Wet toekomst pensioenen

17 januari 2024, debat - De Kamer spreekt met minister Schouten (Pensioenen) over de stand van zaken rond de invoering van de Wet toekomst pensioenen.

Na een langdurige parlementaire behandeling werd de Wet toekomst pensioenen per 1 juli 2023 van kracht. De overgang naar het nieuwe stelsel moet op 1 januari 2028 voltooid zijn. Hoe verloopt de operatie tot nu toe?

Betrouwbaarheid

Synhaeve (D66) wijst erop dat de wet met brede steun is aangenomen. Met het oog op de betrouwbaarheid van de overheid moet volgens haar voortvarend worden doorgegaan met de implementatie. Ook Aartsen (VVD) zou het "erg onverstandig" vinden om in deze fase van de voorbereidingen de voorspelbaarheid, rust en zekerheid te verstoren.

Betrokkenen zijn volop bezig met de voorbereidingen op het nieuwe stelsel, zegt Flach (SGP). Hij staat zeker open voor aanpassing van de wet op onderdelen, maar dat kan niet zomaar even in dit debat.

Met het nieuwe stelsel leveren we ons nog meer over aan de grillen van de beurs, zegt Mulder (PVV). Hij hekelt de onzekerheid over de hoogte van de pensioenen en over de verdeling tussen de generaties. Van Kent (SP) bepleit een pas op de plaats voor de pensioenfondsen in de voorbereidingen op het "casinopensioen".

De minister wijst erop dat alle betrokken partijen voortvarend aan de slag zijn gegaan. Zo zijn voor 11,5 miljoen deelnemers al transitieplannen opgesteld. Het toont volgens haar de bereidheid van de sector om de pensioenhervorming tot een goed einde te brengen. Zij benadrukt het belang van een betrouwbare overheid, die rust, duidelijkheid en zekerheid biedt.

Invaren

In de aanloop naar het nieuwe stelstel worden de bestaande pensioenaanspraken en -rechten omgezet naar gereserveerde persoonlijke pensioenvermogens: het zogenaamde invaren. Vermeer (BBB) vindt dat deelnemers zelf moeten kunnen beslissen of hun pensioenrechten overgaan naar het nieuwe stelsel. Maar de minister benadrukt dat de Raad van State het invaren heeft beoordeeld als een toegestane regulering van het eigendomsrecht.

Joseph (NSC) geeft de voorkeur aan een ingroeivariant, waarin reeds opgebouwde uitkeringen blijven staan en de nieuw ingelegde premies in de persoonlijke pensioenvermogens terechtkomen. Dan blijven langdurig twee potjes naast elkaar bestaan, constateert Grinwis (ChristenUnie). Daarmee wordt volgens hem de solidariteit in het stelsel aangetast.

Ook de minister ziet niets in een ingroeivariant. De uitvoering wordt erg ingewikkeld en de collectiviteit en de solidariteit worden aangetast. Daarnaast leidt de variant tot een herverdeling tussen jong en oud.

Een voorgesteld referendum over het nieuwe stelsel vindt Van Dijk (CDA) een slecht idee: het zou onzekerheid in het proces brengen en mogelijk generaties tegen elkaar opzetten.

Meer deelnemers

Er moet meer gedaan worden om meer mensen pensioen te laten opbouwen, vindt Stultiens (GroenLinks-PvdA). De minister erkent het belang daarvan en verwijst onder meer naar het aanvalsplan dat de Stichting van de Arbeid hiervoor heeft opgesteld. Verder komt er dit voorjaar een campagne gericht op werkgevers die geen pensioen aanbieden.

De Kamer stemt op 23 januari over de tijdens het debat ingediende moties.

Zie ook

  • Het overzicht van de laatste debatten in het kort
  • De geredigeerde woordelijke verslagen van Kamervergaderingen (het stenogram). Deze zijn maximaal vier uur na het uitspreken beschikbaar.
  • Kijk debatten terug via Debat Direct