Onderzoek

De parlementaire enquêtecommissie Woningcorporaties is op 16 april 2013 geïnstalleerd door de Voorzitter van de Tweede Kamer, Anouchka van Miltenburg. Met een onderzoek naar de opzet en de werking van het stelsel van woningcorporaties wil de commissie tot een beoordeling komen van het stelsel.

Doelstelling

De enquête richt zich op waarheidsvinding en lessen trekken voor de toekomst. Het inzichtelijk maken van de ontwikkelingen van het stelsel, het analyseren van de politieke besluitvorming en het onderzoeken van incidenten zijn middelen hiertoe. De rol van het kabinet en het parlement staat hierbij centraal, zoals gebruikelijk in parlementair onderzoek.

Periode

Het onderzoek van de enquêtecommissie strekt zich uit over een periode van circa 20 jaar. Het beginpunt is de verdere verzelfstandiging van de woningcorporaties begin jaren negentig. De enquête wordt in een aantal fasen uitgevoerd: literatuurstudie, deelonderzoeken en omgevingsanalyses, besloten voorgesprekken, openbare verhoren, eindrapportage en afronding van het onderzoek.

Anderhalf jaar bezig

De enquêtecommissie verwacht dat ze anderhalf jaar nodig heeft voor haar opdracht. Dit jaar besteedt de commissie aan voorbereidend onderzoek. In die periode zal de commissie niet naar buiten treden. De gesprekken en verhoren door de enquêtecommissie vinden pas in de eerste helft van 2014 plaats. Het eindrapport wordt op 30 oktober 2014 gepresenteerd. Daarna is de Tweede Kamer aan zet om de conclusies en aanbevelingen van de enquêtecommissie te wegen.

Recht van enquête

De Tweede Kamer kan een parlementaire enquête gebruiken om informatie over een bepaald onderwerp te verkrijgen. Het parlementaire recht om een enquêteonderzoek te houden staat sinds 1848 in de Grondwet en is sinds 1850 verder uitgewerkt in de Wet op de Parlementaire Enquête. Deze wet is in 2008 volledig herzien. Voor het besluit om een enquêteonderzoek te houden is een meerderheid van de Kamer nodig.

Medewerking verplicht

De Kamer bepaalt de onderzoeksopdracht. Iedereen in Nederland is op basis van de wet verplicht om medewerking te verlenen aan een parlementaire enquête. Enquêtecommissies kunnen getuigen oproepen en onder ede verhoren. De rechter kan weigerachtige getuigen dwingen medewerking te verlenen. Meineed en blijven weigeren om mee te werken zijn strafbaar.