Nederlandse scholieren bovengemiddeld in problemen oplossen
Nederlandse 15-jarigen kunnen bovengemiddeld problemen oplossen. Dit blijkt uit de nieuwste OESO-publicatie (pdf, 5 MB, 254 pagina's) van het Programme for International Student Assessment (PISA), waarin leerlingen werd gevraagd om een aantal onbekende alledaagse situaties op te lossen. Nederlandse leerlingen scoren bovengemiddeld: 14e onder de 44 deelnemende landen en Chinese regio`s, 9e onder de OESO lidstaten en 5e binnen Europa.
Nederlandse jongeren staan bovengemiddeld open voor nieuwe problemen kunnen goed omgaan met twijfel en onzekerheid en durven hun intuïtie te gebruiken. De score is het hoogst in een aantal voornamelijk Aziatische landen/economieën, met als top-3: Singapore, Korea en Japan. Ook significant hoger dan gemiddeld scoren landen als Finland, Engeland, Frankrijk, Duitsland, de Verenigde Staten en België. Op het OESO-gemiddelde scoren landen zoals Oostenrijk, Ierland en Portugal.
-
Gemiddeld behaalde score voor probleemoplossend vermogen score OESO SIN 562,4 KOR 561,1 JAP 552,2 M-CH 540,5 HKG 539,6 SHA 536,4 CHI-T 534,4 CAN 525,7 AUS 523,1 FIN 522,8 ENG 516,8 EST 515,0 FRA 511,0 NED 510,7 ITA 509,6 TSJ 509,0 DUI 508,7 VS 507,9 BEL 507,8 OOS 506,4 NOO 503,3 IER 498,3 DEN 497,1 POR 494,4 ZWE 490,7 RUS 489,1 SLW 483,3 POL 480,8 SPA 476,8 SLV 475,8 SRV 473,4 KRO 466,3 HUN 459,0 TUR 454,5 ISR 454,0 CHL 447,9 CYP 444,9 BRA 428,5 MAL 422,5 EMI 411,2 MON 406,7 URU 403,4 BUL 401,7 COL 399,2 OESO 500
Sterke en zwakke leerlingen
Het percentage Nederlandse scholieren dat op de hoogste vaardigheidsniveaus 5 en 6 presteert, is met 14% iets hoger dan het OESO-gemiddelde (11%). Bij de top-scorende landen is dat percentage nog flink hoger, bijvoorbeeld 22% voor Japan en 28% voor Korea.
In Nederland is 1 op de 5 jongeren zwak in probleem oplossen; zij kunnen alléén eenvoudige, vertrouwde problemen oplossen, zoals een treinkaartje kopen bij een automaat (zonder verschillende prijsopties te vergelijken). Bij top-scorende landen is dat minder dan 1 op de 10.
-
Percentage leerlingen per vaardigheidsniveau van probleemoplossend vermogen in NL en OESO ? niveau 1 niveau 2 niveau 3 niveau 4 niveau 5 niveau 6 NED 18,5 19,9 26,0 22,0 10,9 2,7 OESO 21,4 22,0 25,6 19,6 8,9 2,5
Rekening houdend met PISA vaardigheden
De PISA-opgaven die het probleemoplossend vermogen meten, zijn niet op domein-specifieke kennis gericht. Wel blijkt er overlap met vaardigheden in wiskunde, lezen of natuurwetenschappen.
Eerder zijn in PISA ook wiskunde, lezen en natuurwetenschappen getoetst, zie "Nederlandse jongeren scoren internationaal goed". De scores op wiskunde, lezen en natuurwetenschappen blijken sterk gecorreleerd met probleem oplossen (correlaties tussen 0.78-0.81). Leerlingen die goed zijn in wiskunde, lezen of natuurwetenschappen zijn vaak ook goed in probleem oplossen. Maar wat is het verschil tussen landen in probleemoplossend vermogen als ook rekening wordt gehouden met deze drie vaardigheidsniveaus?
Van de landen die hoog scoren op de drie vaardigheden, kan worden verwacht, gegeven de sterke correlatie, dat ze ook hoog scoren op probleemoplossend vermogen. Dit blijkt niet altijd het geval, ook niet voor Nederland. Met de scores voor de andere vaardigheden kan voor Nederland een score van 527 worden verwacht voor probleemoplossend vermogen. Nederland behaalde echter een score van 511; een verschil van 16 punt. Ruim twee-derde van de scholieren in Nederland scoort lager dan verwacht of zoals verwacht kan worden. Dit resulteert in het verschil van 16 punten. In Nederland scoren met name de zwakkere leerlingen op wiskunde lager voor probleem oplossen dan verwacht (evenals in Duitsland en Denemarken). In bijvoorbeeld België en Oostenrijk scoren leerlingen op alle niveaus lager dan verwacht.
Boven verwachting hoog scorende landen op probleemoplossend vermogen zijn bijvoorbeeld Korea, Italië en Australië. 'Op de verwachting' scoren bijvoorbeeld de landen Frankrijk, Zweden en Oostenrijk.
-
Verschil tussen behaalde en verwachte score op probleemoplossend vermogen gegeven de prestaties voor wiskunde, lezen en natuurwetenschappen KOR 14,0 JAP 10,6 SRV 10,6 VS 10,4 ITA 9,9 ENG 8,0 MCH 7,7 BRA 7,1 AUS 6,9 FRA 5,2 SIN 1,5 NOO 1,1 CHL 1,0 TSJ 0,9 CAN -0,2 ZWE -0,9 POR -3,0 RUS -3,8 SLW -4,8 OOS -4,9 COL -6,9 OECD -7,5 FIN -8,0 CHI-T -9,5 BEL -9,9 DEN -11,4 DUI -12,5 MAL -13,9 TUR -14,0 EST -15,0 NED -15,9 HGK -16,3 IER -18,5 SPA -19,5 KRO -22,4 MON -24,5 URG -26,8 ISR -27,7 SLV -33,6 HON -33,9 EMI -43,2 POL -44,1 SHG -51,5 BUL -54,3