Brief regering : Vernieuwde koers Landelijke Stuurgroep Interventieteams
17 050 Misbruik en oneigenlijk gebruik op het gebied van belastingen, sociale zekerheid en subsidies
Nr. 611
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 mei 2025
De sociale zekerheid in Nederland is bedoeld om mensen die (al dan niet tijdelijk)
niet in hun eigen inkomen kunnen voorzien, bestaanszekerheid te bieden.
Het is van grote waarde dat we in ons land een stelsel hebben dat mensen ondersteunt
wanneer zij onvoldoende middelen hebben om rond te komen. Een belangrijk uitgangspunt
daarbij is dat mensen krijgen waar ze recht op hebben. Zo kunnen mensen in hun bestaan
voorzien en wordt sociale rechtvaardigheid bevorderd. De meeste mensen willen de regels
naleven. En als er sprake is van een overtreding, kan het gaan om een vergissing.
Maar daadwerkelijk misbruik doet afbreuk aan het stelsel en moet daarom zoveel mogelijk
worden voorkomen en, indien het zich voordoet, doeltreffend worden aangepakt. Hiermee
behouden we het draagvlak voor de sociale zekerheid.
Bij de aanpak van misbruik werkt de overheid samen, zowel bilateraal als in samenwerkingsverbanden.
In 2003 is de Landelijke Stuurgroep Interventieteams (LSI) opgericht met als doel
het voorkomen en bestrijden van onrechtmatig gebruik op het terrein van de sociale
zekerheid en de inkomensafhankelijke regelingen, van belasting- en premiefraude en
van het niet naleven van de arbeidswetten. In dit samenwerkingsverband werken de Nederlandse
Arbeidsinspectie, UWV, SVB, gemeenten, de Belastingdienst, dienst Toeslagen en de
IND intensief samen en delen zij kennis en signalen.
De afgelopen jaren hebben drie onderzoeken naar de LSI plaatsgevonden. In 2023 is
uw Kamer geïnformeerd over de evaluatie van het LSI-convenant1. Eind 2024 heb ik uw Kamer geïnformeerd over de twee opvolgende onderzoeken2. Dit betrof het onderzoek gedaan naar de waarborgen binnen de LSI op het terrein
van privacy en non-discriminatie (uitgevoerd door Pro Facto en Hooghiemstra en Partners
(hierna: Pro Facto c.s.)) en het onderzoek naar de waardepropositie van de LSI (uitgevoerd
door Motivaction).
De conclusies en aanbevelingen heb ik ter harte aangenomen en deze hebben geleid tot
een modernisering van het samenwerkingsverband. Dat wil zeggen: een vernieuwde koers
en een wijziging van de naam. Met deze brief informeer ik u, zoals toegezegd in de
brief van 6 november 20243, over deze nieuwe koers, de naamswijziging die daarmee gepaard gaat en de verdere
opvolging van de aanbevelingen uit bovengenoemde onderzoeken.
Nieuwe naam
Er is gekozen voor een nieuwe naam, die beter de lading dekt van de samenwerking en
past bij de vernieuwde koers. De LSI heet voortaan het LSN: Landelijk Samenwerkingsverband
Naleving Sociaal Stelsel en Arbeidswetten. Deze naam geeft beter uitdrukking aan het
doel en de reden van bestaan van het LSN. Daarmee wordt invulling gegeven aan de aanbeveling
van de evaluatie van Motivaction om de naam te heroverwegen, omdat de naam «Landelijke
Stuurgroep Interventieteams» verkeerde associaties opriep.
Een vernieuwde koers
Drie pijlers
Samenwerken in het optreden tegen misbruik is belangrijk voor een effectieve aanpak.
Bij het willens en wetens overtreden van regels beperken overtreders zich veelal niet
tot één domein. Daar waar arbeidswetten overtreden worden om (werkgevers)kosten te
verlagen, wordt mogelijk ook andere, bijvoorbeeld fiscale, wet- en regelgeving overtreden.
Hetzelfde geldt voor misbruik met uitkeringen en toeslagen. Ook hier zien we dat personen
die inkomensondersteuning aanvragen, zonder daar recht op te hebben, dit regelmatig
ook proberen op andere terreinen. Door samen te werken en gezamenlijk op te treden
kunnen overheidsorganisaties beter zicht krijgen op dergelijke problematiek en deze
gericht aanpakken.
De LSN-partners hebben drie pijlers in hun aanpak gedefinieerd. De eerste is uitvoering, het uitvoeren van gezamenlijke projecten, vaak op basis van gegevensdeling. Het
LSN richt zich hierbij op thematische en fenomeengerichte projecten. In de paragraaf
hieronder licht ik dit nader toe. De tweede pijler is preventie, in de zin van het bevorderen van regelnaleving en voorkomen van misbruik en (aanpalende)
problematiek, indien dit naar voren komt in een LSN-project. Denk hierbij bijvoorbeeld
aan het doorverwijzen van de burger naar de juiste loketten voor aanvullende inkomensondersteuning
of zorg of het signaleren richting beleidsmakers dat wet- en regelgeving aanpassing
behoeft. Ook wordt gekeken hoe partners elkaar kunnen versterken met een gezamenlijke
aanpak en hoe zij van elkaar kunnen leren, bijvoorbeeld in de inzet op het bevorderen
van regelnaleving en voorkomen van vergissingen. Alles uiteraard binnen de mogelijkheden
van wet- en regelgeving, zoals de AVG. De derde pijler is kennis- en expertisedeling. Door het organiseren van kennissessies op onderwerpen als effectmetingen, veiligheid
tijdens handhavingsbezoeken of specifieke thema’s en/of fenomenen kunnen partners
van elkaar leren. Uiteraard kent iedere partner zijn eigen doelgroep en regelingen,
maar de uitdagingen waar de diverse partners voor staan zijn vergelijkbaar.
In het verleden heeft het LSN ook ingezet op de wijkgerichte aanpak (WGA)4. Hiervoor is een overkoepelende Data Protection Impact Assessment (DPIA) in concept
geschreven, waarin de privacyrisico’s van de gegevensverwerking voor deze aanpak zijn
omschreven en beheersmaatregelen zijn opgenomen. Bij de partners bleek onvoldoende
draagvlak om verder te gaan met de WGA. Een hernieuwde afweging tussen het belang
van het bestrijden van misbruik en of dat feitelijk in wijken plaats zou moeten vinden,
heeft geleid tot het besluit dat LSN de WGA staakt. Het LSN zet daarom voortaan in
op een thematische en fenomeengerichte aanpak.
Projecten op thema’s en fenomenen
Ook voor projecten op thema’s en fenomenen waarbij (persoons)gegevens worden uitgewisseld
moeten de randvoorwaarden rond privacy en gelijke behandeling op orde zijn. Vooruitlopend
op de invulling van deze randvoorwaarden worden mogelijkheden voor projecten op verschillende
thema’s verkend. Bij alle thema’s is het belangrijk te kijken wat er binnen de scope
van artikel 64 Wet SUWI, de grondslag voor de samenwerking, valt en waar het LSN een
toegevoegde waarde kan hebben, in aanvulling op wat er al gebeurt door de individuele
partners of in andere samenwerkingsvormen. Een voorbeeld van een thema dat het LSN
aan het verkennen is, is het thema arbeidsmigranten.
Verkenning van een structurele regionale samenwerking
De huidige werkwijze van het LSN met tijdelijke projecten is gericht op specifieke
fenomenen of thema’s. Dit systeem heeft echter beperkingen. Zo moet elke keer een
projectstructuur ingericht worden en is het lastig de opgedane expertise en het opgebouwde
netwerk na een project in stand te houden. Daarom is besloten om de mogelijkheden
van een vaste regionale teamstructuur te verkennen, waarbij de signalen van meervoudig
belang per regio door een vaste samenwerking van mensen kunnen worden opgepakt. Voordeel
van een structurele samenwerking is dat relaties, ervaring en expertise duurzaam opgebouwd
kunnen worden. De verwachting is bovendien dat de samenwerking verbetert en de administratieve
lasten afnemen. Waar sprake is van overtreding van meerdere wetten kan verder in gezamenlijkheid
afgewogen worden hoe organisaties passend kunnen reageren. Hiermee wordt bedoeld dat
gereageerd wordt op een manier die recht doet aan wat er gebeurd is en de omstandigheden
van de persoon. Momenteel verkent het LSN wat er nodig is om een pilot te draaien.
Waarborgen
Het LSN zorgt dat zijn processen voldoende waarborgen bevatten om ervoor te zorgen
dat zijn aanpak zorgvuldig is. Hierbij kan gedacht worden aan waarborgen rondom privacy
zoals het werken met DPIA’s en het tijdig verwijderen van persoonsgegevens na afloop
van een project. De afgelopen maanden heeft het LSN in aanvulling hierop de diverse
aanbevelingen uit de hierboven genoemde onderzoeken opgepakt. Zo wordt er gewerkt
aan richtlijnen om in kaart te brengen welke risico’s op direct of indirect onderscheid
de keuze voor een thema oplevert. Ook worden procedures en werkinstructies opgesteld
ten behoeve van de uitvoering van de rechten van betrokkenen en wordt er gewerkt aan
een interventieladder voor thematische en fenomeengerichte projecten.
Het convenant LSI uit 2017 wordt aangepast en er worden richtlijnen opgesteld voor
de evaluatie van projecten, met als doel om privacy en gelijke behandeling onderdeel
daarvan te maken. Ook kijkt het LSN naar communicatie. Het LSN wil transparant zijn
over wat het is, wat zijn doel is, wat het wel en niet doet en hoe het te werk gaat.
Zo weten mensen waarom en hoe het LSN controleert op de naleving. Hiertoe komt er
onder meer een webpagina om actief te informeren over wat het LSN is en wat zij doet.5. Projecten op basis van gegevensdeling zullen pas gestart worden als aan alle waarborgen
wordt voldaan.
Afsluitend
Samenwerking tussen de diverse overheidsorganisaties is van groot belang voor een
effectieve en efficiënte aanpak van misbruik. Een samenwerkingsverband als het LSN
is een mooi voorbeeld van een dergelijke samenwerking.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
Y.J. van Hijum
Indieners
-
Indiener
Y.J. van Hijum, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid