Fasen van het enquêteonderzoek

De commissie is klaar met de openbare verhoren. Fase 4 is aangebroken: het opstellen van het eindrapport. In het eindrapport beantwoordt de commissie de onderzoeksvragen, spreekt zij een oordeel uit over het functioneren van het stelsel van woningcorporaties en komt zij tot aanbevelingen.

Toekomstige fase

Fase 5: Behandeling eindrapport in de Tweede Kamer

Het rapport wordt na de aanbieding aan de Tweede Kamer in behandeling genomen door de betrokken vaste Kamercommissie. Deze commissie zal bepalen hoe de verdere behandeling van het eindrapport zal zijn.

Eerdere fasen

Fase 4, opstellen van het eindrapport

juli tot oktober 2014

De commissie is klaar met de openbare verhoren. Fase 4 is aangebroken: het opstellen van het eindrapport. In het eindrapport beantwoordt de commissie de onderzoeksvragen, spreekt zij een oordeel uit over het functioneren van het stelsel van woningcorporaties en komt zij tot aanbevelingen.

Fase 3, de openbare verhoren

4 juni - 9 juli 2014

De commissie heeft meer dan vijftig personen gehoord als getuige of deskundige. Het doel van deze verhoren was waarheidsvinding. Ook werden eventuele onduidelijkheden uit het vooronderzoek opgehelderd en kreeg het publiek een beeld van de onderzochte gebeurtenissen.

Fase 2, besloten voorgesprekken

januari - april 2014

Tijdens fase twee heeft de commissie vertrouwelijke voorgesprekken gevoerd, die dienen als voorbereiding op de openbare verhoren. De gesprekken zijn niet openbaar. Ook maakt de commissie geen namen bekend van de personen die ze in deze fase spreekt. Het is mogelijk dat personen met wie een besloten voorgesprek is gevoerd, opnieuw uitgenodigd zijn voor de openbare verhoren. 

Fase 1, de voorbereidende fase

Mei - december 2013

De commissie was in deze maanden in de voorbereidende fase. Deze vormt de basis voor de toekomstige fases, die van de voorgesprekken en openbare verhoren. In de voorbereidende fase wordt alle relevante informatie opgevraagd en onderzocht. Op basis van deze informatie wordt een aantal deelonderzoeken uitgevoerd:

  • Een literatuurstudie

    Dit deelonderzoek geeft zicht op de vraag hoe de doelmatigheid, doeltreffendheid, legitimiteit en controleerbaarheid van de woningcorporatiesector worden gemeten en gemonitord en hoe deze factoren zich hebben ontwikkeld sinds de verdere verzelfstandiging van corporaties midden jaren ’90.
  • Een beschrijving en analyse van politieke besluit- en beleidsvorming

    Dit deelonderzoek richt zich op de manier waarop de doeltreffendheid, doelmatigheid, controleerbaarheid en legitimiteit van het woningcorporatiestelsel is beïnvloed door politieke besluit- en beleidsvorming. In dit deelonderzoek staat het handelen centraal van politiek betrokken actoren (bijvoorbeeld bewindslieden, ministerie, parlement, gemeenten en de Europese Unie) in relatie tot de corporatiesector.
  • Casusonderzoek

    Het onderzoeken van diverse casussen geeft zicht op de taakopvatting en taakinvulling van de onderzochte corporaties en het functioneren van het interne en externe toezicht. Naast de corporaties waarbij de minister een toezichthouder heeft aangesteld of waar besloten is tot sanering, zal de enquêtecommissie nog bij andere, voor het onderzoek relevant geachte corporaties inlichtingen opvragen of ze in het casusonderzoek betrekken.



    Een van de te onderzoeken casussen is Vestia. De reden is het unieke karakter van deze casus, door de omvang en gevolgen van de gerezen problemen. De problemen bij Vestia zijn ook de directe aanleiding voor het instellen van een parlementaire enquête geweest. De motie van het lid Van Bochove, die de basis vormt voor het onderzoek, roept ook op tot het doen van parlementair onderzoek naar de gebeurtenissen bij Vestia.

20 maart 2012: motie van Bochove (CDA)

Op 20 maart 2012 heeft de Tweede Kamer met algemene stemmen de motie van het lid Van Bochove (CDA) aangenomen. Aanleiding voor het indienen van de motie was de problematiek bij woningcorporatie Vestia, die volgde op verscheidene incidenten bij woningcorporaties waar, zoals de motie constateert: “laakbaar gedrag door het interne en externe toezicht onvoldoende en te laat is onderkend”. In de motie wordt voorts geconstateerd dat “de belangen van huurders bij deze sociale verhuurders in het geding zijn” en dat de betrokken partijen “het algemene belang van een integere en stabiele volkshuisvesting schaden”. In de motie wordt gewezen op het belang om betrokken partijen onder ede te verhoren en dat daarom een onderzoek (enquête) moet worden ingesteld volgens artikel 140 van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer. Ter uitvoering van de motie heeft het Presidium van de Tweede Kamer per brief van 27 maart 2012 de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken verzocht de uitwerking van deze motie ter hand te nemen. Deze commissie besloot in oktober 2012 om de opdracht aan een specifiek daarvoor in te stellen tijdelijke commissie te geven.Lees de motietekst (Kamerstuk 29 453, nr. 236) en bekijk de stemmingsuitslag

5 december 2012: instellen tijdelijke commissie

De tijdelijke commissie Woningcorporaties (TCW) is formeel geïnstalleerd (geconstitueerd) op 5 december 2012. Zij kreeg de opdracht om de motie van Van Bochove nader uit te werken en de parlementaire enquête naar het functioneren van woningcorporaties voor te bereiden. De leden Roland van Vliet (voorzitter, Lid van Vliet), Farshad Bashir (SP), Ed Groot (PvdA), Wassila Hachchi (D66), Anne Mulder (VVD) en Peter Oskam (CDA) waren lid van de TCW. De tijdelijke commissie heeft van december 2012 tot april 2013 gewerkt aan een plan van aanpak voor een parlementaire enquête. De commissie heeft een aantal besloten technische briefings gehouden met deskundigen vanuit de wetenschap, overheid en politiek om zich te laten informeren over de opzet en werking van het stelsel van woningcorporaties en over de mogelijk toepasbare onderzoeksmethodiek.

11 en 16 april 2013: onderzoeksvoorstel gereed en installatie enquêtecommissie

Op basis van de informatie uit de briefings en aanvullende literatuur is het plan van aanpak opgesteld. De Tweede Kamer heeft in haar vergadering van dinsdag 16 april 2013 ingestemd met de instelling van de parlementaire enquêtecommissie Woningcorporaties.

De parlementaire enquêtecommissie Woningcorporaties is op 16 april 2013 geïnstalleerd door de Voorzitter van de Tweede Kamer, Anouchka van Miltenburg.