Kamer stemt in met instellen onderzoekscommissie

De Kamer heeft dinsdag 17 november ingestemd met een onderzoekscommissie die het lekken van informatie uit de commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten moet gaan onderzoeken. Voorzitter Anouchka van Miltenburg had donderdag 12 november namens het Presidium van de Kamer voorgesteld om een commissie van onderzoek in te stellen.

De onderzoekscommissie gaat onderzoeken of er voldoende gronden bestaan voor vervolging vanwege het lekken van informatie uit de commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten. In een brief van donderdag 12 november gaat Kamervoorzitter Van Miltenburg namens het Presidium in op de bijzonderheden over de onderzoekscommissie. Uiterlijk 3 februari 2016 moet de Kamer een definitief besluit nemen over de vraag of er voldoende grond voor vervolging is.

Leden commissie

Op dinsdag 17 november stemde de Kamer in met een commissie van onderzoek, die bestaat uit de volgende leden:

  • Mark Harbers (VVD)
  • Jeroen Recourt (PvdA)
  • Michiel van Nispen (SP)
  • Raymond de Roon (PVV)
  • Madeleine van Toorenburg (CDA)
  • Vera Bergkamp (D66)
  • Carola Schouten (ChristenUnie)

De commissie wordt woensdag 18 november om 17.00 uur geconstitueerd.

Veklaring Presidium

Op donderdag 12 november gaf de Kamervoorzitter namens het Presidium de volgende verklaring over het onderzoek naar het lekken van informatie uit de commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten:

"Vanochtend heb ik een brief van het College van procureurs-generaal ontvangen, waarin staat dat het OM de behandeling van de aangifte over het lekken uit de commissie voor de Inlichtingen- en Veiligheidsdiensten overdraagt aan de Tweede Kamer. Dit vindt zijn grondslag in artikel 119 van de Grondwet en wordt uitgewerkt in artikel 9 van de Wet ministeriƫle verantwoordelijkheid. Die bepaalt dat de Kamer een commissie instelt die onderzoekt of er voldoende gronden voor vervolging bestaan. Het Presidium heeft hier vanochtend uitgebreid en in goede sfeer over gesproken."

"Het Presidium is eendrachtig tot het besluit gekomen om aan de Kamer voor te stellen om een onderzoekscommissie in te stellen. Ik wil benadrukken dat er op dit moment door het OM geen inhoudelijke informatie is overgedragen over deze zaak. Noch de Kamer, noch de Voorzitter, noch het Presidium beschikt over dit dossier."

"Vandaag stuur ik een brief naar de Kamer, waarin de bijzonderheden met betrekking tot de in te stellen commissie worden beschreven. Deze brief komt in de loop van de avond. Hoewel ik begrijp dat er veel behoefte aan duidelijkheid is, hebben wij deze tijd nodig om die brief over deze bijzondere situatie zorgvuldig op te stellen. Het is mijn voornemen om uiterlijk volgende week te stemmen over de samenstelling en taakopdracht van de onderzoekscommissie."