Brief regering : Uitstel toezending nota naar aanleiding van het verslag inzake wijziging van de Kieswet in verband met de aanscherping van de vereisten voor de toewijzing van restzetels (Wet aanscherping vereisten toewijzing restzetels)(Kamerstuk 36641)
36 641 Wijziging van de Kieswet in verband met de aanscherping van de vereisten voor de toewijzing van restzetels (Wet aanscherping vereisten toewijzing restzetels)
Nr. 6
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 10 februari 2025
Hierbij deel ik u mede dat ik voornemens ben om de aan mij gestelde vragen in het
verslag wetsvoorstel aanscherping vereisten toewijzing restzetels (ingezonden op 16 december
2024, Kamerstuk 36 641, nr. 5) te beantwoorden na de gemeenteraadsverkiezingen van 2026. De reden hiervoor is dat
ik de uitkomsten van de verkiezingen van 18 maart 2026 wil betrekken bij het onderzoek
tbv de door uw Kamer gevraagde nadere onderbouwing naar de gevolgen van dit wetsvoorstel
bij kleinere raden.
In het verslag gaan de leden van diverse fracties in op de representativiteit van
partijen in kleinere gemeenteraden onder 19 zetels. Enkele leden vragen naar de doorrekening
van de gevolgen voor raden met minder dan 19 zetels. In de memorie van toelichting
heb ik aangegeven dat ik mij ervan bewust ben dat het gevolg dat de kiesdrempel voor
kleinere raden hoger zal zijn. Echter, ik acht het belang van uniformiteit van de
regeling voor kleine en grote raden groot. Daarnaast is het tegengaan van versnippering
van gemeenteraden voor mij een belangrijke overweging om de restzetelverdeling te
wijzigen. Tegelijkertijd zie ik ook dat veel fracties zorgen uiten over de impact
van deze wijziging voor kleine raden. Omdat de gemeenteraadsverkiezingen al over een
jaar gepland zijn ben ik bereid de mogelijke gevolgen voor de gemeenteraden onder
de 19 zetels bij die verkiezingen nogmaals te onderzoeken. De uitkomsten van dat onderzoek
betrek ik bij mijn beantwoording in de nota naar aanleiding van het verslag, zodat
uw kamer de meest recente informatie bij de behandeling van dit wetsvoorstel kan betrekken.
Ik zal u de beantwoording van de vragen doen toekomen in de zomer van 2026.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
J.J.M. Uitermark
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
J.J.M. Uitermark, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties