Amendement : Amendement van de leden Van den Hil en Kuiken over middelen voor onderzoek naar en aanpak van agressie en intimidatie in de eerstelijnszorg

Nr. 26
AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN DEN HIL EN KUIKEN

Ontvangen 17 oktober 2022

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

De departementale begrotingsstaat wordt als volgt gewijzigd:

I

In artikel 4 Zorgbreed beleid worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verlaagd met € 1.000 (x € 1.000).

II

In artikel 4 Zorgbreed beleid worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met € 1.000 (x € 1.000).

Toelichting

Onlangs bleek uit de beantwoording van Kamervragen1 dat er geen meerjarige cijfers beschikbaar zijn over de aard en omvang van agressie
en intimidatie jegens zorgverleners in de eerstelijnszorg. Voor eerstelijnszorgverleners,
bijvoorbeeld apothekers, is agressie en intimidatie echter een belangrijke reden om
het vak te verlaten.

In de afgelopen jaren is onderzoek gedaan naar en vervolgens geïnvesteerd in de aanpak
van agressie en intimidatie in negen zorgbranches. Eerstelijns zorgverleners, waaronder
apothekers, fysiotherapeuten, verloskundigen en tandartsen, behoren niet tot deze
branches. Hierdoor zijn geen meerjarige cijfers beschikbaar over de aard en omvang
van agressie en intimidatie jegens deze groep zorgverleners. Ook kunnen deze zorgverleners
geen gebruik maken van de beschikbare middelen om dit probleem aan te pakken.

Met de middelen (€ 1 miljoen) die met dit amendement voor 2023 worden vrijgemaakt
kan op korte termijn effectief het noodzakelijke onderzoek worden verricht naar de
aard, omvang en vermoedelijke toename van agressie en intimidatie in de eerstelijnszorg.
Daarnaast kunnen eerstelijnszorgverleners de middelen aanwenden voor een branchegerichte
en passende aanpak, zoals deze ook voor andere branches is opgesteld. Op deze wijze
kan de duurzame inzetbaarheid in de eerstelijnszorg worden verbeterd en blijven meer
zorgverleners behouden voor de sector.

Dekking van dit amendement wordt gevonden in een herprioritering van de gelden binnen
artikel 4 Zorgbreed beleid.

Van den Hil Kuiken