Amendement : Amendement van de leden Dobbe en Dijk over het afschaffen van de vrijstelling van leidingwaterbelasting voor grootgebruikers

Nr. 25 AMENDEMENT VAN DE LEDEN DOBBE EN DIJK

Ontvangen 11 oktober 2024

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

In artikel XXIX worden voor onderdeel A vier onderdelen ingevoegd, luidende:

0A

Artikel 14 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid vervalt «, met dien verstande dat de belasting wordt geheven over
een hoeveelheid van maximaal 300 kubieke meter per verbruiksperiode van twaalf maanden
per aansluiting. Bij een verbruiksperiode korter dan wel langer dan twaalf maanden
wordt de hoeveelheidsgrens, genoemd in de eerste volzin, naar evenredigheid verlaagd,
onderscheidenlijk verhoogd».

2. Het derde lid vervalt, onder vernummering van het vierde lid tot derde lid.

1A

In artikel 17 vervalt het derde lid, onder vernummering van het vierde lid tot derde
lid.

2A

Artikel 18a vervalt.

3A

Hoofdstuk III, afdeling 6, vervalt.

Toelichting

Dit amendement regelt het afschaffen van de fiscale regeling «vrijstelling leidingwaterbelasting
voor grootgebruikers» met een budgettair belang van 110 miljoen euro. Van deze vrijgevallen
middelen worden twee amendementen van de leden Dobbe en Dijk op de BHO-begroting bekostigd,
betreffende het terugdraaien van de bezuiniging op humanitaire hulp en het terugdraaien
van de bezuinigingen op SRGR en vrouwenrechten.

Indieners achten dit een passende dekking gezien de uitkomsten van de evaluatie van
de vrijstelling leidingwaterbelasting voor grootgebruikers. Naast het feit dat een
heffingsplafond een oneerlijke situatie oplevert ten opzichte van kleinere gebruikers
en anderen die deze kosten moeten dragen zonder er de vruchten van de plukken, neemt
dit plafond ook een prikkel weg voor duurzamer gebruik van drinkwater, te meer gezien
de ontwikkelingen en vooruitzichten rondom gebrek aan drinkwater.

Dobbe
Dijk