Rapporteurs commissie Rijksuitgaven

Kamercommissies kunnen leden benoemen tot rapporteur voor een bepaald onderwerp. Een rapporteur verdiept zich in het onderwerp en adviseert de commissie over de behandeling. Meestal benoemt een commissie twee of meer leden tot rapporteur voor een onderwerp. De rapporteurs kunnen een beroep doen op ondersteuning door de ambtenaren bij de Tweede Kamer.

Lopende rapporteurschappen

 Geen

Afgeronde rapporteurschappen

Verslaggevingsstelsel en kwaliteit begrotings- en verantwoordingsstukken

Evert Jan Slootweg (CDA) - van 26 januari 2023 tot 26 oktober 2023
Joost Sneller (D66) - van 23 februari 2022 tot 26 oktober 2023
Inge van Dijk (CDA) - van 23 februari 2022 tot 26 januari 2023

De rapporteurs hebben de evaluatie van het verslaggevingsstelsel voor de commissie Rijksuitgaven gevolgd. Ze zijn daarvoor in gesprek gegaan met zowel de Minister als de ambtenaren van het Ministerie van Financiën. Daarnaast hebben zij de commissie regelmatig op de hoogte gehouden van belangrijke ontwikkelingen en hebben actief geprobeerd de aandacht hiervoor binnen de Kamer te vergroten, onder andere via bijeenkomsten van het auditcomité:  

De inspanningen van de rapporteurs hebben geleid tot een Verslag van de rapporteurs over verslaggevingsstelsel en kwaliteit begrotings- en verantwoordingsstukken met daarin drie belangrijke aanbevelingen:  
1. het voortzetten van het rapporteurschap; 
2. het ten minste twee keer per jaar bijeenroepen van het auditcomité; 
3. ten minste eenmaal per jaar een gesprek voeren met de minister van Financiën over de financiële informatievoorziening tijdens een commissiedebat over het begrotingsproces.

Financiële auditfunctie Rijk

Farid Azarkan (DENK) - van 12 mei 2021 tot 31 mei 2022
Olaf Ephraim (Groep Van Haga) - van 17 november 2021 tot 31 mei 2022
Joost Sneller (D66) - van 12 mei 2021 tot 31 mei 2022
Bart Snels (GL) - van 16 september tot 26 oktober 2021 

De Algemene Rekenkamer maakt bij het verantwoordingsonderzoek in hoge mate gebruik van de controlewerkzaamheden van de Auditdienst Rijk (ADR). De nationale rekenkamers van Canada, het Verenigd Koninkrijk en Zweden hebben bij een collegiale toetsing opgemerkt dat de Nederlandse werkwijze onvoldoende garanties biedt voor de noodzakelijke onafhankelijkheid ten opzichte van de gecontroleerde ministers.

De rapporteurs van de commissie voor de Rijksuitgaven hebben op basis van literatuuronderzoek en gesprekken met experts en betrokkenen een probleemanalyse opgesteld en mogelijke oplossingsrichtingen verkend. Dit heeft geleid tot een brief aan de minister van Financiën met drie oplossingsrichtingen en een brief aan de Algemene Rekenkamer met voorstel tot meer transparantie van de conrolestandaarden die de Algemene Rekenkamer hanteert.