Amendement (gewijzigd/nader/vervangend) : Amendement van het lid Hijink c.s. ter vervanging van nr. 15 over een evaluatie van de Wet preventief gezondheidsonderzoek vier jaar na inwerkingtreding van deze wet

Nr. 18 AMENDEMENT VAN HET LID HIJINK C.S. TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 151

Ontvangen 9 september 2021

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

I

Artikel I, onderdeel O, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef wordt «wordt een artikel» vervangen door «worden twee artikelen».

2. Er wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 15b

Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zendt binnen vier jaar na de inwerkingtreding
van de Wet van [datum] tot Wijziging van de Wet op het bevolkingsonderzoek in verband
met actuele ontwikkelingen op het terrein van preventief gezondheidsonderzoek (Stb. [XX])
aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van die
wet in de praktijk in samenhang met de overige bepalingen van deze wet.

II

Artikel IV, onderdeel A, onder 3, wordt als volgt gewijzigd:

1. In de aanhef van onderdeel O wordt «wordt een artikel» vervangen door «worden twee
artikelen».

2. Er wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 15b

Onze Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport zendt binnen vier jaar na de inwerkingtreding
van de Wet van [datum] tot Wijziging van de Wet op het bevolkingsonderzoek in verband
met actuele ontwikkelingen op het terrein van preventief gezondheidsonderzoek (Stb. [XX])
aan de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten van die
wet in de praktijk in samenhang met de overige bepalingen van deze wet.

Toelichting

Het huidige wetsvoorstel creëert nieuwe mogelijkheden voor preventief gezondheidsonderzoek.
Het is echter nog niet zeker in hoeverre de beoogde doelen van deze wet ook daadwerkelijk
behaald zullen worden. Daarnaast is er ook onzekerheid over mogelijke neveneffecten
van deze wetswijziging, bijvoorbeeld op de reguliere zorg. Indieners stellen daarom
voor een evaluatiebepaling op te nemen, waarmee wordt geregeld dat de beide Kamers
vier jaar na inwerkingtreding van deze wet een evaluatie ontvangen van de hele Wet
preventief gezondheidsonderzoek. Via deze evaluatie dient te worden vastgesteld of
het wetsvoorstel de beoogde doelen heeft bereikt en wat de neveneffecten zijn op het
aantal vervolgonderzoeken in de reguliere zorg, op de groei en ontwikkeling van commercieel
preventief gezondheidsonderzoek en op de medische tweedeling tussen rijk en arm. Hierbij
dient ook te worden gekeken naar de sociale effecten van de wet.

Hijink
Kuik
Westerveld
Kuiken