Brief regering : Appreciatie van de motie van het lid Daniëlle Jansen over een resultaatsverplichting verbinden aan de investering in valpreventie (Kamerstuk 29247-448) en van de motie van de leden Daniëlle Jansen en Welzijn over onderzoek verrichten naar de invloed van de woonsituatie van ouderen op valaccidenten bij ouderen (Kamerstuk 29247-449)

Nr. 771
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 juni 2024

In het Tweeminutendebat Acute Zorg (CD3/4) zijn twee moties ingediend door het lid
Daniëlle Jansen van NSC (Kamerstukken 29 247, nr. 448 en 29 247, nr. 449) over preventie. Motie 449 is tevens door lid Welzijn van NSC ondertekend. De Minister
voor Medische Zorg heeft in het debat toegezegd dat de moties van een schriftelijke
appreciatie door mij worden voorzien. In deze brief geef ik u deze appreciatie.

Motie 448 betreft het verzoek aan de regering om een resultaatsverplichting te verbinden
aan de investeringen in valpreventie en de effecten van de huidige valpreventiemaatregelen
meer en frequent inzichtelijk te maken.

In het Gezond en Actief Leven Akkoord (GALA) van februari 20231 hebben het Ministerie van Volksgezondheid Welzijn en Sport (VWS), zorgverzekeraars
en gemeenten afspraken gemaakt over de inzet op preventie, gezondheid en sociale basis.
Hierin zijn onder meer de volgende afspraken over de te behalen resultaten opgenomen:

1) het risico op vallen bij ouderen wordt vroegtijdig gesignaleerd in zowel zorgdomein
als gemeentelijk domein en wordt ondersteund door laagdrempelige toegang tot valpreventief
aanbod;

2) jaarlijks komen er minder meer ouderen (65+) op de spoedeisende hulp naar aanleiding
van een val.

Er is een monitor valpreventie ingericht (als onderdeel van de brede GALA-monitor)
om zicht te krijgen op het behalen van deze resultaten. Hierin zijn indicatoren over
het aantal ziekenhuisopnames en Spoed Eisende Hulp-bezoeken na een val en het aantal
overlijdens na een val opgenomen.

Eveneens staat in het GALA opgenomen dat voor 2026 door het Ministerie van VWS in
samenwerking met de Vereniging Nederlandse Gemeenten en Zorgverzekeraars Nederland
een voorstel wordt uitgewerkt hoe taken en bevoegdheden in wet en regelgeving kunnen
worden verankerd, in het licht van de balans van plichten van zorgverzekeraars en
gemeenten en tegen de achtergrond van de wens van gemeenten om structurele financiering
via het Gemeentefonds te laten verlopen. Tegen deze achtergrond vind ik deze motie
in lijn met het ingezette beleid en laat ik deze appreciatie aan het oordeel van de
Kamer.

Motie 449 betreft het verzoek aan de regering om onderzoek te verrichten naar de invloed
van de woonsituatie van ouderen op valaccidenten bij ouderen. Ondertekend door de
leden Jansen en Welzijn, beiden van de NSC.

De Whitepaper «Wat werkt in valpreventie», gepubliceerd door VeiligheidNL, het kennisinstituut letselpreventie, geeft onder
meer inzicht in de relatie van omgeving en valrisico. In en om huis zijn veel factoren
die geassocieerd worden met een verhoogd valrisico. Echter wordt een val altijd veroorzaakt
door een combinatie van een omgevingsfactor en de competenties (balans, spierkracht)
van de oudere. Er is bewijs dat aanpassingen aan huis en omgeving effectief zijn in
het verlagen van het valrisico indien uitgevoerd door een ergotherapeut. Daarbij is
het inzetten van een valpreventieve beweeginterventie áltijd onderdeel van een effectieve
aanpak. Beiden komen terug in de ketenaanpak valpreventie, zoals opgenomen in het
GALA. Er zijn verschillende tips m.b.t. tot onder andere voorkomen dat je in huis
valt. Deze zijn te vinden op de website www.hoesterkstaik.nl, als onderdeel van de ketenaanpak valpreventie communicatie middelen die beschikbaar
zijn gesteld voor gemeenten. Daarbij staan de tips ook op de website www.regelhulp.nl.

Ik beschouw de beschikbare Whitepaper en het feit dat aanpassingen in huis en omgeving
onderdeel zijn van de ketenaanpak valpreventie als invulling van de motie. Ik laat
deze appreciatie daarom aan het oordeel van de Kamer.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
C. Helder