Memorie van toelichting : Memorie van toelichting
36 820 K Wijziging van de begrotingsstaat van het Defensiematerieelbegrotingsfonds (K) voor het jaar 2025 (suppletoire begroting september)
Nr. 2
MEMORIE VAN TOELICHTING
A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL
Wetsartikelen 1 tot en met 3
De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van
artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld
en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar
2025 wijzigingen aan te brengen in de begrotingsstaat voor het Defensiematerieelbegrotingsfonds.
De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van
deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).
De Minister van Defensie,
R.P. Brekelmans
B. BEGROTINGSTOELICHTING
1. Leeswijzer
De voorliggende suppletoire begroting september (SBS) bevat de voorgestelde wijzigingen
ten opzichte van de 1e suppletoire begroting 2025 van hoofdstuk K van de begroting
van het Rijk.
In deze suppletoire begroting september van het Defensiematerieelbegrotingsfonds (DMF)
zijn de meest recente besluiten van het kabinet voor 2025 verwerkt. Deze suppletoire
wet dient dan ook in samenhang te worden gezien met de ontwerpbegroting 2025 en met
suppletoire begroting september van Hoofdstuk X. Het DMF 2025 wordt met deze suppletoire
begroting met per saldo € 136,6 miljoen verlaagd tot € 10,5 miljard. De begroting
is onder andere gewijzigd vanwege de bedrijfssteun die middels deze SBS wordt verwerkt.
Daarnaast is het, onder meer gezien de huidige grillige mondiale defensiemarkt en
krapte op de arbeidsmarkt, niet mogelijk om alle projecten conform planning uit te
voeren. Het Ministerie van Defensie spant zich tot het uiterste in om de middelen
op het DMF voor dit jaar nog tot besteding te laten komen. De investeringsmiddelen
die niet in 2025 uitgegeven kunnen worden blijven beschikbaar voor Defensie en zullen
zo snel mogelijk alsnog besteed worden.
Per artikel worden de mutaties groter dan of gelijk aan onderstaande staffel op het
niveau van de financiële instrumenten (en eventueel artikelonderdeel) toegelicht.
Tabel 1 Ondergrenzen conform RBV
Omvang begrotingsartikel (stand ontwerpbegroting) in € miljoen
Beleidsmatige mutaties (ondergrens in € miljoen)
Technische mutaties (ondergrens in € miljoen)
< 50
1
2
=> 50 en < 200
2
4
=> 200 en < 1.000
5
10
=> 1.000
10
20
Binnen Defensie is COMMIT verantwoordelijk voor de uitvoering van de projecten in de
realisatiefase op artikelen 1 t/m 4 en artikel 6. Dit zijn vele tientallen vaak kleine
projecten, die aan tussentijdse actualisaties en technische mutaties onderhevig zijn.
Vaak betreft het herfaseringen over jaren heen vanwege versnellingen of vertragingen.
Deze actualisaties bij elkaar zorgen voor de verschillen tussen de eerste suppletoire
begroting en de suppletoire begroting september. Een uitgebreidere toelichting bij
de projecten, inclusief budgettaire details, zijn terug te vinden in het Defensie Projectenoverzicht
(DPO).
2. Beleidsartikelen
2.1. Artikel 1 Defensiebreed materieel
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 2 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 1 Defensiebreed materieel (bedragen x € 1.000)
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Art.
Verplichtingen
3.234.424
– 21.900
3.212.524
Uitgaven
2.313.245
– 855.824
1.457.421
1.11
Verwerving
1.521.048
– 229.373
1.291.675
Opdrachten
1.521.048
– 229.373
1.291.675
Verwerving: voorbereidingsfase
0
17.000
17.000
Verwerving: realisatie
1.521.048
– 246.373
1.274.675
1.12
Instandhouding
659.607
23.854
683.461
Opdrachten
659.607
23.854
683.461
Instandhouding Materieel
659.607
23.854
683.461
1.13
Kennis en Innovatie
317.791
13
317.804
Opdrachten
0
317.804
317.804
Duurzaamheid, klimaat en veiligheid
0
34.845
34.845
Kennisopbouw
0
73.401
73.401
Technologieontwikkeling
0
61.505
61.505
Kennisgebruik
0
8.787
8.787
Kort Cyclische Innovatie
0
139.266
139.266
Bekostiging
317.791
– 317.791
0
Duurzaamheid, klimaat en veiligheid
33.845
– 33.845
0
Kennisopbouw
72.902
– 72.902
0
Technologieontwikkeling
59.766
– 59.766
0
Kennisgebruik
8.539
– 8.539
0
Kort Cyclische Innovatie
142.739
– 142.739
0
1.14
Reserve Valutaschommelingen
9.998
291
10.289
Storting/onttrekking begrotingsreserve
9.998
291
10.289
Storting/onttrekking begrotingsreserve
9.998
291
10.289
1.16
Over-/ onderprogrammering
– 195.199
– 650.609
– 845.808
Fonds
– 195.199
– 650.609
– 845.808
Fonds
– 195.199
– 650.609
– 845.808
Ontvangsten
97.590
– 10.000
87.590
Toelichting op de verplichtingen
De verplichtingen voor Defensiebreed materieel zijn per saldo met € 21,9 miljoen naar
beneden bijgesteld. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door de bedrijfssteun van € 270,0
miljoen (Kamerstuk 36 787, nr. 1) die is verwerkt in deze suppletoire begrotingswet. Daarnaast is het budget per saldo
met € 4,1 miljoen naar beneden bijgesteld vanwege een aantal interdepartementale overhevelingen
en overhevelingen tussen de Defensiebegroting en andere artikelen binnen het DMF.
Daartegenover staan ook verhogingen van de verplichtingen. Deze worden veroorzaakt
door het aanpassen van de budgetten om aan te sluiten bij de verwachte realisatiemomenten
(€ 110,9 miljoen). Zo is bij het project Vervanging Medium Range Anti-Tank (MRAT)
(commercieel vertrouwelijk) het budget versneld vrijgegeven in verband met de vervanging
van de Panzerfaust 3. Daarnaast wordt het verplichtingenbudget naar boven bijgesteld
door het toevoegen van de prijsbijstelling (€ 79,8 miljoen) en valutakoerscompensatie
(€ 8,4 miljoen). Het restant betreft het saldo van een aantal kleinere, overige mutaties
(€ 53,1 miljoen).
Toelichting op de uitgaven
Het uitgavenbudget voor 2025 wordt per saldo verlaagd met € 855,8 miljoen. Als rekening
wordt gehouden met de over-/ onderprogrammering dan betekent dit een verlaging van
€ 205,2 miljoen. Dit wordt verklaard door:
Verwerving
De verwervingsfase wordt met € 246,4 miljoen naar beneden bijgesteld. Dit wordt voornamelijk
veroorzaakt door de bedrijfssteun van € 270,0 miljoen (Kamerstuk 36 787, nr. 1), welke reeds onder de verplichtingen is genoemd. Deze bedrijfssteun is verwerkt
in deze suppletoire begrotingswet.
Daartegenover staan verhogingen van uitgaven in de verwervingsfase. Dit wordt onder
andere veroorzaakt door een hoger budget in de voorbereidingsfase (€ 17,0 miljoen),
voortkomend uit herschikkingen om aan te sluiten bij de actuele inzichten over de
verwachte realisatiemomenten.
In de realisatiefase wordt budget toegevoegd, voornamelijk veroorzaakt door het toevoegen
van prijsbijstelling (€ 50,0 miljoen). Tevens is het saldo van een aantal interdepartementale
overhevelingen en overhevelingen tussen de Defensiebegroting en andere artikelen binnen
het DMF (€ 26,3 miljoen) en valutakoerscompensatie toegevoegd aan de realisatiefase
(€ 0,1 miljoen).
Daartegenover staat dat het budget in de realisatiefase per saldo met € 0,1 miljoen
naar beneden is bijgesteld vanwege het aanpassen van de budgetten van verschillende
projecten om aan te sluiten bij de verwachte realisatiemomenten.
Exclusief de incidentele suppletoire begroting, hebben de bovengenoemde aanpassingen
in de realisatiefase per saldo geleid tot hogere uitgaven in 2025 voor onder andere
het project Vervanging Medium Range Anti-Tank (MRAT) (commercieel vertrouwelijk).
Daartegenover staat een lager budget in 2025 voor het programma Vervanging Wissellaadsystemen,
Trekker-opleggercombinaties en Wielbergingsvoertuigen (WTB) door vertragingen in leveringsschema’s
en een aantal kleinere, niet-DMP-plichtige, projecten.
Instandhouding
De verhoging van € 23,9 miljoen voor instandhouding wordt met name veroorzaakt door
€ 18,5 miljoen uitdeling prijsbijstelling en enkele kleinere mutaties.
Kennis en Innovatie
Het instrument bekostiging is vervangen door het instrument opdrachten, omdat de uitgaven
in het DMF plaatsvinden via opdrachten. Dit betekent dat in de tabel de mutaties gesaldeerd
moeten worden bezien. Deze aanpassing betreft dus een technische wijziging.
Over-/ onderprogrammering
De over- en onderprogrammering wordt met € 650,6 miljoen verlaagd. In het DMF wordt
gewerkt met overprogrammering. Als gevolg van de mutaties die op dit artikel plaatsvinden,
wordt ook de overprogrammering aangepast. Hiermee blijft de omvang van de overprogrammering
binnen de overeengekomen grens van 30%. Daarnaast is het, gelet op de druk op de defensie-
en arbeidsmarkt, onzeker of alle beschikbare middelen in 2025 tot besteding komen.
Om die reden is besloten een deel van het budget over meerdere jaren te spreiden.
2.2. Artikel 2 Maritiem materieel
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 3 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 2 Maritiem materieel (bedragen x € 1.000)
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Art.
Verplichtingen
2.395.470
64.977
2.460.447
Uitgaven
1.395.875
195.896
1.591.771
2.11
Verwerving
1.700.602
– 56.673
1.643.929
Opdrachten
1.700.602
– 56.673
1.643.929
Verwerving: voorbereidingsfase
0
1
1
Verwerving: onderzoeksfase
1.172
39
1.211
Verwerving: realisatie
1.699.430
– 56.713
1.642.717
2.12
Instandhouding
318.388
– 21.946
296.442
Opdrachten
318.388
– 21.946
296.442
Instandhouding Materieel
318.388
– 21.946
296.442
2.16
Over-/ onderprogrammering
– 623.115
274.515
– 348.600
Fonds
– 623.115
274.515
– 348.600
Fonds
– 623.115
274.515
– 348.600
Ontvangsten
20.000
2.393
22.393
Toelichting op de verplichtingen
De verplichtingen voor Maritiem materieel zijn per saldo met € 65,0 miljoen naar boven
bijgesteld.
Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het aanpassen van de budgetten om aan te sluiten
bij de verwachte realisatiemomenten (€ 21,5 miljoen) en een aantal interdepartementale
overhevelingen en overhevelingen tussen de Defensiebegroting en andere artikelen binnen
het DMF (€ 20,9 miljoen). Daarnaast wordt het verplichtingenbudget naar boven bijgesteld
door het toevoegen van valutakoerscompensatie (€ 11,7 miljoen) en prijsbijstelling
(€ 10,4 miljoen). Het restant betreft een aantal kleinere, overige mutaties (€ 0,5
miljoen).
De genoemde aanpassingen hebben per saldo geleid tot een hoger verplichtingenbudget
in 2025 voor onder andere de projecten ESSM Block 2: verwerving en integratie (vertrouwelijk),
Vervanging M-fregatten (ASWF) (commercieel vertrouwelijk), Future Littoral All-Terrain
Mobility Patrouillevoertuigen (FLATM-PV) (commercieel vertrouwelijk) en Vervanging
MK46 Lightweight Torpedo (vertrouwelijk). Daartegenover staat een lager budget voor
het project Vervanging LC-fregatten (commercieel vertrouwelijk).
Toelichting op de uitgaven
Het uitgavenbudget voor 2025 wordt per saldo verhoogd met € 195,9 miljoen. Dit wordt
verklaard door:
Verwerving
De verwervingsfase wordt met € 56,7 miljoen naar beneden bijgesteld. Dit wordt voornamelijk
veroorzaakt door een lager budget in de realisatiefase (€ 56,7 miljoen). Het budget
is per saldo met € 74,7 miljoen naar beneden bijgesteld vanwege het aanpassen van
de budgetten van verschillende projecten om aan te sluiten bij de verwachte realisatiemomenten.
Daartegenover staat dat het budget naar boven is bijgesteld door het toevoegen van
valutakoerscompensatie (€ 10,6 miljoen) en prijsbijstelling (€ 6,0 miljoen). Tevens
is het saldo van een aantal overhevelingen tussen de Defensiebegroting en andere artikelen
binnen het DMF (€ 0,6 miljoen) aan de realisatiefase toegevoegd. Het restant betreft
een aantal kleinere, overige mutaties.
De hierboven genoemde aanpassingen in de realisatiefase hebben per saldo geleid tot
een lager budget in 2025 voor onder andere het project ESSM Block 2: verwerving en
integratie (commercieel vertrouwelijk) en Vervanging M-fregatten (ASWF) (commercieel
vertrouwelijk) en een hoger budget voor het project Future Littoral All-Terrain Mobility
Patrouillevoertuigen (FLATM-PV) (commercieel vertrouwelijk). Daarentegen zijn de uitgaven
voor een aantal projecten gestegen, zoals voor het project Multifunctionele ondersteuningsvaartuigen
(commercieel vertrouwelijk) en een aantal kleinere, niet-DMP-plichtige, projecten.
Voor € 31,6 miljoen is het budget gestegen voor de financiering van de beleidskaders
inzetvoorraden Hoofdtaak 1 en Hoofdtaak 2.
Instandhouding
Ten opzichte van de eerste suppletoire begroting is het budget voor Instandhouding
materieel met € 21,9 miljoen gedaald. Het budget voor het beleidskader inzetvoorraden
hoofdtaak 2 (€ 21,6 miljoen) is onterecht geplaatst in de instandhouding en is gecorrigeerd
naar Verwerving realisatie. Dit in lijn met de andere artikelen binnen het DMF. Het
project onderwaterconnectoren is vertraagd naar 2026 als gevolg van langere doorlooptijden
binnen het inkooptraject dan vooraf ingeschat, waardoor het budget is verlaagd. Het
budget is daarentegen gestegen als gevolg van de projecten ISR Noordzee, aanschaf
C-UxV systemen en prijsbijstelling 2025.
Over-/ Onderprogrammering
In het DMF wordt gewerkt met overprogrammering. Als gevolg van de mutaties die op
dit artikel plaatsvinden, wordt ook de overprogrammering aangepast (€ 274,5 miljoen).
Hiermee blijft de omvang van de overprogrammering binnen de overeengekomen grens van
30%.
2.3. Artikel 3 Land materieel
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 4 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 3 Land materieel (bedragen x € 1.000)
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Art.
Verplichtingen
7.084.310
– 636.478
6.447.832
Uitgaven
2.763.008
– 424.614
2.338.394
3.11
Verwerving
2.736.282
– 240.513
2.495.769
Opdrachten
2.736.282
– 240.513
2.495.769
Verwerving: realisatie
2.736.282
– 240.513
2.495.769
3.12
Instandhouding
428.098
– 25.421
402.677
Opdrachten
428.098
– 25.421
402.677
Instandhouding Materieel
428.098
– 25.421
402.677
3.16
Over-/ onderprogrammering
– 401.372
– 158.680
– 560.052
Fonds
– 401.372
– 158.680
– 560.052
Fonds
– 401.372
– 158.680
– 560.052
Ontvangsten
2.500
0
2.500
Toelichting op de verplichtingen
De verplichtingen voor Land materieel zijn per saldo met € 636,5 miljoen naar beneden
bijgesteld.
Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het aanpassen van de budgetten om aan te sluiten
bij de verwachte realisatiemomenten (€ 761,7 miljoen). Daarnaast is het verplichtingenbudget
naar beneden bijgesteld als gevolg van een aantal interdepartementale overhevelingen
en overhevelingen tussen de Defensiebegroting en andere artikelen binnen het DMF (€ 36,6
miljoen).
Daartegenover staat dat het budget naar boven is bijgesteld door het toevoegen van
prijsbijstelling (€ 103,8 miljoen) en valutakoerscompensatie (€ 18,5 miljoen). Het
restant betreft en een aantal kleinere, overige mutaties (€ 39,4 miljoen), welke technisch
van aard zijn.
De hierboven genoemde aanpassingen hebben per saldo geleid tot een lager verplichtingenbudget
in 2025 voor onder andere de Midlife Update (MLU) voor het wapensysteem Infanterie
gevechtsvoertuig (IGV) CV9035NL (€ 146,4 miljoen) waarvan de uitlevering van voertuigen
is vertraagd en dit hangt samen met de voorgenomen wijzigingen in de configuratie
welke via contractwijzigingen verplicht moet worden. Bij het project Verwerving Leopard-2A8
gevechtstanks (commercieel vertrouwelijk) is de definitieve vaststelling van het voorschot
vrijgesteld van btw overeengekomen. Andere projecten waarbij het verplichtingenbudget
is verlaagd zijn de projecten Vervanging MRAD & SHORAD (commercieel vertrouwelijk)
en Groot Pantserwielvoertuig (GPW, Boxer) (commercieel vertrouwelijk). Daartegenover
staat een hoger budget voor onder andere het project Verlenging levensduur Patriot
(commercieel vertrouwelijk).
Toelichting op de uitgaven
Het uitgavenbudget voor 2025 wordt per saldo verlaagd met € 424,6 miljoen. Dit wordt
verklaard door:
Verwerving
De verwervingsfase wordt met € 240,5 miljoen naar beneden bijgesteld.
Dit wordt veroorzaakt door een lager budget in de realisatiefase (€ 240,5 miljoen).
Het budget is per saldo met € 352,2 miljoen naar beneden bijgesteld vanwege het aanpassen
van de budgetten van verschillende projecten om aan te sluiten bij de verwachte realisatiemomenten.
Daartegenover staat dat het budget naar boven is bijgesteld door het toevoegen van
prijsbijstelling (€ 91,4 miljoen) en valutakoerscompensatie (€ 19,0 miljoen). Tevens
is het saldo van een aantal interdepartementale overhevelingen en overhevelingen tussen
de Defensiebegroting en andere artikelen binnen het DMF (€ 1,3 miljoen) aan de realisatiefase
toegevoegd.
De hierboven genoemde aanpassingen in de realisatiefase hebben per saldo geleid tot
een lager budget in 2025 voor onder andere het project Midlife Update (MLU) voor het
wapensysteem Infanterie gevechtsvoertuig (IGV) CV9035NL (€ 70,1 miljoen) veroorzaakt
door een herfasering van het betaalschema als gevolg van een gewijzigd leveringsschema.
Ook voor het project Midlife Update (MLU) Fennek waren de uitgaven lager (€ 56,8 miljoen).
Dit in verband met vertraging doordat de producent prioriteit geeft aan leveringen
voor Oekraïne. Daarnaast zijn er nog lagere uitgaven geweest bij het project Raketartillerie
(commercieel vertrouwelijk) en een aantal kleinere, niet-DMP-plichtige, projecten
(€ 58,1 miljoen). Daartegenover staan hogere uitgaven voor onder andere het project
Verlenging levensduur Patriot (commercieel vertrouwelijk).
Instandhouding
De uitgaven voor instandhouding zijn met € 25,4 miljoen verlaagd. Dit wordt grotendeels
veroorzaakt door een aantal overhevelingen tussen de Defensiebegroting en andere artikelen
binnen het DMF (€ 38,4 miljoen). Daartegenover staat een verhoging van het budget
voor prijsbijstelling (€ 13,4 miljoen) en een verlaging voor valutakoercompensatie
(€ 0,4 miljoen).
Over-/ onderprogrammering
In het DMF wordt gewerkt met overprogrammering. Als gevolg van de mutaties die op
dit artikel plaatsvinden, wordt ook de overprogrammering naar beneden bijgesteld (€ 158,7
miljoen). Hiermee blijft de omvang van de overprogrammering binnen de overeengekomen
grens van 30%.
2.4. Artikel 4 Lucht materieel
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 5 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 4 Lucht materieel (bedragen x € 1.000)
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Art.
Verplichtingen
3.183.971
749.836
3.933.807
Uitgaven
1.964.068
93.433
2.057.501
4.11
Verwerving
2.075.970
– 17.917
2.058.053
Opdrachten
2.075.970
– 17.917
2.058.053
Verwerving: voorbereidingsfase
0
17.004
17.004
Verwerving: realisatie
2.075.970
– 34.921
2.041.049
4.12
Instandhouding
596.434
112.986
709.420
Opdrachten
596.434
112.986
709.420
Instandhouding Materieel
596.434
112.986
709.420
4.16
Over-/ onderprogrammering
– 708.336
– 1.636
– 709.972
Fonds
– 708.336
– 1.636
– 709.972
Fonds
– 708.336
– 1.636
– 709.972
Ontvangsten
12.080
0
12.080
Toelichting op de verplichtingen
De verplichtingen voor Lucht materieel zijn per saldo met € 749,8 miljoen naar boven
bijgesteld.
Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het aanpassen van de budgetten om aan te sluiten
bij de verwachte realisatiemomenten (€ 320,0 miljoen) en een aantal interdepartementale
overhevelingen en overhevelingen tussen de Defensiebegroting en andere artikelen binnen
het DMF (€ 274,4 miljoen). Daarnaast is het verplichtingenbudget naar boven bijgesteld
door het toevoegen van valutakoerscompensatie (€ 136,3 miljoen) en prijsbijstelling
(€ 19,5 miljoen). Daartegenover staat een aantal kleinere, overige mutaties (€ 0,3
miljoen) welke technisch van aard zijn.
De hierboven genoemde aanpassingen hebben per saldo geleid tot een hoger verplichtingenbudget
in 2025 voor onder andere de projecten Verwerving F-35 (commercieel vertrouwelijk)
en Opbouw Operationele Satelliet Capaciteit (commercieel vertrouwelijk). Bij laatstgenoemde
is sprake van samenvoeging van budgetten binnen het spacedomein. Daartegenover staat
een lager budget voor het project Vervanging Medium Utility Helicopter (aanschaf H225M
Caracal) (commercieel vertrouwelijk).
Toelichting op de uitgaven
Het uitgavenbudget voor 2025 wordt per saldo verhoogd met € 93,4 miljoen. Dit wordt
verklaard door:
Verwerving
De verwervingsfase wordt met € 17,9 miljoen naar beneden bijgesteld.
Enerzijds is dit het gevolg van een hoger budget in de voorbereidingsfase (€ 17,0
miljoen) veroorzaakt door het aanpassen van de budgetten van verschillende projecten
om aan te sluiten bij de verwachte realisatiemomenten (€ 16,2 miljoen).
Anderzijds wordt de neerwaartse bijstelling veroorzaakt door een lager budget in de
realisatiefase (€ 34,9 miljoen). Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het aanpassen
van de budgetten van verschillende projecten om aan te sluiten bij de verwachte realisatiemomenten
(€ 216,5 miljoen). Daartegenover staat dat het budget naar boven is bijgesteld door
het toevoegen van valutakoerscompensatie (€ 106,0 miljoen) en prijsbijstelling (€ 68,5
miljoen). Tevens is het saldo van een aantal overhevelingen tussen de Defensiebegroting
en andere artikelen binnen het DMF aan de realisatiefase toegevoegd (€ 7,2 miljoen).
Het restant betreft een aantal kleinere, overige mutaties.
De hierboven genoemde aanpassingen in de realisatiefase hebben per saldo geleid tot
een lager budget in 2025 voor onder andere de projecten Verwerving F-35 (commercieel
vertrouwelijk), Deep Strike Capaciteit Air (commercieel vertrouwelijk), MQ-9 Bewapening
(commercieel vertrouwelijk) en een aantal kleinere, niet-DMP-plichtige, projecten
(€ 39,3 miljoen). Daartegenover staat een hoger budget voor onder andere de projecten
Opbouw Operationele Satelliet Capaciteit (commercieel vertrouwelijk), waarbij sprake
is van samenvoeging van budgetten binnen het spacedomein, Apache Remanufacture (€ 26,2
miljoen) en Vervanging tactische luchttransport capaciteit (€ 25,4 miljoen).
Instandhouding
Het instandhoudingsbudget is per saldo met € 113,0 miljoen verhoogd. Deze stijging
is het resultaat van de jaarlijkse prijsbijstelling (€ 19,5 miljoen), de valutabijstelling
(€ 29,6 miljoen) en een aanvullend budget (commercieel vertrouwelijk) dat is toegevoegd
voor de instandhouding van de MQ-9, als gevolg van het intensiveringsproject. Daarnaast
is een bedrag (commercieel vertrouwelijk) beschikbaar gesteld voor de instandhouding
van de Patriot-raketten, die onder hetzelfde contract vallen als het Patriot-systeem.
Tot slot zijn de ontvangen exploitatiebudgetten vanuit het project Vervanging Initiële
Vliegeropleidingscapaciteit ingezet voor de instandhouding van de simulatoren.
Over-/ onderprogrammering
Als gevolg van de mutaties die op dit artikel plaatsvinden, wordt ook de overprogrammering
naar beneden bijgesteld (€ 1,6 miljoen). Hiermee blijft de omvang van de overprogrammering
binnen de overeengekomen grens van 30%.
2.5. Artikel 5 Infrastructuur en Vastgoed
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 6 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 5 Infrastructuur en Vastgoed (bedragen x € 1.000)
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Art.
Verplichtingen
2.454.372
– 1.475.337
979.035
Uitgaven
837.718
535.499
1.373.217
5.11
Verwerving
1.112.964
– 129.547
983.417
Opdrachten
1.112.964
– 129.547
983.417
Verwerving: voorbereidingsfase
0
97.868
97.868
Verwerving: realisatie
1.112.964
– 227.415
885.549
5.12
Instandhouding
525.648
112.908
638.556
Opdrachten
525.648
112.908
638.556
Instandhouding Infrastructuur
525.648
112.908
638.556
5.16
Over-/ onderprogrammering
– 800.894
552.138
– 248.756
Fonds
– 800.894
552.138
– 248.756
Fonds
– 800.894
552.138
– 248.756
Ontvangsten
23.770
0
23.770
Toelichting op de verplichtingen
De verplichtingen voor Infrastructuur en Vastgoed zijn per saldo met € 1.475,3 miljoen
naar beneden bijgesteld. Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het aanpassen van
de budgetten om aan te sluiten bij de verwachte realisatiemomenten (€ 1.537,3 miljoen).
Onderdeel hiervan is onder andere het bijstellen van de jaaropdracht richting het
Rijksvastgoedbedrijf welke vooraf te hoog is ingeschat (€ 639,0 miljoen).
Voor een aantal vastgoedprojecten is het verplichtingenbudget neerwaarts bijgesteld
omdat deze al voor 2025 zijn aangegaan, waardoor het verplichtingenbudget meerjarig
niet meer benodigd is. De diensten en prestaties worden de komende jaren nog geleverd
en betaald. Daarnaast is het verplichtingenbudget verlaagd door mutaties die ook in
de uitgaven hebben plaatsgevonden.
Daartegenover staat dat het verplichtingenbudget naar boven is bijgesteld door een
aantal interdepartementale overhevelingen en overhevelingen tussen de Defensiebegroting
en andere artikelen binnen het DMF (€ 46,4 miljoen), het toevoegen van prijsbijstelling
(€ 15,3 miljoen) en valutakoerscorrectie (€ 0,2 miljoen).
Toelichting op de uitgaven
Het uitgavenbudget voor 2025 wordt per saldo verhoogd met € 535,5 miljoen. Dit wordt
verklaard door:
Verwerving
De verwervingssfase wordt met € 129,5 miljoen naar beneden bijgesteld.
Enerzijds is dit het gevolg van een hoger budget in de voorbereidingsfase (€ 97,9
miljoen), voornamelijk door het project huisvesting Hoog Risico Beveiliging (HRB)
KMar Den Haag (€ 71,8 miljoen). Anderzijds wordt de neerwaartse bijstelling veroorzaakt
door een lager budget in de realisatiefase (€ 227,4 miljoen).
De realisatie van een aantal projecten is van 2025 verschoven naar latere jaren en
de hiermee samenhangende budgetten schuiven mee. Dit leidt tot een verlaging van het
budget met € 284,0 miljoen. Het betreft onder andere de projecten huisvesting MIVD
Frederikkazerne (HMF, € 96,6 miljoen), huisvesting HRB KMar Den Haag (€ 72,3 miljoen),
Verbeteren Defensie Legering (VDL) Fase 1, 2 en 3 (€ 38,9 miljoen) en Fase 4 (€ 25,0
miljoen), huisvesting gezondheids- en tandheelkundige centra (GZHC, € 18,6 miljoen),
Programmakosten Transformatie Vastgoed Defensie (€ 14,4 miljoen) en Herinrichting
Kamp Nieuw-Milligen (€ 10,5 miljoen). Het overige verschil wordt veroorzaakt door
een aantal kleine herschikkingen die leiden tot een verlaging van het budget met € 7,7
miljoen. Daarnaast heeft een correctie plaatsgevonden van € 11,5 miljoen op eerder
uitgekeerde prijsbijstelling voor de PPS-projecten, dit zorgt voor een verdere verlaging
van het budget.
Daarnaast zijn er ook mutaties die geleid hebben tot een verhoging van het budget
voor de investeringen in realisatiefase. Er is € 36,7 miljoen toegevoegd voor uitgekeerde
prijsbijstelling. Voor nieuwe opdrachten die DOSCO ontvangen heeft is € 31,4 miljoen
aan het budget toegevoegd. Dit betreft onder andere de projecten verwerving TNO Rijswijk
(€ 25,1 miljoen) en Baanrenovatie Vliegbasis Eindhoven (€ 5,8 miljoen).
Instandhouding
Het budget voor de instandhoudingsuitgaven is met € 112,9 miljoen verhoogd. Dit wordt
grotendeels veroorzaakt door een incidentele toevoeging van € 93,0 miljoen om het
te verwachten tekort te dekken. Daarnaast is € 15,3 miljoen voor uitgekeerde prijsbijstelling
toegevoegd. Een aantal kleinere herschikkingen heeft geleid tot een verhoging van
het budget met € 4,6 miljoen.
Over-/ onderprogrammering
Als gevolg van de mutaties die op dit artikel plaatsvinden, wordt ook de overprogrammering
aangepast (€ 552,1 miljoen). Hiermee blijft de omvang van de overprogrammering binnen
de overeengekomen grens van 30%.
2.6 Artikel 6 IT
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 7 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 6 IT (bedragen x € 1.000)
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Art.
Verplichtingen
1.712.914
60.850
1.773.764
Uitgaven
1.192.386
469.868
1.662.254
6.11
Verwerving
934.808
68.217
1.003.025
Opdrachten
934.808
68.217
1.003.025
Verwerving: voorbereidingsfase
0
7.913
7.913
Verwerving: realisatie
934.808
60.304
995.112
6.12
Instandhouding
684.237
43.617
727.854
Opdrachten
684.237
43.617
727.854
Instandhouding IT
684.237
43.617
727.854
6.16
Over-/ onderprogrammering
– 426.659
358.034
– 68.625
Fonds
– 426.659
358.034
– 68.625
Fonds
– 426.659
358.034
– 68.625
Ontvangsten
16.769
0
16.769
Toelichting op de verplichtingen
De verplichtingen voor IT worden per saldo met € 60,9 miljoen naar boven bijgesteld.
Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het toevoegen van het saldo van een aantal
overhevelingen tussen de Defensiebegroting en andere artikelen binnen het DMF (€ 65,2
miljoen). Daarnaast worden de prijsbijstelling (€ 20,6 miljoen) en valutakoerscompensatie
(€ 6,9 miljoen) aan het verplichtingenbudget toegevoegd.
Daartegenover staat het naar beneden bijstellen van het budget vanwege het aanpassen
van de budgetten om aan te sluiten bij de verwachte realisatiemomenten (€ 29,5 miljoen)
en een aantal kleinere, overige mutaties (€ 2,3 miljoen) welke technisch van aard
zijn.
De hierboven genoemde aanpassingen hebben per saldo geleid tot een hoger budget in
2025 voor onder andere het project Vervanging ESM-capaciteiten KL EOV-systeem (commercieel
vertrouwelijk) waarbij, naast de hierboven genoemde reden, budget is toegevoegd voor
aanvullende behoeftes voor de uitbreiding van de EOV-systemen in combinatie met de
oprichting van de Cyber en Elektromagnetische Activiteiten (CEMA) eenheid, alsmede
het versneld bereiken van het eind van de operationele levensduur van het Draagbaar
Peil- en Interceptie Systeem (DPIS). Verder betreft het hogere budget een groot aantal
kleinere, niet-DMP-plichtige projecten (€ 41,1 miljoen). Daartegenover staat een lager
budget voor onder andere het programma Foxtrot (commercieel vertrouwelijk) vanwege
herfasering in tijd in verband met een aangepast leveringsschema vanuit de Amerikaanse
overheid.
Toelichting op de uitgaven
Het uitgavenbudget voor 2025 wordt per saldo verhoogd met € 469,9 miljoen. Dit wordt
verklaard door:
Verwerving
De verwervingsfase wordt met € 68,2 miljoen naar boven bijgesteld.
Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door een hoger budget in de realisatiefase (€ 60,3
miljoen). Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het toevoegen van prijsbijstelling
(€ 30,8 miljoen) en valutakoerscompensatie (€ 3,9 miljoen). Tevens is het saldo van
een aantal overhevelingen tussen andere artikelen binnen het DMF aan de realisatiefase
toegevoegd (€ 16,9 miljoen). Het restant betreft het aanpassen van de budgetten van
verschillende projecten om aan te sluiten bij de verwachte realisatiemomenten (€ 8,7
miljoen).
De hierboven genoemde aanpassingen in de realisatiefase hebben per saldo geleid tot
een hoger budget in 2025 voor de projecten die reeds zijn genoemd bij de toelichting
op de verplichtingen.
Instandhouding
Het budget voor instandhouding is naar boven bijgesteld (€ 43,6 miljoen).
De verhoging wordt voornamelijk verklaard door toevoeging van prijsbijstelling (€ 21,2
miljoen) en een aantal overhevelingen tussen andere artikelen binnen het DMF (€ 16,3
miljoen). Overige budgetverhogingen zijn de verbetering van het lifecycle-regime van
kleine IT middelen in lijn met de genormeerde afschrijvingsfrequentie (€ 3,8 miljoen)
en valutakoerscompensatie (€ 3,0 miljoen).
Over-/ onderprogrammering
Als gevolg van de mutaties die op dit artikel plaatsvinden, wordt ook de overprogrammering
aangepast (€ 358,0 miljoen). Hiermee blijft de omvang van de overprogrammering binnen
de overeengekomen grens van 30%.
2.7 Artikel 8 Overige uitgaven en ontvangsten
Budgettaire gevolgen van beleid
Tabel 8 Budgettaire gevolgen van beleid artikel 8 Overige uitgaven en ontvangsten
(bedragen x € 1.000)
Stand eerste suppletoire begroting (incl. amendementen en NvW) (1)
Mutaties suppletoire begroting september (2)
Stand suppletoire begroting september (3) = (1) + (2)
Art.
Verplichtingen
150.823
– 150.823
0
Uitgaven
150.823
– 150.823
0
8.18
Nader te wijzen uitgaven
150.823
– 150.823
0
Fonds
150.823
– 150.823
0
Fonds
150.823
– 150.823
0
Ontvangsten
0
0
0
Toelichting op de verplichtingen
Het verplichtingenbudget voor 2025 wordt per saldo verlaagd met € 150,8 miljoen. Deze
verlaging hangt geheel samen met de uitgaven.
Toelichting op de uitgaven
Het uitgavenbudget voor 2025 wordt per saldo verlaagd met € 150,8 miljoen.
Dit wordt voornamelijk veroorzaakt door het overhevelen van de prijspeilbijstelling
(€ 337,4 miljoen) en valutakoerscompensatie (€ 182,0 miljoen) naar de verschillende
artikelen op het Defensiematerieelbegrotingsfonds.
Daartegenover staat dat het budget op artikel 8 in het juiste ritme is gezet (€ 312,9
miljoen). Tot slot is het saldo van een aantal overhevelingen tussen de artikelen
binnen het DMF (€ 55,7 miljoen) aan dit artikel toegevoegd.
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
R.P. Brekelmans, minister van Defensie
Gerelateerde documenten
Hier vindt u documenten die gerelateerd zijn aan bovenstaand Kamerstuk.