Brief regering : Reactie op motie gemeenteraad Terschelling met betrekking tot Nota van Uitgangspunten nieuwe concessies Friese Waddenveren
23 645 Openbaar vervoer
Nr. 833 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 januari 2025
Op 18 december 2024 heeft de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat gevraagd1 om een reactie op een aangenomen motie van de gemeenteraad van Terschelling over
de Nota van Uitgangspunten (hierna: NvU) voor de nieuwe concessies voor de Friese
Waddenveren. Met deze brief ontvangt de Kamer de gevraagde reactie.
De NvU voor de nieuwe vervoerconcessies voor de Friese Waddenveren is op 8 oktober
2024 met de Kamer is gedeeld.2 De huidige concessies voor de veerverbindingen tussen de Friese Waddeneilanden en
het vasteland lopen af in 2029. De NvU bevat kaders en uitgangspunten voor de aanbesteding
van nieuwe concessies voor de periode vanaf 2029. De NvU is tot stand gekomen na een
openbare consultatie en een adviesronde onder decentrale overheden en consumentenorganisaties.
In de reactienota, die met de brief van 8 oktober 2024 ook met de Kamer gedeeld is,
staat beschreven hoe alle consultatiereacties en adviezen zijn verwerkt.
De gemeenteraad constateert in de motie «dat de Staatssecretaris in de definitieve
Nota van Uitgangspunten nog niet voldoende recht doet aan de belangen van eilandbewoners,
ondernemers en bezoekers en dus de kwaliteit onvoldoende is, op basis van deze uitgangspunten.»
De gemeenteraad roept de Kamer op om met mij in gesprek te gaan over een vijftal thema’s.
In het vervolg van deze brief wordt ingegaan op elk van de thema’s.
Thema 1. Betaalbaarheid boven budgetneutraliteit
Zowel betaalbaarheid als budgetneutraliteit zijn uitgangspunten in de NvU. Het Ministerie
van Infrastructuur en Waterstaat (hierna: IenW) interpreteert de motie zo, dat de
gemeenteraad het niet eens is met het uitgangspunt van budgetneutraliteit, omdat daarmee
de betaalbaarheid van de veerverbindingen niet gegarandeerd zou zijn.
IenW onderschrijft dat de veerdiensten betaalbaar moeten blijven voor eilandbewoners,
ondernemers en bezoekers, in het bijzonder voor frequente gebruikers. In de NvU is
daarom opgenomen dat er kortingstarieven komen voor frequente reizigers en dat eilandbewoners
een aanvullende korting zullen krijgen. Daarnaast zullen in de nieuwe concessies afspraken
worden vastgelegd over de mate waarin de tarieven jaarlijks mogen stijgen. In de NvU
staat ook het uitgangspunt dat de concessies budgetneutraal zullen zijn. Dat wil zeggen
dat de concessiehouders geen concessievergoeding betalen aan het Rijk en dat andersom
het Rijk geen subsidie verleent aan de concessiehouders. IenW heeft zich te verhouden
tot de financiële kaders op de begroting. Op de IenW-begroting zijn op dit moment
geen middelen beschikbaar om een subsidie voor de nieuwe concessies mogelijk te maken.
Daarom moet IenW budgetneutraliteit als uitgangspunt handhaven.
Thema 2. Interinsulair vervoer
Het interinsulair vervoer tussen Vlieland en Terschelling is niet opgenomen in de
huidige concessie Waddenveren West. In de NvU staat dat het interinsulair vervoer
ook niet wordt opgenomen in de nieuwe concessie Waddenveren West. De gemeenteraad
zou graag zien dat dit wel wordt opgenomen. Zoals aangegeven in de reactienota en
de NvU is IenW overtuigd van het belang van interinsulair vervoer, maar wil het dit
niet als een verplichte taak opleggen aan de concessiehouder. IenW ziet het in stand
houden van het interinsulair vervoer niet als Rijkstaak, omdat de Rijkstaak conform
de wet is afgebakend tot het vervoer tussen de eilanden en het vasteland. Daarnaast
zou het verplichten van (onrendabel) interinsulair vervoer de kosten van de concessie
en daarmee de tarieven voor alle reizigers opdrijven. Bovendien kleven er zwaarwegende
juridische risico’s aan opname van interinsulair vervoer in de concessie. Aangezien
het interinsulair vervoer geen onderdeel uitmaakt van de huidige concessie geldt er
geen overnameplicht voor het hiervoor gebruikte kleine schip. Als het interinsulair
vervoer toegevoegd zou worden aan de nieuwe concessie zou dat de zittende rederij
in de aanbesteding bevoordelen, omdat zij het benodigde kleine schip al heeft. Daarmee
is er geen gelijk speelveld en dat brengt een eerlijke aanbesteding in gevaar.
Thema 3. Inbedding in de eilander gemeenschap
De gemeenteraad noemt het wenselijk om de binding van de concessiehouders met de eilanden
en hun gemeenschap te versterken, mogelijk door middel van inspraak- en samenwerkingsmogelijkheden
met lokale overheden en bewoners.
Er is een Rijksbreed beleid voor social return. Daarmee wordt gestimuleerd dat een
rederij een maatschappelijke bijdrage levert door voornamelijk keuzes in inkoop, inhuur
en personeelsbeleid. Andere belangrijke elementen zijn regionale binding en inspraakmogelijkheden
voor eilandgemeenten en bewoners. Dit alles werkt IenW uit in het Programma van Eisen
(PvE), waar in het tweede kwartaal van 2025 een openbare consultatie over gehouden
zal worden.
Thema 4. Vrachtvervoer
De gemeenteraad vraagt aandacht voor het borgen van structurele toegang en faciliteiten
voor vrachtwagens. Zoals beschreven in de reactienota en de NvU wil IenW de concessiehouder
verplichten om tot een bepaalde tijd voor de afvaart een bepaalde hoeveelheid plaatsen
voor goederenvervoer te reserveren. Daarmee is gehoor gegeven aan de in de consultatie
geuite zorg dat er onvoldoende capaciteit zou zijn voor vrachtvervoer.
Thema 5. Zeggenschap van gemeenten bij belangrijke keuzes
De gemeente vraagt om zeggenschap bij belangrijke besluiten als wijzigingen in de
tarieven of de dienstregeling.
In de NvU is vastgelegd dat decentrale overheden en consumentenorganisaties adviesrecht
krijgen op basis van het comply or explain principe. Dat betekent dat de concessiehouder een advies alleen naast zich neer kan
leggen als hij dit goed kan uitleggen. Dit wordt nader uitgewerkt in het PvE. Een
bindend adviesrecht voor de gemeentes is echter niet wenselijk, omdat dit ingaat tegen
de bestaande beslissingsbevoegdheden van IenW als concessieverlener en de Kamer als
controlerend orgaan.
Vorig jaar is de NvU met de Kamer gedeeld3. Die volgde op de marktanalyse en het besluit om voor de periode vanaf 2029 opnieuw
één of meerdere concessies te verlenen, zoals gedeeld met de Kamer in 20234. Momenteel werkt IenW aan het PvE voor de aanbesteding, dat in 2025 na een openbare
consultatie met de Kamer gedeeld zal worden. De nieuwe concessies zullen vervolgens
naar verwachting in 2026 aan de Kamer aangeboden worden.
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, C.A. Jansen
Ondertekenaars
-
Eerste ondertekenaar
C.A. Jansen, staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat