Brief regering : VWS-monitor september 2024

Nr. 6
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 september 2024

Hierbij bied ik u, mede namens de Staatssecretaris Langdurige en Maatschappelijke
Zorg en de Staatssecretaris Jeugd, Preventie en Sport, de VWS-monitor van september
2024 aan.

VWS-monitor

De VWS-monitor geeft een meerjarig beeld van de gezondheid en de zorg in Nederland
en is een van de manieren om uw Kamer van deze informatie te voorzien. Daarbij wordt
een groot aantal indicatoren over langere termijn gevolgd, zodat veranderingen in
de gezondheidszorg en de volksgezondheid kunnen worden gevolgd.

De VWS-monitor wordt door het ministerie gemaakt en maakt onderscheid naar de gezondheidszorg
en volksgezondheid voor verschillende levensfases1 bijvoorbeeld de zorg rond de geboorte en zorg in de laatste fase. Ook wordt gekeken
naar de publieke waarden zoals toegankelijkheid.2

De opgenomen indicatoren komen van de Staat van Volksgezondheid en Zorg (de Staat).3 De cijfers van de Staat zijn door een groot aantal experts van diverse instituten
wetenschappelijk en onafhankelijk goedgekeurd. Deze bron wordt continu geüpdatet.
Naast de Staat is gebruik gemaakt van enkele bronnen van andere wetenschappelijke
en/of overheidsinstellingen. Onder iedere indicator staat de bron vermeld en staan
er eventuele opmerkingen ter verduidelijking van de indicator.

De VWS-monitor is ook digitaal beschikbaar via https://www.rijksoverheid.nl/ministeries/ministerie-van-volksgezondheid….

Ten opzichte van de vorige versie (mei 2024) is een aantal aanpassingen gedaan mede
naar aanleiding van de behandeling van de VWS-begroting van afgelopen januari:

• De indicator betaalbaarheid laatste levensfase is toegevoegd. Bij de behandeling van de VWS-begroting in januari kwam ter sprake dat de VWS-monitor
nog niet volledig dekkend was. In deze versie van de VWS-monitor is de laatste ontbrekende
indicator, betaalbaarheid in de laatste levensfase, toegevoegd.

• Indicatoren in de VWS-monitor zijn zoveel als mogelijk aan de indicatoren in de VWS-begroting
aangepast. Bij de behandeling van de VWS-begroting in januari is door Kamerlid Mohandis opgemerkt
dat het jaarverslag en de VWS-monitor voor vergelijkbare doelen verschillende indicatoren
gebruiken. Deze versie van de VWS-monitor is op diverse plekken aangepast om een coherent
beeld te scheppen met de begrotingsstukken.

• Verder zijn de cijfers in deze versie van de VWS-monitor geactualiseerd met de meest
recente, beschikbare cijfers. Sommige indicatoren in de monitor worden niet jaarlijks geactualiseerd. Hierdoor
zijn niet altijd cijfers beschikbaar voor recente jaren. Zodra die beschikbaar zijn,
zullen die in toekomstige versies van de monitor worden aangevuld.

Met het meer volledig maken van de VWS-monitor is er ook geconstateerd dat de frequentie
van de VWS-monitor – nu tweemaal per jaar, zowel medio mei als medio september – een
zeer beperkte meerwaarde heeft aangezien de twee versies zeer beperkt van elkaar verschillen.
Dit komt simpelweg omdat indicatoren niet zo frequent geactualiseerd worden. Dit maakt
dat wij willen voorstellen om de formele aanbieding aan uw Kamer vanaf 2025 één keer
per jaar te doen. Het lijkt ons daarbij wenselijk om dit publicatiemoment ruim voor
het wetgevingsoverleg over het VWS-jaarverslag te laten plaatsvinden. De VWS-monitor
kan zo nog steeds onderdeel zijn van het wetgevingsoverleg, het moment waarop wij
verantwoording afleggen over de beleidsinzet in relatie tot de staat van de gezondheidszorg
en de volksgezondheid. Uiteraard blijven de Staat en in de ontwerpbegroting die op
Prinsjesdag verschijnt eventuele wijzigingen van wijzigingen tussendoor wel zichtbaar.

Tot slot wil ik benadrukken dat de VWS-monitor altijd kan worden aangepast. In deze
versie is een belangrijke stap gezet om voor elke levensfase en publieke waarde een
indicator op te nemen, mede naar aanleiding van een verzoek van uw Kamer. Voor komende
versies wil ik u ook van harte uitnodigen om mee te denken.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M. Agema