Antwoord schriftelijke vragen : Antwoord op vragen van het lid Westerveld over het bericht 'Vaccineer zo snel mogelijk ook in armere landen om mutaties te voorkomen'
Vragen van het lid Westerveld (GroenLinks) aan de Ministers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over het bericht «Vaccineer zo snel mogelijk ook in armere landen om mutaties te voorkomen» (ingezonden 29 april 2021).
Antwoord van Minister De Jonge (Volksgezondheid, Welzijn en Sport), mede namens de
Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (ontvangen 12 mei 2021).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Vaccineer zo snel mogelijk ook in armere landen om
mutaties te voorkomen»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Deelt u de opvatting van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) dat het onwenselijk
is als het nog tot eind 2024 duurt voordat iedereen in de wereld die dit wil zijn
of haar vaccinatie heeft ontvangen?
Antwoord 2
Ja.
Vraag 3
Hoe reflecteert u op het feit dat de COVID-19 Vaccines Global Access (Covax)-doelstellingen nu al niet zijn gehaald?
Antwoord 3
De doelstellingen opgesteld door COVAX zijn nastrevenswaardig en ambitieus. Het niet
behalen van de initiële doelstellingen is daarom ook spijtig maar wel te begrijpen.
De doelstellingen zijn toentertijd opgesteld, voordat vaccins feitelijk beschikbaar
waren. De COVID-19 pandemie is een crisis van ongekende grootte en tegenslagen zijn
onvermijdelijk en voorzienbaar. De rampzalige situatie in India is meer dan illustratief.
De leveringsproblemen die Nederland kent, zijn wereldwijd ook zichtbaar, wat de donatie
van vaccins aan COVAX niet bevordert. Dat gezegd hebbende, steunt Nederland de initiatieven
van COVAX en zal daarbij actief blijven bijdragen aan de mondiale beschikbaarheid
van vaccins via het COVAX-mechanisme.
Vraag 4
Bent u voornemens om u in te zetten om ervoor te zorgen dat de Covax-doelstellingen
in de toekomst wel gehaald worden? Zo ja, hoe?
Antwoord 4
Daar waar mogelijk draagt Nederland financieel bij aan ACT-A in het algemeen en Covax
in het bijzonder. Twee weken geleden heeft Nederland een extra bijdrage van 40 miljoen
aan COVAX toegezegd bovenop de steun die Nederland geeft via het internationale COVAX-programma
om te zorgen voor veilige, effectieve en betaalbare vaccins voor landen die daar zelf
geen of onvoldoende geld voor hebben. Tevens zal Nederland mogelijk, uit een waarschijnlijk
surplus aan vaccins, in kind bijdragen aan Covax.
Vraag 5
Kunt u toelichten hoe u het voorstel van India en Zuid-Afrika inzake het realiseren
van een TRIPS-waiver beoordeelt?
Antwoord 5
De doelstelling van het kabinet is glashelder: we moeten ervoor zorgen dat zo snel
mogelijk zo veel mogelijk vaccins worden geproduceerd en verdeeld worden over de wereld.
Over dit doel is iedereen het eens.
Het kabinet steunt daarom de nieuwe directeur-generaal van de World Trade Organization
(WTO), dr. Ngozi Okonjo-Iweala, in haar pogingen om een «derde weg» te vinden binnen
de discussie over de productie van vaccins. Ook verwelkomt het kabinet de bereidheid
van de Verenigde Staten om met een voorstel te willen komen dat kan bijdragen aan
een constructieve discussie. De VS geven daarbij aan dat verdere uitwerking daarvan
vanwege de complexiteit van de vraagstukken niet eenvoudig zal zijn. Ook India en
Zuid Afrika hebben inmiddels aangegeven met een aangepast waiver-voorstel te komen.
Het kabinet zal dit verder op Europees niveau bespreken. Dit onderwerp is ook tijdens
de Europese Raad van afgelopen weekend besproken. Zoals gebruikelijk zal uw Kamer
het verslag hiervan ontvangen.
Universele en eerlijke toegang tot vaccins is van levensbelang, en het kabinet stelt
zich positief op jegens elk initiatief dat dit doel dichterbij kan brengen. Het kabinet
zal binnen de EU bepleiten dat Europa constructief aan deze discussie bijdraagt. Leidend
is of een maatregel daadwerkelijk bij zal dragen aan het opschalen van de mondiale
productie.
Het (na)maken van veilige en effectieve geneesmiddelen en vaccins, op basis van een
octrooischrift is niet simpel. Betrokkenheid van de oorspronkelijke ontwikkelaar is
belangrijk omdat deze de kennis en ervaring heeft om het vaccin te maken. Het delen
van dergelijke vertrouwelijke kennis kan, anders dan weleens wordt gesuggereerd, niet
worden afgedwongen. Vrijwillige samenwerking heeft daarom altijd de voorkeur. Opschorting
van intellectuele eigendomsrechten zou op de korte termijn dan ook niet leiden tot
opschaling van productiecapaciteit. Ook moeten we ervoor waken de drijfveren weg te
nemen voor investeringen in R&D voor nieuwe COVID-mutaties of toekomstige pandemieën.
Over deze aspecten dient verder en in meer diepte gesproken te worden binnen de WTO.
Tegelijk moet opgemerkt worden dat het gaat om complexe materie. Het juridisch raamwerk
van intellectueel eigendom draagt namelijk ook bij aan een veilige kennisoverdracht
door bedrijven aan andere mogelijke producenten. Bovendien is kennis en technologie
noodzakelijk die veel verder gaat dan hetgeen in octrooien is opgenomen.
Om tijdens de in WTO-verband lopende discussies over een al dan niet aangepast waiver-voorstel
geen tijd te verliezen, moet de internationale gemeenschap zich blijven inspannen
om bestaande knelpunten voor de productie van vaccins, zoals een gebrek aan grondstoffen
of gekwalificeerd personeel voor productielocaties, aan te pakken. Ook moet de internationale
gemeenschap matchmaking tussen bedrijven met capaciteit en bedrijven met kennis van
vaccinproductie verder op gang brengen, bijvoorbeeld via de recent aangekondigde COVAX-manufacturing
taskforce van de WHO.
Vraag 6
Ziet u een mogelijkheid om u tijdens de volgende vergadering van de WHO actief in
te zetten om een TRIPS-waiver te realiseren? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 6
Zie het antwoord op vraag 5.
Vraag 7
Ziet u een mogelijkheid om farmaceuten aan te moedigen hun kennis te delen via Common Terminal Acquirer Protocol (C-TAP)? Zo ja, hoe?
Antwoord 7
Ik neem – in de context van de andere vragen – aan dat u met C-TAP bedoelt, de COVID-19
Technology Access Pool. In het kader van C-TAP wordt mede gesproken over het succesvol
positioneren van de pool. Zoals eerder aangegeven (Tweede Kamer, vergaderjaar 2020–2021,
21 501-02, nr. 2297, p. 11/12), betwijfelt de regering of C-TAP het juiste instrument is om productiecapaciteit
van vaccins nog verder op te schalen, zeker op korte termijn. Bedrijven kunnen immers,
als er geschikte beschikbare productiecapaciteit is, ook onderling afspraken maken
over het delen van kennis en intellectuele eigendom en dit gebeurt reeds op grote
schaal. Zoals toegelicht in antwoorden op Kamervragen van het Kamerlid Van Gerven
(SP) over het bericht «EU still firmly opposed to lifting intellectual property rights
on vaccines» (Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2020–2021, nr. 1785) heeft ook GAVI, die als inkopende partner in de COVAX-alliantie steeds in gesprek
is met de farmaceutische industrie, vooralsnog aangegeven met deze werkwijze verder
te willen gaan.
Nederland maakt met Brazilië, Maleisië, Pakistan en Zuid-Afrika deel uit van een kerngroep,
onder leiding van Costa Rica, die met de WHO verder spreekt over de invulling van
C-TAP, zodat de data van bedrijven voldoende beschermd zijn en de noodzakelijke informatie
wel breder gedeeld kan worden. Binnen ACT-A/COVAX staat het denken over versnellen
en opschalen van de productie ook niet stil. Zo heeft de WHO met de ACT-A partners
het initiatief genomen voor een mondiale COVAX Manufacturing Taskforce. Het organiseren
van lokale productie is hierbij ook een belangrijk actiepunt, waarbij momenteel de
focus ligt op het bijelkaar brengen van farmaceutische bedrijven en potentiële contract
producenten (CMO’s).
Vraag 8
Hoe gaat u ervoor zorgen dat dit in de toekomst het geval gaat zijn, aangezien op
dit moment nog geen enkele farmaceut kennis in C-TAP heeft gedeeld?
Antwoord 8
Het feit dat nu geen kennis via C-TAP wordt gedeeld, betekent niet dat er geen sprake
is van technology sharing via andere kanalen. Het gaat om het bereiken van het doel,
voldoende vaccins voor alle landen op de wereld. Daarvoor moeten mondiale productielijnen
voor vaccins worden opgezet. Dat vraagt om nauwgezette afstemming en coördinatie,
opdat veilige vaccins kunnen worden afgeleverd. Ook hier kan C-Tap een rol bij spelen.
Vraag 9
Erkent u dat het succes van Covax gedeeltelijk afhangt van de bereidheid van farmaceuten
om hun patenten te delen in Covax, aangezien u (de Minister van VWS) in het plenaire
debat over de ontwikkelingen rondom het coronavirus d.d. 22 april jl. aangaf: «maar
ik maak me sterk dat de snelheid waarmee we productiefaciliteiten uit de grond stampen
eigenlijk de enige belemmerde factor op dit moment is», terwijl in het artikel in
Knowledgde Ecology International te lezen valt dat er bedrijven zijn die willen produceren,
maar dat hun aanvraag wordt geblokkeerd door producerende farmaceuten?2
Antwoord 9
Wereldwijd moet de productie van coronavaccins worden versneld. Zoals bij de andere
antwoorden betoogd ben ik van mening dat het bij elkaar brengen van brengen van farmaceutische
bedrijven en potentiële contract producenten om de productie te vergroten de snelste
en meest effectieve manier is om de mondiale vaccinproductie op te schalen.
Vraag 10
Vindt u ook dat het uit de grond stampen van productiefaciliteiten derhalve niet de
enige belemmerende factor is in de snellere wereldwijde vaccinatie?
Antwoord 10
Ook andere knelpunten voor de productie van vaccins behoeven aandacht, zoals een gebrek
aan grondstoffen of gekwalificeerd personeel voor productielocaties. Tevens zijn voldoende
financiële middelen voor Covax een knelpunt om vaccins te kunnen aankopen en de vaccinatieprogramma’s
te bekostigen.
Vraag 11
Wat wordt de inzet van Nederland in de nieuwe ronde contractonderhandelingen over
de inkoop van nieuwe vaccins?3
Antwoord 11
In nauw overleg met de Europese lidstaten en de Europese Commissie zullen wij de contractonderhandelingen
voeren over een nieuwe inkoopronde. Uitgangspunt is dat de EU over voldoende vaccins
moet beschikken voor een effectieve vaccinatie-response in de periode 2022/2023. Ook
willen we dat deze vaccins zoveel als mogelijk kunnen worden aangepast aan toekomstige
variaties van het virus. Ten slotte zetten we in op goede donatiemogelijkheden.
Vraag 12
Zijn er al contacten met de Belgische regering om hier samen op te trekken? Zo ja,
op welke manier geeft u dit vorm? Zo nee, bent u bereid om samen met de Belgen op
te trekken op deze specifieke zaak?
Antwoord 12
Ja, er is overleg met de Belgische regering over deze kwestie. Er zijn nog geen concrete
afspraken over samenwerking.
Vraag 13
Kunt u deze vragen één voor één beantwoorden, voorafgaand aan het eerstvolgende debat
over de ontwikkelingen rondom het coronavirus?
Antwoord 13
Ja.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
H.M. de Jonge, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport -
Mede namens
S.A.M. Kaag, minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.