schooljaren,
toetsen die kennis en vaardigheden van de leerling meten in elk geval op het terrein
van de Nederlandse taal en rekenen en wiskunde.
2. Het achtste lid vervalt.
IV
Artikel III, onderdeel C, komt te luiden:
C
In artikel 18c wordt «artikel 11, achtste lid, en artikel 18b, achtste en negende
lid» vervangen door «artikel 18b, zevende en achtste lid».
Toelichting
Het leerlingvolgsysteem is bedoeld als diagnostisch instrument om inzicht te geven
in de ontwikkeling van leerlingen, onder meer door resultaten van afzonderlijke toetsen
of reeksen van toetsen op te nemen. Dit amendement verheldert de inhoud van het leerlingvolgsysteem
in het basisonderwijs en het speciaal onderwijs en het brengt de wettelijke bepalingen
in lijn met de keuzes die inzake de kleutertoets gemaakt zijn. Het betreft de volgende
punten:
1. Het regeerakkoord geeft aan dat gedurende de kleuterperiode geen toetsen binnen
het leerlingvolgsysteem worden afgenomen. De Expertcommissie zal daarom niet meer
oordelen over deze toetsen. Echter, de beoogde vrijheid van scholen inzake kleutertoetsen
blijkt niet uit de wetsgeschiedenis. Integendeel, onder meer de memorie van toelichting
stelde dat het leerlingvolgsysteem bestaat uit toetsen voor groep 1 tot en met groep 8
(Kamerstukken II 2011/12, 33 157, nr. 3, p. 18). Om de huidige kaders van het toezicht te bevestigen, regelt dit amendement
dat scholen gedurende de eerste twee schooljaren niet verplicht zijn om toetsen, al
dan niet genormeerd, in het leerlingvolgsysteem op te nemen. Dat laat de verplichting
van leraren onverlet om in deze periode de ontwikkeling van leerlingen te volgen.
Bevindingen uit observaties en proeven kunnen door de school zelf in het leerlingvolgsysteem
worden opgenomen.
2. Bij de invoering van de eindtoets en het leerlingvolgsysteem is door de regering
als onderscheid tussen beide instrumenten benoemd dat de toetsen uit het leerlingvolgsysteem
– in tegenstelling tot de eindtoets – niet jaarlijks worden vernieuwd en dat zij niet
geijkt zijn op de referentieniveaus (Kamerstukken II 2011/12, 33 157, nr. 6, p. 31). Dit onderscheid is over het hoofd gezien bij het initiatiefwetsvoorstel
inzake een doeltreffender regeling van het onderwijstoezicht, waardoor de referentieniveaus
ten onrechte op alle toetsen van toepassing zijn verklaard (Kamerstukken II 2014/15,
33 862, nr. 12). De referentieniveaus zijn niet bedoeld voor eerdere leerjaren dan het einde van
groep 8 en de geschiktheid van de referentieniveaus voor eerdere leerjaren is niet
onderzocht. Verdere standaardisering van toetsen in eerdere leerjaren kan de ongelijke
kansen van leerlingen versterken. Ondergetekenden vinden dat onwenselijk. De wetgever
dient daarom duidelijk te maken wat de kaders zijn inzake toetsen gedurende de basisschoolperiode.
Dit amendement beschouwt het ontwikkelen van toetsen bij uitstek als onderdeel van
de professionele verantwoordelijkheid van leraren en scholen. De verplichting om te
werken met door een onafhankelijke commissie goedgekeurde genormeerde toetsen belemmert
het uitoefenen van die verantwoordelijkheid en wordt daarom geschrapt. Het gebruik
van genormeerde toetsen is ook overbodig omdat het bevoegd gezag verplicht is om zich
bij de verzorging van het onderwijs rekenschap te geven van de referentieniveaus.
De inspectie kan dus beoordelen of het curriculum en het toetsbeleid er voldoende
op gericht zijn het referentieniveau aan het einde van de basisschool te bereiken.
Het amendement laat ook onverlet dat de eindtoets geijkt wordt aan de referentieniveaus.
Overigens heeft de wetgever de keuze voor het aantal toetsen bewust aan scholen gelaten.
Scholen hebben behoudens het afnemen van de eindtoets dus alle ruimte om te komen
tot inhoudelijke keuzes die het belang van leerlingen dienen.
Bisschop
Van Meenen
Rog
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R. Bisschop, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
M.R.J. Rog, Tweede Kamerlid -
Mede ondertekenaar
P.H. van Meenen, Tweede Kamerlid
Stemmingsuitslagen
Aangenomen met handopsteken
Fracties | Zetels | Voor/Tegen |
---|---|---|
VVD | 32 | Tegen |
PVV | 20 | Tegen |
CDA | 19 | Voor |
D66 | 19 | Voor |
GroenLinks | 14 | Voor |
SP | 14 | Voor |
PvdA | 9 | Voor |
ChristenUnie | 5 | Voor |
50PLUS | 4 | Voor |
PvdD | 4 | Voor |
DENK | 3 | Voor |
SGP | 3 | Voor |
FVD | 2 | Tegen |
Van Haga | 1 | Tegen |
Van Kooten-Arissen | 1 | Voor |